INHOUD DE PAAP VAN GRAMSCHAP
REGISTER
HOME CUBRA

Valkenier, Frank
Vattier-Kraane, Boekhandel M.G. / Boekhandel T. de Wekker / Boekhandel Tuerlings
Veen, Jacob H.S.M.
Ven, Arnaud van der

Ven, Chris van de

Ven, Ed in 't
Ven, Jace van de
Verbunt, Frans
Vercammen, dr. Frans

Vergeer, Charles

Verhoeven, Cornelis

Vernis, De

Vernooy, Frank
Verschueren M.S.C., p. Jan
Verschuuren, Jos Verschuuren, Luc

Versteden, Drukkerij

Versteeg, fr. Cassianus
Vieweg, Drukkerij C.A., Wed. C.A. en J.C.
Vinken, Ad

Vinken, fr. Andreo

Vliegend Wiel, 't

Vlijmen, Frits van
Vogelaar, Jacq. Firmin
Vondel, Joost van den
Voort & Zonen, Drukkerij A.J. van der

Volzin, Stichting
Vos. A.

Vos, Carole

Vossius, Lambertus
Vrande, Frans van de
Vrande, Willem van de
Vreede, Pieter
Vreede, prof. mr. George Willem

Vreeman, Ruud
Vrije Boekhandel, De

Vunderink, Henriëtte Vuysters, Jan


© Ronald Peeters 1992-2016 & Ed Schilders & Stichting Cultureel Brabant 2015-2016


 

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K
L
M
N

O

P
R
S
T

U

V

W

 

Ronald Peeters & Ed Schilders

Frank Valkenier - Jan Vuysters


 Valkenier, Frank

 

Rechts: Frank Valkenier aan zijn trapdegelpers. Uit: Brabantia 24. Foto links Collectie Regionaal Archief Tilburg. Foto hieronder: onbekende bron, collectie Ed Schilders.

 

Frank Valkenier is het pseudoniem van prof. dr. Franciscus Josephus Henricus Maria ('Frans') van der Ven, geboren op 2 september 1907 te Tilburg. Hij was van 1945 tot 1972 hoogleraar sociaal recht en de organisatie van arbeid en bedrijfsleven in Tilburg, en buitengewoon hoogleraar in het arbeidsrecht in Nijmegen. Hij schreef honderden wetenschappelijke publikaties, waarvan de driedelige Geschiedenis van de arbeid (1965-1968) het bekendste is.

Frans van der Ven heeft, sinds de oprichting in 1935, een vooraanstaande rol gespeeld in de Brabantia Nostra-beweging. Vanaf 1935 was hij redactie-secretaris van Brabantia Nostra, en van 1940-1942 hoofdredacteur. Vanaf het derde nummer van de eerste jaargang (p. 37) publiceerde hij onder het pseudoniem Frank Valkenier zijn eerste gedicht:
 

Herfstregen

Donkere komen de najaarswolken
jagen over mijn land:
Monsters ontkomen uit heilloze kolken,
sombere dwazen die dreigende dolken
dragen achter de hand.

Heden te nacht zal de regen doorweken
wegen en akkerland.
't Water zal uit al de bomen leken,
't water zal snel in de lopen en beken
stijgen tot aan den rand.

Heden te nacht zal de vloed gaan stijgen;
vreemd is me nu mijn land.
Hoor ! in den wind is beangstigend hijgen,
ruiters en paarden die dood nederzijgen,
slapende overmand.


Als 'Hauptschriftsteller' van Brabantia Nostra, en vanwege onder meer het hekeldicht Aan Mussert, exploitant van Volk en Vaderland in Brabantia Nostra van 1936, werd hij in 1941 door de Duitsers in een gijzelaarskamp geïnterneerd. Samen met onder anderen Luc van Hoek en Paul Vlemminx zou hij tot de dichters van het Brabantse reveil gaan behoren. Hij publiceerde ook in Roeping, dat hij eveneens geredigeerd heeft.

Zijn vroegste bundels zijn: Blazoen (Tilburg, Henri Bergmans, 1938), Balladen van Brabant (Schiebroek, Vox Romana, 1938), Taferelen van de Menswording Onzes Heren (Tilburg, Boekhandel Triborgh, 1938), De Tuimelaar van Onze Lieve Vrouw (clandestiene particuliere druk, 1944), Laus Brabanciae (Tilburg, W. Bergmans, 1946), Leenhulde aan de Maagd (Bussum, Paul Brand, 1946; prozabewerking van een oud-Frans gedicht van Pierre de Nesson), Balladeske liederen (Bussum, Paul Brand, 1947), Getijden van het hart (Utrecht, Het Spectrum, 1947). 

 

Rondeel


De wind gaat door het golvend koren.
Hij zingt een boventijdelijk lied:
De wereld die gij bloeiend ziet
Is voor een duister lot geboren.


Pluk rozen, wondt u aan de doren,
Versmaadt de bittere vruchten niet.
Geluk is kort en kort verdriet...
De wind gaat door het golvend koren.


De leeuwerik laat zich niet meer horen
Die pijlsnel uit de wolken schiet.
Ook hij vindt hier de vrede niet;
Die waan is eeuwiglijk verloren.


De wind gaat door het golvend koren.


(1942, uit: Niet langer dan een uur. Selectie uit de gedichten van Frank Valkenier, 's-Hertogenbosch, 1977, p. 33).

 

Na de oorlog volgde er, wat zijn literaire werk betreft, een stille periode. Pas in 1971 verschenen er weer gedichten van zijn hand, nu zelfs gedrukt in zijn eigen bibliofiele drukkerij de Brandon Pers. De gedichtenbundels die hij uitgaf zijn: Kruimels van de tafel (1971), Blauwe Vertelsels (1973), Met hartelijke groeten (1973), Vijf sonnetten door Joachim du Bellay en Pierre de Ronsard (1974, vertaald door Frank Valkenier), De kerststal uit mijn jeugd (1974), Antieke portretten (1975), Drie maal koper (1976), Vijf sonnetten door Charles d'Orleans (1977, vertaald door Frank Valkenier), Tussentijds. Fragmenten uit het niets (1977; in 1978 in offset herdrukt door het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te 's-Hertogenbosch), Zuidse sonnetten (1980), Rondelen (1982), Gedichten (1985), Laatste Kwartier (1989), en Veertien sonnetten door Joachim du Bellay (z.j., vertaald door Frank Valkenier). In november 1989 deed hij, nadat hij een veertigtal bundels had verzorgd, de Brandon Pers over aan Looi Naaijkens.

Bij andere uitgevers verschenen nog Kerstmisdieren (Tilburg, Uitgeverij M.S.C., 1968 en tweede druk in 1975) en Niet langer dan een uur; selectie uit de gedichten van Frank Valkenier, ('s-Hertogenbosch, Uitg. Sectie Literatuur van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, 1977). Hij werkte mee aan de literaire bundel Het Hoogsteschoolwoord, uitgegeven ter gelegenheid van het tiende lustrum in 1977 van de Katholieke Hogeschool te Tilburg. In 1980 werd hem de Provinciale Brabantse Cultuurprijs op het gebied van de letteren toegekend, welke prijs hij weigerde in ontvangst te nemen vanwege een interview in de kranten van de Brabant Pers met de dichter Peter Nijmeijer, die eveneens een laureaat kreeg. De dichter Frank Valkenier woont sinds enige jaren weer in Tilburg.

Zie ook Brandon Pers;

dr. P.C. Boeren, Van Maas tot Schelde, Nijmegen, 1944, p.60-63 en 76;

dr. H. Kapteijns, 'Letteren in Noord-Brabant. Een eeuwoverzicht', in: Het Nieuwe Brabant, III, 's-Hertogenbosch, 1955, p. 271-272;

NvhZ 15-11-1980 en 10-4-1981;

HN van 5-9-1987;

Niet langer dan een uur. Selectie uit de gedichten van Frank Valkenier, 's-Hertogenbosch, 1977, bibliografie op p. 75-76;

Noordbrabants Schrijversboek 1980, 's-Hertogenbosch, 1980, p. 210;

Willem van Toorn (red.), Querido's letterkundige reisgids van Nederland, Amsterdam, 1982, p. 562 (door Carel Swinkels);

dr. J.L.G. van Oudheusden, Brabantia Nostra een gewestelijke beweging voor fierheid en 'schoner' leven 1935-1951, Tilburg, 1990, m.n. p. 80-81 en 363.

januari 2002

Frans van der Ven overleed op 10 december 1999. Hij was Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau, Ridder in de Orde van de Nederlandse leeuw en Commandeur in de Orde van St. Silvester. Zie BD van 13-12-1999.
De bibliofiele Tilburgse drukkerij Brandon Pers bestond in 2001 dertig jaar en dat werd gevierd met de verschijning van twee nieuwe bundels (Sporen van een vlieg. Terugblik op dertig jaar Brandon Pers en De Trommelaars van Anna Anuka) èn een tentoonstelling in het Regionaal Historisch Centrum Tilburg.
In het decembernummer (2002, nr. 3) van het tijdschrift Tilburg is een uitvoerig artikel over de Brandon Pers van de hand van Cees van Raak verschenen.

Ronald Peeters

 

 

 

- Raak, Cees van - Over Frank Valkenier en de Brandon Pers

- F. van der Ven (Frank Valkenier) - Kritiek op de bloemlezing - Tussen Maas en Schelde van P.C. Boeren

Valkenier, Frank -Gedicht uit Brabantia Nostra - Een edele kwam en ging

Valkenier, Frank -Gedicht uit Brabantia Nostra - Herfstregen

Valkenier, Frank -Gedicht uit Brabantia Nostra - Wind

Valkenier, Frank -Gedicht uit Brabantia Nostra - 21 Januari

Het graf van Van der Ven en zijn echtgenote op Begraafplaats Binnenstad Tilburg. Foto: Peter IJsenbrant.

Ed Schilders

 

Een kunstzinnig In memoriam van Frank Valkenier en Luc van Hoek voor een 'kerstkind', gepubliceerd in 1950 in Brabantia Nostra. De 'Jan Cornelis' uit de titel van het gedicht bestond -- hoe kort ook -- echt, getuige de advertentie in de Nieuwe Tilburgsche Courant op 29 december 1943.

 

Bron: Delpher

 

Vattier Kraane, Boekhandel M.G.
Boekhandel T. de Wekker
Boekhandel Tuerlings


 


Matthieu George Vattier Kraane werd op 26 december 1844 te Hillegersberg bij Rotterdam geboren. Hij kwam op 9 februari 1874 vanuit Bleiswijk naar Tilburg. Vattier Kraane was een Remonstrantse boekhandelaar en bibliotheekhouder in de Comediestraat M 1074 (Willem II-straat 41). Hij is op 7 oktober 1931 te Tilburg overleden.
Op 2 oktober 1931 kwam Tijmen de Wekker vanuit Amsterdam naar Tilburg, en hij nam de zaak van Vattier Kraane over. De Nederlands-Hervormde De Wekker werd op 23 maart 1898 te Edam geboren. Hij noemde zijn zaak Boekhandel T. de Wekker, voorheen M.G. Vattier Kraane. Het was een kantoorboekhandel annex leesbibliotheek. Een ongedateerde catalogus vermeldt 3348 titels. Het lenen van een boek kostte toen 10 cent voor een week, en een cent voor iedere dag langer.
In de jaren zestig nam Pierre Tuerlings de boekhandel over onder de naam Boekhandel Tuerlings. Deze boekhandel bestaat thans niet meer.

GAT, Bevolkingsregisters 1870/1880, deel 20 fol. 826; 1890/1900, deel 28 fol. 69; 1910/1920, deel 49 fol. 12;

1921/1939, gezinskaarten 49/12 en 68/410;

TC van 13-11-1887.
Regionaal Archief Tilburg

 

Links een detail van het hoekhuis Willem II-straat/Tuinstraat. In het pand daarnaast, M1427, vanaf 1910 Willem II-straat 41, woonde boekhandelaar Mathieu George Vattier Kraane. Naast de boekhandel de zaak van hoffotograaf A. van Beurden.

Ronald Peeters

 

Veen, Jacob H.S.M.


Jacob H.S.M. ('Jaap') Veen werd op 28 mei 1943 te Zwolle geboren. Hij was archiefambtenaar te Arnhem, Schiedam en Zwolle. Jaap Veen woont sinds 1975 in Tilburg en is aldaar werkzaam als gemeentelijk archiefinspecteur bij het Gemeentearchief Tilburg. Hij publiceerde over de geschiedenis van het openbaar vervoer in de tijdschriften Op de Rails, Hamburger Blätter, De Marts, Railkroniek/Rail Magazine, Actum Tilliburgis, Tilburg, Tilburgse Tijdingen, Lok Magazin en Spoorgroep Luxemburg Periodiek

 

Ronald Peeters

 

Jaap Veen schreef enkele boeken: Trams in en om Zwolle (z.pl., N.V.B.S., 1970), De stoomtrams van Friesland en N.W. Overijssel (Rotterdam, Wyt, 1972; samen met L. Bijkerk en H. Brouwer), De Rotterdamse paardetrams (Rotterdam, Wyt, 1974; samen met H.P. Kaper), Van tram, Boot en Bus, de geschiedenis van het streekvervoer in het noordwesten van Overijssel (Kampen, Kok, 1980), Rails rond de Peperbus (Zwolle, Waanders, 1980), Van Nijveroord naar Ringbaan Noord, grepen uit de geschiedenis van de Tilburgse Energiebedrijven (Tilburg, Energiebedrijven Tilburg, 1980; samen met Th. Pirenne), Sporen over de Heuvel, de geschiedenis van de spoorwegen in en om Tilburg (Tilburg, JEVEL Jan van Laarhoven, 1988), en Spoorlijn Nijmegen - Kleef 125 jaar (Rosmalen, Stichting Railpublikaties, 1990).
Hij is ook oprichter (1981), redacteur en uitgever van het tijdschrift Tilburgse Tijdingen en redacteur van Rail Magazine (voorheen Railkroniek).

 

Ven, Arnaud van der

Rogier van der Ven.

 

Arnoldus Petrus Maria ('Arnaud') van der Ven werd op 2 februari 1905 op de Korvelseweg 23 te Tilburg geboren. Hij studeerde aan de Rijks-HBS Koning Willem II en volgde daarna avondcursussen aan de Ambachtsschool en de R.K. Leergangen, waar hij het diploma architect behaalde. Vanaf 1925 werkte hij bij de N.V. Tilburgsche Waterleidingmaatschappij, waar hij in 1970 als hoofdingenieur met pensioen ging.

Drie jaren voetbal-concentratie (1944) en De Minstreel (1946). Coll. Ronald 
Peeters, Tilburg.

 

Vanaf 1915 tot heden is hij lid, en vanaf 1950 erelid van Willem II. Hij verzorgde tien jaar het wekelijkse clubblad De Willem II'er. Tussen 1942 en 1975 bekleedde Van der Ven vele functies binnen de K.N.V.B. In 1972 werd hij lid van het Bondsbestuur.
Onder het pseudoniem Védévé schreef hij tientallen gedichten, liederen en declamaties. Vele daarvan zijn verzameld in het boekje De minstreel. Met poëzie en zang door voetballand (Tilburg, Scholberg de Reydt, 1946), ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de voetbalclub Willem II. Daarnaast schreef hij nog twee boeken: Drie jaren voetbal-concentratie (Tilburg, Henri Bergmans, 1944; met tekeningen van Cees Robben) over zijn driejarig trainerschap van 1940-1943, en Willem II veertig jaar (Tilburg, Scholberg de Reydt, 1936).

GAT, Bevolkingsregister 1921/1939, gezinskaart 26/4;

Bibliotheek, cat. nrs. 2131 en 6086.
4 september 2007

Arnaud van der Ven overleed op 17 november 1993.

Ronald Peeters

Tekeningen: Cees Robben

 

 

Ven, Chris van de (26 juli 2015)

 

Bron: Het Tafelblad, jaargang 4, # 9, 2004

 

Chris van de Ven publiceerde als 'Stapschrijver' van Tilburg. In de gefotokopieerde uitgaven Stap-volk (1998-2000) en vooral Het Tafelblad (2000- ?), verzamelde hij alles wat hem, als trouwe bezoeker van literaire avonden (overal in den lande), was opgevallen, bloemleesde hij opmerkelijke gedichten, en besprak hij dat alles op volstrekt eigen wijze. Of Het Tafelblad momenteel (2015) nog bestaat, is niet duidelijk.

Ed Schilders

 

Ven, Ed in 't (juli 2015)

 

Tilburger Ed In 't Ven emigreerde naar Amerika. Op het Internet ontdekte hij website CuBra, en daar begon hij zijn jeugdherinneringen te publideren. Speciale aandacht verdienen zijn herinneringen aan de markante frater Silvius.

http://www.cubra.nl/edintven/welcome.htm

 

Ven, Jace van de

 

 

Jace van de Ven (1949) bij het standbeeld van Franciscus van Sales, patroonheilige van de schrijvers, een van de beelden op het hek van het kerkhof aan de Bredaseweg (foto Frans van Ameijde, 2000, Coll. Ronald Peeters, Tilburg.) Rechts portret door Ivo van Leeuwen ter gelegenheid van Van de Vens stadsdichterschap; collectie Bibliotheek Midden-Brabant.

 

Jacobus Antonius Cornelis Emanuel van de Ven, die door samentrekking van de initialen van zijn voornamen beter bekend staat als Jace van de Ven, werd op 24 december 1949 in het Brabantse Leende geboren. Hij studeerde Nederlands Recht aan de Katholieke Hogeschool te Tilburg, en behaalde de meestertitel. Hij is vanaf 1977 als journalist in dienst van de Brabant Pers en is sinds 1980 kunstredacteur bij Het Nieuwsblad, met specialisaties theater en literatuur. Op beide gebieden schreef hij talloze artikelen en recensies. Hij schrijft graag fictief. Zo verzorgde hij enige jaren de satirische columns Justus in het blad van de KUB, Agent Jan in het reclasseringsblad KRI,  en sinds enige tijd Putjesschepper in Het Nieuwsblad

In 1971 verscheen zijn verhalenbundel Bessen die mijn liefde was. Een aantal verhalen werd in verschillende tijdschriften en bundels gepubliceerd, zoals bijvoorbeeld in de literaire bundel Het Hoogsteschoolwoord (1977) en in het Noordbrabants Schrijversboek 1980. Als dichter heeft hij drie bundels op zijn naam staan. In 1984 werd bij Boekhandel Gianotten zijn Kroniek van verlangen uitgegeven, waarvan hij samen met Rob van Gestel en Harrie Verkerk het theaterprogramma 'Op heel de wereld zij alleen' maakte, een poëtische beleving van de kalverliefde die in heel Nederland werd opgevoerd. De twee andere werden bij de bibliofiele Brandon Pers uitgegeven: Mijn tragische ziekte en dood (1977; in 1978 herdrukt door het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te 's-Hertogenbosch) en Een dagje aan/op/in het water (1988). Samen met Jasper Mikkers en Korrie Besems werd in 1992 een deel 'Tilburg' in de reeks Noord-Brabant in proza, poëzie en prent ('s-Hertogenbosch, Het Noordbrabants Genootschap) uitgegeven. Hierin staat een sonnet over Tilburg:
 
Waarom, mijn stad....

Mijn stad kon niet de nieuwe tijd ontkomen.
Al stroomden zelfs de beken eromheen
En telde er aan waarheden maar één,
Nu geldt hier ook de wet der economen.

Zo is er orde in mijn stad gekomen.
Mijn bezig volk krioelt niet meer dooreen
Maar telt zijn zegeningen één voor één,
Of thuis, of in de auto van zijn dromen.

Geen trend of wij staan vooraan in de rij,
De gladste wegen glijden naar ons toe
En elke nood lijkt hier voorgoed voorbij.

Waarom dan toch die wanhoop af en toe ?
Waarom mijn twijfels, milde spotternij ?
Waarom maakt juist de voorspoed mij zo moe ?


Sinds 1989 is Van de Ven secretaris-penningmeester van de Stichting Brandon Pers. Gedichten van hem verschenen onder andere in het tijdschrift Brabantia.
Ook als tekstschrijver voor theater en cabaret is Jace van de Ven actief. Hij was mede-schrijver van de teksten voor de eerste Tilburgse Revue 'Kannen & Kruiken' (1986), samen met Ed Schilders schreef hij de tweede revue 'Hemel & Aarde' (1988) en in zijn eentje maakte hij de teksten voor de derde revue 'Tilburgs Tumult' (1990). Verder schreef hij de eenakter Een nieuw leven en maakte hij ook teksten voor de Tilburgse componist Jo Sporck. Eind 1992 gaat een toneelstuk over koning Willem II in première. Jace van de Ven treedt met zijn eigen teksten ook op als tonpraoter en schreef ten slotte samen met Paul Spapens Tilburg aan tap en tafel. Horecagids van Tilburg (Tilburg, Boekhandel Gianotten, 1986).

Brabantia, jrg. 38, 1989, nr. 7, p. 27;

Encycl. van Noord-Brabant, deel 4, 1986, p. 239-240;

Persbericht Tilburgse Revue 1990;

NvhZ van 4-11-1978 en 31-10-1981.
juli 2001

In 1999 verscheen de autobiografisch getinte gedichtenbundel Bezijden de Noordstraat, vormgegeven door de Tilburgse graficus Walter Kerkhofs (DTK van 23-12-1999). 

Ronald Peeters

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gedicht van Jace van de Ven in de openbare ruimte (Noordstraat). Foto: Jan Stads

& Striptekening met dit gedicht door Luc Verschuuren

& Jace van de Ven

Jace van de Ven. Fotograaf niet bekend.

 

Meer video's van Jace van de Ven

Jace van de Ven en Ivo van Leeuwen (illustraties) - De helden van de Tour de France

Jace van de Ven - Bezijden de Noordstraat - met illustraties door Walter Kerkhofs

Jace van de Ven en Michel van Gerwen - Bosch' schetsboek

Jace van de Ven - Mijn tragische ziekte en dood

Jace van de Ven - Kroniek van verlangen

Jace van de Ven - Boek

Jace van de Ven - Hoe schrijf ik zelf een gedicht

Jace van de Ven - Bij de dood van burgemeester Johan Stekelenburg (2003)

 

Verbunt, Frans


Ronald Peeters, foto Frans van Ameijde, 2000. Frans Verbunt bij het bekende stadssymbool De Kruikenzeiker in de Nieuwlandstraat.

 

Frans A.J.M. Verbunt werd op 27 september 1933 te Tilburg geboren. Hij is een bekende Tilburgse vinoloog, wijnschrijver en tonpraoter. De Wijnbrief (1982-1986), Vinologica (1981-heden) en de Wijnpers-knipselkrant (1983-1988) zijn/waren eigen uitgaven van hem. Verbunt is een zeer produktief schrijver van artikelen in wijnvakbladen. In het weekblad Tilburg Vrij Uit heeft hij sinds 1980 een vaste wijnrubriek. Hij vertaalde en redigeerde belangrijke internationale wijntechnische werken (Lichine, Spurrier en andere).

Hij ontving in 1981 de gouden speld van Horeca Nederland, in 1982 de Internationale Wijn-Pers-prijs van Toscane (Italië), in 1986 de Slijterswijnring van het Bedrijfschap voor de Detailhandel in Alcoholhoudende Dranken en hij ontving de legpenning van de Gemeente Tilburg. In 1986 werd hij Chevalier in de Association des Maître Conseils et Gastronomique Française en in 1990 werd hij erelid van de Verenigde Nederlandse Vinologen.

Frans Verbunt publiceerde de volgende wijnboeken: onder het pseudoniem van Frank Triborgh, Wijn proeven langs de Moezel (Helmond, Uitgeverij Helmond, 1983) en Wijn proeven langs de Rijn (Helmond, Uitgeverij Helmond, 1984). Onder eigen naam: De wijnen van Portugal (Utrecht/Antwerpen, Kosmos, 1987), De wijnen van Spanje (Utrecht/Antwerpen, Kosmos, 1988) en De wijnen van Italië (Utrecht/Antwerpen, Kosmos, 1989).
In Tilburg Vrij Uit verschenen onder het pseudoniem Jan de Kruik satirische verhaaltjes, waarvan hij een selectie bundelde in De lachende derde (Helmond, Uitgeverij Helmond, 1983). Sinds maart 1991 voert hij voor een soortgelijke rubriek het pseudoniem F. Verbaal.

Tilburg Vrij Uit  van 25-5-1983

NvhZ van 20-5-1983; 

HN van 4-10-1988; 

Encycl. van Noord-Brabant, 4, 1986, p. 243.

juli 2001

In 1995 publiceerde Frans Verbunt het Zisde Perbeersel van zijn Grôot Woordenboek van de Tilburgse Taol, een uitgave van de Stichting Tilburgse Taol. Zie DTK 2-3-1995 en 19-10-1995 en BD van 10-8-1995 en 18-10-1995.

Het Zeuvende Perbeersel verscheen in 1996 (zie SN van 13-10-1996), waarin een twintigtal Prenten van de Week van Cees Robben werden opgenomen.

12 november 2002

Frans Verbunt overleed te Tilburg op 12 november 2002. Zie Brabants Dagblad: 13 november 2002.

Ronald Peeters

 

Vergeer, Charles (13 september 2015)

 

Bron: Internet (2015)

 

Charles Vergeer (1947) is docent filosofie en ethiek aan de Fontys Hogescholen te Eindhoven en publicist. Daarnaast recenseert hij boeken voor het tijdschrift Filosofie. Hij promoveerde bij prof. Cornelis Verhoeven op een dissertatie over Heraclitus. Vergeer is woonachtig in Tilburg, en is bestuurslid van Stichting de Brandon Pers. Zijn publicaties betreffen onder andere de letterkundige geschiedenis van de Tachtigers, interpretatie van bijbelteksten, en filosofische onderwerpen gerelateerd aan klassieke teksten.

Bron: internet 2015; website uitgeverij Damon

 

Ed Schilders

Gelegenheidsuitgaven in eigen beheer

Vergeer, Charles. 1983. Arthur van Schendel. 's-Gravenhage: BZZTôH.

Vergeer, Charles. 1983. Arthur van Schendel en zijn vrienden. Amsterdam: Meulenhoff.

Vergeer, Charles. 1985. Willem Witsen en zijn vriendenkring. Amsterdam u.a: Rap.

Vergeer, Charles. 1985. Willem Witsen en zijn vriendenkring: de Amsterdamse bohème van de jaren negentig. Amsterdam [etc.]: Thomas Rap.

Vergeer, Charles, and A. Morriën. 1986. Brief van Charles Vergeer (1947-) aan Adriaan Morriën (1912-2002) GAvO (Morriën, Adriaan). GAvO (Morriën, Adriaan).

Vergeer, Charles. 1987. Als een akker in de winter: over het denken van Herakleitos van Efese.

Vergeer, Charles. 1987. Als een akker in de winter: over het denken van Herakleitos van Efese. [S.l.]: [s.n.].

Vergeer, Charles. 1988. Verloren tekens. Amsterdam: Ikria.

Vergeer, Charles. 1988. Gewezen en gemaskerd: over de jonge Arthur van Schendel. Leiden: Dimensie.

Vergeer, Charles. 1989. "Besprek: Friezen, Franken, Nederlanders op bedevaart, voor studie, voor overleg in Rome, dr. M.P.M. Muskens". De Volkskrant.

Vergeer, Charles. 1990. Nacht, neem mij aan: de ondergang van Kloos.

Vergeer, Charles. 1990. Toen werden schoot en boezem lekkernij: erotiek van de Tachtigers. Amsterdam: Rap.

Vergeer, Charles. 1990. Eerste vragen: over de Griekse filosofie. Nijmegen: SUN.

Vergeer, Charles. 1990. De zelfkant. Tilburg: Stichting SIC.

Vergeer, Charles. 1990. Toen werden schoot en boezem lekkernij: erotiek van de Tachtigers. Amsterdam [etc.]: Rap.

Vergeer, Charles, and Anja Oppers. 1994. Verlangen naar werkelijkheid. Eindhoven: Hogeschool Eindhoven.

Vergeer, Charles. 1995. Een verlies van vleugels: over de filosofie te Rome. Nijmegen: SUN.

Vergeer, Charles. 1995. Op de grond geschreven: vier colleges over het begin van de filosofie. Wageningen: Landbouwuniversiteit Wageningen.

Vergeer, Charles. 1996. De doornenknaap. Middelburg: Stichting Kunstuitleen Zeeland.

Vergeer, Charles. 1996. Afdaling in het ongewisse: over het denken van Cornelis Verhoeven. Best: Damon.

Vergeer, Charles. 1996. Op de grond geschreven: over het begin van de filosofie. Best: Damon.

Vergeer, Charles. 1997. Een nameloze, Jezus de Nazarener. Nijmegen: SUN.

Vergeer, Charles. 1997. Binding en betekenis: een filosofie van de zorg. Best: Damon.

Vergeer, Charles. 1998. Er op bedacht dat alles brak: op zoek naar identiteit. Wageningen: Studium Generale, Landbouwuniversiteit Wageningen.

Vergeer, Charles. 1999. De blauwe weg: over de verhouding van mens en natuur in de filosofie. Wageningen: Studium Generale Landbouwuniversiteit.

Vergeer, Charles. 2000. Op zoek naar identiteit. Leende: Damon.

Vergeer, Charles. 2000. Vragen naar zin. Leende: Damon.

Vergeer, Charles. 2000. Het Panterjong: leven en lijden van Jezus de Nazarener. Nijmegen: SUN.

Vergeer, Charles. 2001. Over vrijeid. Wageningen: Studium Generale Wageningen Universiteit.

Vergeer, Charles, and Cornelis Verhoeven. 2002. Op verhaal komen: zorg en vragen naar zin. Budel: DAMON.

Vergeer, Charles. 2002. De gaasvlieg: vragen naar zin. [Budel]: DAMON.

Vergeer, Charles. 2004. De blik terug: herinneringen aan Cornelis Verhoeven. [Budel]: DAMON.

Vergeer, Charles. 2008. De kunst van de stilte. Tielt: Lannoo.

Vergeer, Charles. 2008. De fluistertuin: filosofie en literatuur. Budel: DAMON.

Vergeer, Charles, Niek Wiskerke, and P. van Zilfhout. 2008. Doolhof in meervoud: filosofie van het multiculturalisme. Budel: Damon.

Vergeer, Charles, and Max Nord. 2009. "Arthur van Schendel en Simon Vestdijk 1941-1942". Vestdijk Kroniek. (112): 65.

Vergeer, Charles. 2009. Een kind een hinkelsteen: nadenken over de jeugdzorg. Budel: DAMON.

Vergeer, Charles. 2010. "De Ander". Maatwerk. 11 (6): 27.

Vergeer, Charles. 2010. Marcus: de man met de verminkte vingers. Budel: DAMON.

Vergeer, Charles. 2011. Wanden van de werkelijkheid: filosofie van de late oudheid. Budel: DAMON.

Vergeer, Charles. 2012. Paulus: kijken in Uw lezend gezicht. Budel: DAMON.

Vergeer, Charles. 2013. Geschreven en toegeschreven: de teksten van Paulus. Budel: Damon.

Vergeer, Charles. 2014. De maitre. Tilburg: Brandonpers.

Vergeer, Charles. 2015. Overspoeld door de eindigheid: inleiding tot de metafysica. Budel: DAMON.

 

Verhoeven, Cornelis (13 september 2015)

 

Bron: Wikipedia

 

Cornelis (Kees) Wilhelmus Maria Verhoeven werd op 2 februari 1928 geboren in Udenhout. Hij overleed op 11 juni 2001 in een ziekenhuis van zijn woonplaats Den Bosch. Verhoeven wordt beschouwd als een van de meest vooraanstaande Nederlandse filosofen van de tweede helft van de 20ste eeuw en als een groot stilist met een buitengewone belangstelling voor taal en zijn moedertaal in het bijzonder.

Na een afgebroken priesteropleiding studeerde hij in Nijmegen klassieke talen, wijsbegeerte en godsdienstwetenschap. Hij promoveerde in 1956 op De symboliek van de voet, een proefschrift over godsdienstgeschiedenis. Van 1955 tot 1982 was hij leraar klassieke talen in 's-Hertogenbosch, laatstelijk verbonden aan het Jeroen Bosch College; daarna hoogleraar wijsbegeerte in Amsterdam. Hij ging met emeritaat in 1993.

Verhoeven schreef vooral filosofische essays. Daarnaast vertaalde hij onder andere  klassieke auteurs. In totaal publiceerde hij meer dan 80 titels en duizenden artikelen en stukken. Enkele van zijn boeken zijn vertaald, onder meer in het Engels en het Duits, zoals Rondom de leegte (1965) en Inleiding tot de verwondering (1967). Verhoeven oriënteerde zich vooral op de continentale filosofie; uit zijn werk spreekt bewondering voor denkers als Plato, Leibniz en Heidegger. Naast de filosofie en de cultuurkritiek, is een aantal geschriften ook autobiografisch van aard. Zo geeft hij in het werk Zonder een zucht, over de weken voorafgaand aan de dood van zijn vader, blijk van een literaire gevoeligheid. Hoewel het Verhoeven aan officiële erkenningen van zijn talent niet ontbroken heeft, bleef hij tijdens zijn leven voor het grote publiek goeddeels een onbekende. Volgens velen was hij niettemin de meest oorspronkelijke denker van ons taalgebied in de twintigste eeuw.

Verhoeven werd vaak gelauwerd voor zijn werk:

1963 - Provinciale prijs voor schone kunsten voor Symboliek van de sluier en een vijftiental andere essays

1965 - Anne Frank-prijs voor Filosofie van de troost

1969 - Literatuurprijs van de gemeente Hilvarenbeek voor Omzien naar het heden

1978 - P.C. Hooft-prijs voor zijn gehele oeuvre (uitgereikt in 1980)

1979 - Essayprijs van het NRC-Handelsblad

1993 - Benoeming tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau

1998 - Eredoctoraat Katholieke Universiteit Brussel

Wikipedia.

Ed Schilders

 

 

Bron: internet 2015, website uitgeverij Damon e.a.

Bibliografie uit WorldCat

Cornelis Verhoeven - Pater Dondersstraat

Cornelis Verhoeven - De Rauwbraken

Ed Schilders - Sèpkes - In memoriam Cornelis Verhoeven

 

Vernis, De (31 juli 2015)
 

In de herfst van 1976 werd het 'Nieuw Tijdschrift Voor Literatuur' De Vernis gelanceerd als opvolger van het studentenblad van het (Tilburgse) Molle

Terug naar het lemma

rinstituut Stulp, met in de redactie Ed Schilders, Hans Hoenjet, Diny van de Manakker, Ria Moskers, Wouter Noordewier, Will Ogrinc. Nummer twee, winter 1976, bevatte een van allereerste interviews met Boudewijn Büch. Nummer vier, najaar 1977, had als thema 'Literatuur en drank'.

Hierna ging Stichting De Vernis over tot publicaties met als thema 'Literatuur en prostitutie'. Zo werd zomer 1978 de novelle Jeugdige zondaars te Konstantinopel van E.T. Feenstra Kuiper (1905) herdrukt, met inleiding van Will Ogrinc, waarover Gerrit Komrij verrukt bleek. Dit was tevens de laatste uitgave van De Vernis.

Raak, Cees van, et al, Cultureel Lexicon Tilburg 1945-2008. Wolf Publishers, Tilburg, 2008.

Ed Schilders

 

 

Vercammen, dr. Frans


Regionaal Archief Tilburg

 

Frans Vercammen werd op 22 juni 1896 te Udenhout geboren. In 1924 deed hij doctoraal Nederlandse taal- en letterkunde. Van 1923 tot 1964 was hij leraar Nederlands en geschiedenis aan het St. Odulphuslyceum te Tilburg; van 1937-1944 conrector. Vercammen is lange tijd voorzitter geweest van de Kunstkring Tilburg. Hij promoveerde in 1932 op het proefschrift Thijm en Vlaanderen, een actueel boek in verband met de toen sterk levende Groot Nederlandse beweging. Dr. Frans Vercammen overleed op 6 april 1971 te Tilburg.

NvhZ van 7-4-1971;

Gedenkboek Sint-Odulphuslyceum 1899-1974, Tilburg, 1974.


Vernooy, Frank (23 november 2015)

 

Bron: Internet 2015

 

Franciscus (Frank) Adrianus Johannes Vernooy [Vernooij] werd op 30 april 1914 geboren in de Enschotsestraat in Tilburg. Tijdens zijn arbeidzame leven was hij gemeenteambtenaar (hoofdcommies ter secretarie) in zijn geboortestad. Pas op hogere leeftijd, in de jaren ’60, ging hij ontspanningslectuur schrijven, met name voor jeugdige lezers. Daarbij gebruikte hij soms het pseudoniem Billy Brand. De jongensboeken van Vernooy spelen zich vaak af in het Wilde Westen of hebben een SciFi-karakter. Zijn uitgever, Kluitman in Alkmaar, gaf Vernooy een eigen reeks met jeugdboeken waarin Johnny Peters de held was.

 

Bron: Internet 2015 veilingsites

 

WorldCat

Vernooy, Frank, and Will Berg. n.d. Winnetou: de schat aan het Duivelswater. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank. n.d. Veedieven in de val. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Gerard van Straaten. 1962. Johnny Peters' avontuur in Schotland. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Gerard van Straaten. 1962. Johnny Peters en het spook van Dunro-castle. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Gerard van Straaten. 1963. Johnny Peters en het monster van Loch Lennha. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Gerard van Straaten. 1964. Johnny Peters en het raadsel van de dodemansgrot. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy. 1964. Nachthavik-serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1965. Het geheim van de Duivelskloof. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1965. Onrust in de Ratelslangvallei. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Gerard van Straaten. 1965. Johnny Peters en het geheim van de rode sleutel. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Rudy van Giffen. 1966. Johnny Peters en het vermiste vliegtuig. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1967. De bende van de apache-mountains. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1967. Kruitdamp om de Donovan-ranch. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerrit Stapel. 1968. Terreur in San Pablo. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and F. Manders. 1968. De jacht op de paardendieven. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and F. Manders. 1969. De rovers van de Rio Bravo. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Rudy van Giffen. 1972. Storm over indianenland. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1972. De ondergang van Ray Morris. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1974. Veedieven in de val. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy. 1974. Winnetou. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Will Berg. 1974. Wolven van de prairie. Winnetou. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Will Berg. 1974. De schat aan het Duivelswater. Winnetou. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1975. De goudschat in de Dodenvallei. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Will Berg. 1975. Het einde van een bandiet. Winnetou. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Pax Steen. 1976. De vrees van de Stone indianen. Winnetou. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Pax Steen. 1977. Verraad in de Black Hills. Winnetou. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Rudy van Giffen. 1977. De overval in de Kiowa-pas. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Brand, Billy, and Gerard van Straaten. 1977. De spookruiters van de Lobovallei. Nachthavik-Serie. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Gerard van Straaten. 1980. Ufo's op het radarscherm: science-fiction. Alkmaar: Kluitman.

Vernooy, Frank, and Gerard van Straaten. 1981. Aanval op de aarde. [Heerhugowaard]: Kluitman Alkmaar.


Verschueren M.S.C., p. Jan

 

Paap van gramschap

 

Pater Jan Verschueren M.S.C., geboren op 22 augustus 1905 te Oosterhout, kwam in 1931 als jong priester in Zuid-Irian Jaya (Nieuw-Guinea). Hij is er negenendertig jaar als missionaris gebleven, waardoor hij een enorme kennis had vergaard over de oude cultuur en gebruiken van het volk der Marind-anim, de Jéi-anim aan de Merauke-rivier, en de Janum-anim in het oosten van het land. Op 4 september 1948 ontdekte hij samen met pater Cees Meuwese M.S.C. een nieuwe rivier die de Koningin Julianarivier werd genoemd. Over deze tocht schreef hij, in samenwerking met pater Meuwese, het boek Nieuw Guinea uw naam is wildernis (Bussum, Brand, 1950). Hij beschreef de geschiedenis van de missies in Papua Nieuw-Guinea en Irian Jaya in deel I van Klein's Nieuw-Guinea (1953). In 1960 schreef hij het essay A growing world: problems of the Catholic Mission in Oceania in Carmelus. Daarnaast leverde hij bijdragen in Nieuw-Guinea-Studiën en in Bijdragen van het Koninklijk Instituut van Taal-, Land- en Volkenkunde. Bij het schrijven van zijn boek Dema ontleende prof. dr. J. van Baal veel van zijn informatie aan gegevens van Verschueren.
Pater Jan Verschueren overleed op 28 juli 1970 te Djakarta.

Prof. dr. J. van Baal, 'In memoriam Pater Jan Verschueren', in: De Brug (extern contactblad M.S.C.), december 1970, p. 22-29.
Ronald Peeters

Grotere weergave

 

Verschuuren, Jos (20 februari 2016)

 

Luc Verschuuren. Jos Verschuuren.

 

Jozef (Jos) Vincentius Verschuuren werd op 25 augustus 1916 geboren in Tilburg als zoon van textielfabrikant Verschuuren (Verschuuren-Piron). Hij overleed op 28 maart 1984. Jos Verschuuren volgde zijn vader niet in het bedrijf maar koos na de oorlog voor een militaire loopbaan. Later was hij als administrateur werkzaam bij kamgarenspinnerij Swagemakers-Bogaers.

Jos Verschuuren was een groot liefhebber van de literatuur en schreef voor zijn plezier gedichten. In eigen beheer en in kleine oplage publiceerde hij drie bundels verzen onder de titels Koerefloek, Floerekoek, en Ariane (data ons niet bekend). Uit een nagelaten typoscript in familiebezit, getiteld 'Mengelwerk', blijkt dat Jos Verschuuren een voorkeur had voor het lichte vers in de trant van Daan Zonderland en Kees Stip, en dat hij zich graag overgaf aan taal- en woordexperimenten en het nonsensvers.

Jos Verschuuren is de vader van striptekenaar/schilder Luc Verschuuren, en de zwager van Oda Swagemakers.

Mondelinge mededelingen Luc Verschuuren.

Luc Verschuuren

Jos Verschuuren en twee broers.

 

 

 

 

 

 

 


Verschuuren, Luc

Tekening: Luc Verschuuren

 

Lucas Edward ('Luc') Verschuuren werd op 15 november 1950 geboren op de 'Lange Akker' te Enschot. Na zijn middelbare school aan het Sint Odulphuslyceum en de Rijks-HBS Koning Willem II, studeerde hij aan de Tekenacademie te Antwerpen. Hij is strip- en reclametekenaar van beroep, is vaste medewerker van de gemeente Oisterwijk en De Efteling, en woont in Oisterwijk.
Hij is vooral bekend geworden door zijn strip Kees Kruik, die vanaf 3 januari 1983 tot op heden dagelijks in Het Nieuwsblad verschijnt (aflevering 2500 in mei 1991). In 1986 werd een aantal strips van Kees Kruik gebundeld uitgegeven door Het Nieuwsblad, Dagblad voor Midden-Brabant.

In 1988 gaf de Streek VVV Hart van Brabant het album Hartediefje. Avonturen in het Hart van Brabant uit. Bij Uitgeverij De Schaduw verscheen in 1991 zijn eerder in Het Nieuwsblad gepubliceerde stripverhaal Kees Kruik en het geheim van de kermis in boekvorm.

NvhZ 31-12-1982 en 27-8-1983; Stamboom Verschuuren, z.pl. en z.j., p. 120

 juli 2001

Ed Schilders en Luc Verschuuren maakten de stripboeken Terreur over Tilburg (KBU Uitgevers, 1993), De Ring van Roxanna (Tilburg, Tilburgsche Waterleiding Maatschappij, z.j.) en Het teken van de slang (Tilburg, Tilburgsche Waterleiding Maatschappij, z.j.)

Ronald Peeters & Ed Schilders

 

Grotere weergave

 

Schutting aan het Pieter Vreedeplein in aanbouw met portretten door Luc Verschuuren. Foto Ed Schilders, 2004.

 

Bron: Literaire wandelroute Tilburg (1996)

 

De laatste aflevering van de Kees Kruik-strip in Brabants Dagblad/Tilburg Plus (oktober 2002)

 

Kees Kruik-bèngske langs het Wilhelminakanaal. Bron: website Luc Verschuuren.

 

Een magisch boek uit de strip Het teken van de slang.

 

Jules en Ollie bezoeken boekhandel Gianotten in de Emmapassage, in Terreur over Tilburg.

 

 

 

 

 

Lithografie, ca. 1995, met de striphelden Jules en Ollie.

 

Pentekening met Kees Kruik in zijn Tilburgse bibliotheek.

Tekst en afbeeldingen van De Ballade van Kees Kruik op CuBra

 

Versteden, Drukkerij / Verdivas Drukwerkproducties (7 december 2015)

 

Regionaal Archief Tilburg

 

In 1925 verkreeg Henricus Jacobus Josephus Versteden (1898-1964) de uit 1902 daterende drukkerij De Bont in de Lange Schijfstraat (Noordhoekring). In het begin van de jaren dertig werd Henricus Joannes (Harrie) Frijters (1890-1976) medevennoot van de boek- en handelsdrukkerij en tevens boekbinderij, maar de naam Versteden bleef gehandhaafd. In 1940 kwam met Jos Frijters (1923) de tweede generatie in het bedrijf, dat toen te boek stond als H. Versteden en Co. Harrie Frijters gaat in 1953 onder de naam drukkerij Frijters verder met het bedrijf in Breda.
In 1979 verhuisde drukkerij Versteden naar de Kobaltstraat, waar Jos Frijters jr. de leiding kreeg. Tegenwoordig is er het bedrijf Verdivas Drukwerkproducties B.V., een samensmelting van Versteden, het in 1995 opgerichte DIRIK Producties en de in 1935 opgerichte Van Spaendonck Drukkerij.

Henk van Doremalen m.m.v. Ronald Peeters, Bedrijvig Tilburg. Uit de archieven van Tilburgse bedrijven van vijftig jaar en ouder (Tilburg, 1997), p. 92-93; Berry van Oudheusden, Ronald Peeters, Paul Spapens en Jan Stads, Encyclopedie van Tilburg (Tilburg, 2008), p. 532.

 

Regionaal Archief Tilburg

Voorgaande foto's: 1930

 

Links: 1937; rechts: 1948

 

Versteeg, fr. Cassianus


Fraters van Tilburg.

 

Christiaan Versteeg werd op 25 mei 1884 te Kerkdriel geboren. Op 8 december 1901 trad hij als frater Maria Cassianus Versteeg in de Congregatie van de Fraters van Tilburg, waar hij op 25 augustus 1905 werd geprofest. Hij was onderwijzer op lagere scholen in 's-Hertogenbosch en Tilburg in de Capucijnenstraat en in de Elzenstraat (1923-1949). Versteeg overleed op 24 mei 1956 in het moederhuis van de fraters te Tilburg.

Frater Cassianus heeft onder zijn auteursnaam M.C. Versteeg, een aantal kinderboeken geschreven, dat door de Drukkerij van het R.K. Jongensweeshuis te Tilburg werd uitgegeven. In de series Van 't jonge leven en de Klassebibliotheek: De wonderpop (1920), De appeldief (1920), Santiaman (1921); in de serie Van 't jonge leven: De marmot met het gouden belletje (1921, 2 delen), Wilde roos (1921), Moeders feest (1922), Vlugge slang. Missieverhaal Midden-Afrika (1923) en Halve Frans (1929). Van Wilde roos verscheen in 1925 een Duitse vertaling, en van Vlugge slang verschenen edities in het Spaans, het Kongolees (1930) en in het Maleis (1938).
Andere jeugdboeken van hem zijn: Sprookjes en vertelsels voor de Roomsche jeugd (1918-1919, 2 delen), en de bekende plaatwerken Het Prentenboek van de Eerste H. Communie (1925), Het Prentenboek van de Kinderbiecht (1927) en Het prentenboek van het Heilig Vormsel (1953), die alle vele herdrukken beleefden. Hij werd ook bekend met zijn methode Echt Lezen (1932-1933; tien deeltjes), de eerste Nederlandse globaalmethode, waarbij men begint met het aanleren van hele woorden in plaats van met aparte letters of woorddelen. Tot slot werkte fr. Cassianus mee aan de schoolboekjes Christus vormen in het kind (1948-1949).

Drs. Kees Kolen, Puk en Muk uit de Schaduw van Tilburg, Tilburg, uitg. Antiquariaat De Schaduw, 1986, p. 14-18;

Joos van Vugt, 'Roomsche kleur in 't werk. Een korte geschiedenis van de Drukkerij van het R.K. Jongensweeshuis (RKJW)', in: Kennis en Deugd, Nijmegen, 1991, p. 45;

Archief Generalaat Fraters Tilburg.

Caesarius Mommers & Ger Janssen, Zwijsen, een passie voor uitgeven, Geschiedenis van een educatieve uitgeverij, Tilburg, Uitgeverij Zwijsen BV, 1997, pag. 48.

Karen Ghonem-Woets, Boeken voor de katholieke jeugd, Verzuiling en ontzuiling in de geschiedenis van Zwijsen en Malmberg, Zutphen, Walburg Pers, 2011, pag. 23, 29-31, 33, 53, 106, 118-119, 121, 127, 131.

Ronald Peeters

Prentenboek van de eerste Heilige communie

 

Rechtsonder: Maleise uitgave van Ik ga biechten.

 

 

Bron: Internet veilingsite 2015

 

 juli 2001

Zie: Caesarius Mommers en Ger Janssen, Zwijsen, een passie voor uitgeven. Geschiedenis van een educatieve uitgeverij (Tilburg, Uitgeverij Zwijsen B.V., 1997), m.n. p. 46-49.

 5 januari 2015

In 1939 verscheen Ik ga biechten : het eerste biechtboekje voor kinderen van 7 en 8 jaar, behorende bij Het prentenboek van de kinderbiecht (Tilburg, RKJW).

 

 

23 augustus 2015

Versteegs Prentenboek van de Eerste Heilige Communie en de Missie in Flores.

 

 

De foto verscheen in 1933 in De Engelbewaarder.

De bijbehorende brieftekst luidt:

EERW. HEER REDACTEUR.

Toevallig krijg ik hier een zeer mooie foto in handen. Het zal U zeker ook veel plezier doen deze te ontvangen. Ja, misschien is 't nog wel iets voor "De Engelbewaarder", en zet er dan bij, hoe hier duizenden Floreskindertjes jaarlijks ook 't groote geluk hebben voor 't eerst O. L. Heer in hun hartje te ontvangen. Er zijn er duizenden ieder jaar! 't Vorig jaar bijna 27000 doopsels, en als die nu eerstdaags ook hun Eerste H. Communie doen, dan is dat zeker 'n groote vreugde voor O. L. Heer, die daarop wacht, om zelf ook bij deze Floreskindertjes te komen. Aan hun oogjes kun je zien, hoe ook deze kindertjes blij zijn, eerstdaags O. L. Heer voor 't eerst in hun hartje te mogen ontvangen. De Pastoor heeft hun veel verteld en ze weten al goed, waar O. L. Heer woont en hoe Hij bij hen komt. Nu mogen ze nog 'ns thuis 'n paar dagen 't prachtige Prentenboek van M. C. Versteeg bekijken, om zich nog beter in te leven en voor te bereiden op de onvergetelijke dag! Daarvoor konden ook alle lezertjes van "De Engelbewaarder" bij de H. Communie iedere keer bidden, dat er ieder jaar meer Floreskindertjes O. L. Heer in hun hartje ontvangen, dat er ieder jaar meer kindertjes, vriendjes van O. L. Heer zouden worden, die nu nog als heidentjes — kindertjes van den duivel — rondloopen.

Het is werkelijk waar, dat hier op Flores, zeer veel Missionarissen uw prentenboeken bij 't onderricht gebruiken, en er zijn er nog verschillende die 't graag zouden hebben. Bijna bij allen, die ik ontmoette, zag ik ze staan. De kinderen vinden ze zelfs hier, hoewel ze in beschaving nog zeer ver achter staan, erg mooi en kijken de kleuren er haast van af !

Pater Jos. van Berkel, S.V.D.

R. K. Missie. Ndona — Flores.

  Paap van Gramschap - 12 maart 2016

Illustraties: B. Reith

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik ga biechten

Handleiding Echt lezen

Vlugge Slang

 

Jos Naaijkens

Voor mijn Kind - Een Prentenboek voor heel kleinen met gebeden-rijmpjes. Illustraties van Ida Bohatta-Morpurgo. Hier de pagina met het bekende prevelement ‘’s Avonds als ik slapen ga’.

Voor_mijn_kind.htm

 

Vieweg, Drukkerij C.A., Wed. C.A. en J.C.

 

Christian August Vieweg, een Duitse immigrant die vanuit Halle a/d Saale naar Nederland kwam, was een protestantse drukker en boekhandelaar. Hij was van 1759 tot zijn dood in 1783 werkzaam in de Vughterstraat te 's-Hertogenbosch. Met Lambert Jan Bresser gaf hij vanaf 1771 de 's-Hertogenbossche Courant, later de 's-Hertogenbossche Vaderlandsche Courant uit. Van 1774-1783 was hij de uitgever van de 's-Hertogenbossche Comptoir- en Schrijf-Almanach. Na zijn overlijden werd zijn bedrijf voortgezet door zijn weduwe, die ook de courant en het jaarboekje bleef uitgeven. In 1792 kwam haar zoon in de zaak.

In 1788 vond er een herdruk plaats van het Reglement voor de Huishoudinge en Finantie van de Heerlykheden Tilborg en Goirle. De eerste uitgave uit 1732 werd nog gedrukt door Paulus Scheltus te 's-Gravenhage, de tweede druk 'By de Wed. C.A. Vieweg, Stads-Drukster in de Vugterstraat' te 's-Hertogenbosch. In de dorpsrekening van Tilburg en Goirle is de rekening teruggevonden: 81 gulden en 15 stuivers voor: het Drukken en innaijen van Hondert en vijftig Reglementen voor de Huijshoudinge en Finantie van de Heerlijkheid Tilborg en Goirle en wegens geleeverde Prothocolle ten dienste der voors. gemeente.
Dat Tilburg nog meer zaken deed met C.A. Vieweg en later met zijn weduwe, blijkt uit de dorpsrekeningen van 1781, 1783 en 1786. In 1781 is aan C.A. Vieweg 30 gulden betaald voor: het drukken en Leveren van een Riem Mediaan schrijfpapier waar op is geprent het schut Reglement van Tilborg en Goirle. Van dit Schutreglement (gedrukt op één vel papier) bezit het Gemeentearchief Tilburg nog een aantal exemplaren.
In 1783 werden door C.A. Vieweg 200 exemplaren gedrukt van het Reglement waar na den commissaris te Tilborg van den Post-Wagen van 's Bosch op Breda en vise versa, zig zal moeten reguleeren, waarvoor hij 15 gulden en 13 stuivers ontving. Aan de weduwe C.A. Vieweg werd in 1786 opdracht gegeven voor het drukken en innaijen van 500 Exemplaren van het Brandreglement voor deeze Heerlijkheid.
Zij ontvangt een bedrag van 131 gulden en 17 stuivers voor het drukken van dat Brandreglement en voor het herbinden van 43 Registers ter Secretarije alhier tot derselver Conservatie, als zijnde alle te Zaamen bijna uit hunnen Band, met Leverantie van de daar toe benoodigde materiaalen, als nog voor het leeveren van zes nieuwe Prothocollen ten dienste der Gemeentens zoo van Tilborg als Goirle. Hiermee is ook de oudste archiefrestauratie in Tilburg aangetoond.

In 1795 drukte de weduwe nog enkele plakkaten en ordonnantiën samen met haar andere zoon Johan Carel Vieweg (1770-1813), die zich in mei 1794 als drukker in de Heuvelstraat te Tilburg had gevestigd. Bekend is ook het boekje Schoolfeest, gevierd te Tilburg 17 januari 1796 met de toevoeging Gedrukt te Tilburg bij J.C. Vieweg. Mede te bekomen bij Wed. Vieweg te 's-Bosch. Het is geschreven door de Tilburgse drossaard Adriaan van der Willigen. Johan Carel Vieweg vertrok in 1803 naar Nijmegen, waar hij uitgever werd van de Nijmeegsche Courant.

Ch.C.V. Verreyt, 'De Boekdrukkers en Uitgevers te 's-Hertogenbosch tot het begin dezer eeuw', in: Noordbrabantse Almanak voor het jaar 1890, Helmond, 1890, p. 341-350;

C.J. Weijters, 'De totstandkoming van het bestuursreglement van 1732 voor Tilburg en Goirle', in: De Lindeboom. Uitgave van de Archiefdienst van de gemeente Tilburg, I, 1977, p. 9-33;

GAT, Oud-administratief archief, inv. nrs. 96, 97a, 576 fol. 30 en 30v, 101 bis 1, 101 bis 2, 569 fol. 46, 121, 571 fol. 35v, 102, 574 fol. 38v, 569 fol. 46;

GAT, Bibliotheek, cat. nrs. 2119, 2119a en 2196;

GAT, Huizenregister 1799 Kerk nr. 52;

GAT, Uitgegane borgbrief 26-2-1803;

dr. P. Hollenberg, ''s-Hertogenbosch als perscentrum', in: Varia Historica Brabantica, IV, 's-Hertogenbosch, 1975, p. 165-171;

drs. W.J. Pouwelse en dr. F.J.M. van Puijenbroek, 'Kranten in Tilburg', in: De Lindeboom, III-IV, 1979-1980, p. 123-127;

Ronald Peeters, 'Zeldzame boekjes over Tilburg uit de 18e eeuw', in: Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 1, 1983, nr. 1, p. 20-21.

Regionaal Archief Tilburg

Ronald Peeters

Peeters, Ronald - Over Tilburgse drukken in de 18de eeuw (Vieweg)

 


Naar het begin van de pagina

Inhoud De paap van gramschap

CuBra Home


Vinken, Ad

 

Ad Vinken werd op 1 juli 1931 te Tilburg geboren. Hij werkte veertig jaar als ambtenaar bij de gemeente Tilburg, maar was ook als schrijver en cabaretier bekend. In de jaren vijftig werd hij met zijn toneelstuk De blauwe dromedaris winnaar van de door uitgeverij Strengholt uitgeschreven toneelprijsvraag. In het
vestzaktheater 'De Spoel' droeg hij zijn eigen teksten voor, bleef tot in de jaren zeventig actief lid van de toneelgroep 'Pegasus', deed een cabaret en regisseerde onder andere de toneelafdeling van de 'Souvenir des Montagnards'. Ad Vinken trad ook op als 'tonpraoter' en enkele keren als 'opperleuterèr'. Hij schreef twee keer de tekst voor het winnende Tilburgse carnavalslied. Hij schreef teksten voor de eerste Tilburgse Revue 'Kannen & Kruiken' in 1986, en voor de revue ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de parochie Korvel. 
Hij schreef korte verhalen, onder meer in Pulp. In het literaire tijdschrift De Tweede Ronde verschenen gedichten van hem. In 1985 publiceerde hij het boekje Dagboek van een welzijnshond. Ad Vinken overleed op 27 februari 1988 te Tilburg. In dat jaar werd door de gemeente de Ad Vinken-prijs ingesteld. Deze prijs, vijfduizend gulden groot, is voor Tilburgse kleinkunstenaars.

Encycl. van Noord-Brabant, deel 4, 1986, p. 259;

HN van 29-2-1988.

12 juli 2015

Bij gelegenheid van de 25ste sterfdag van Ad Vinken verscheen in 2013 een CD met tekstboekje van zijn bekendste liedjes.

Ed Schilders

 

Vinken, fr. Andreo (1 september 2015)

 

Carolus Borromeus, Joannes, Maria, Wilhelmus Vinken werd op 25 juni 1910 geboren in Tilburg in de parochie St. Anna. Na de lagere school bezocht hij de fraterschool in Goirle en de fraterkweekschool in Tilburg. In 1927 trad hij in als novice bij de fraters van Tilburg. Hij was werkzaam in het onderwijs in Oisterwijk, Den Bosch, en in Tilburg aan de fraterkweekschool en de U.L.O. op Korvel. Hij behaalde de aktes voor Frans, biologie, wiskunde, en natuurkunde. Frater Andreo Vinken overleed op 31 maart 1977 in het fraterhuis Joannes Zwijsen in Tilburg en werd drie dagen later begraven op de kloosterbegraafplaats van Huize Steenwijk in Vught.

In De Engelbewaarder publiceerde Andreo Vinken over biologische onderwerpen.

 

De Engelbewaarder, 1949.

 

Gulden Wiek, 1951.

De Engelbewaarder, 1948.

Curriculum vitae in het archief van de Fraters CMM in Tilburg.

 

Vliegend Wiel, 't (14 augustus 2015)

 

Bibliofiele uitgeverij uit Riel waarvan ons slechts één uitgave bekend is, zij het in twee, tegelijkertijd verschenen edities: Buigen voor een jonkheer van Albert Megens (gedichten) en Walter Kerkhofs (grafiek).

De gezeefdrukte editie verscheen in een oplage van 160 exemplaren en is gestoken in een miniatuur wielershirt van sponsor Duvel; de 'gewone' maar ook fraai vormgegeven editie had een oplage van 250 exemplaren.

 

Ed Schilders

 

 

 

Vlijmen, Frits van (3 juni 2015)

 

Johannes Cornelis Jacobus Bedaux werd op 6 december 1912 geboren in Tilburg als zoon van timmerman Georigius Bedaux en Joanna Janssen. Hij trad in in de congregatie van de fraters van Tilburg onder de naam frater Maria Fidelis. Voor zijn publicaties koos hij het pseudoniem Frits van Vlijmen. Hij overleed op 10 oktober 1960 in Grave.

Frits van Vlijmen schreef een tiental toneelstukken voor de jeugd, werkte mee aan De Engelbewaarder en De gouden wiek en schreef ook leerboeken in brailleschrift voor het onderwijs aan blinden. Een aantal titels daarvan werd uitgegeven in Tilburg door de drukkerij van het RK Jongensweeshuis en het Nederlands Boekhuis. Zijn pseudoniem ontleende hij aan zijn onderwijzerschap in Vlijmen; zijn braillepublicaties houden verband met zijn werk aan het blindeninstituut in Grave.

Bibliografie uit WorldCat

Bron: internet

Ed Schilders

De bibliografische gegevens staan in de bestandsnamen.


 

Sketch uit De Engelbewaarder, 1953, pagina 214

Sketch uit De Engelbewaarder, 1953, pagina 342

 

Vogelaar, Jacq Firmin


Jacq Firmin Vogelaar in Anatomie van een glasachtig lichaam, 1966.

 

Jacq (Firmin) Vogelaar is het pseudoniem van Franciscus Wilhelmus Maria Broers, geboren op 3 september 1944 te Tilburg. Hij bracht zijn jeugd door op de adressen Bredaseweg 152 en (vanaf 1957) Plataanstraat 20. In 1962 verhuisde hij naar Nijmegen. 
Hij debuteerde in 1964 met gedichten in Merlijn en met proza in Podium. In 1965 verscheen zijn gedichtenbundel Parterre, en van glas. Hij schreef daarna vooral proza en essays. Jacq Vogelaar behoort thans tot de belangrijkste naoorlogse Nederlandse auteurs. Hij werd bekend door zijn ver doorgevoerde taalexperimenten, vooral in zijn boeken Anatomie van een glasachtig lichaam (Amsterdam, De Bezige Bij, 1966) en Kaleidiafragmenten. Operaties 1 (Amsterdam, Meulenhof, 1970). 
Jacq Firmin Vogelaar heeft vele publikaties op zijn naam staan, zoals: De komende en gaande man (1965), Vijand gevraagd (1967), Gedaanteverandering of 'n metaforiese muizeval (1968), Het heeft geen naam (Amsterdam, Meulenhoff, 1968), Kunst als kritiek (Amsterdam, De Bezige Bij, 1972), Konfrontaties (Nijmegen, SUN, 1974), Het mes in het beeld en andere verhalen (Amsterdam, De Bezige Bij, 1976), Raadsels van het rund. Operarties 2 (Amsterdam, De Bezige Bij, 1978; vervolg op Kaleidiafragmen-ten), Alle vlees: verhalen: operaties 3 (Amsterdam, De Bezige Bij, 1980), Oriëntaties (Nijmegen, SUN, 1983), Terugschrijven (Amsterdam, De Bezige Bij, 1987), Verdwijningen (Amsterdam, De Bezige Bij, 1988), Speelruimte. Vier lezingen (Amsterdam, Perdu, 1991) en De dood als meisje van acht (Amsterdam, De Bezige Bij, 1991).

Hij vertaalde enkele boeken, zoals: Claude Levi-Strauss Het wilde denken (Amsterdam, Meulenhoff, 1968), Hanns Eisler Muziek en politiek (Nijmegen, SUN, 1972; samen met Konrad Boehmer), George Lukaca Thomas Mann (Nijmegen, SUN, 1975), Bertolt Brecht Driestuiversproces (Nijmegen, SUN, 1975), Saul K. Padover De brieven van Karl Marx (Haarlem, De Haan, 1981), Michel Foucault De verbeelding van de bibliotheek (Nijmegen, SUN, 1986), Heinar Kipphardt Marz: de carriere van een schizofrene dichter, (Nijmegen, SUN, 1988).
Verder kunnen genoemd worden: Gezondszorg (Amsterdam, Te Elfder Ure, 1973), Het mes in het beeld en andere verhalen (Amsterdam, De Bezige Bij, 1976; met anderen) en het jeugdboek Het geheim van de bolhoeden (Amsterdam, De Bezige Bij, 1986). In 1984 publiceerde hij onder een ander pseudoniem, Koba Swart, de novelle Nora, een Val (Amsterdam, De Bezige Bij).
Met zijn essaybundel over binnen- en buitenlandse literatoren Terugschrijven werd hij in 1988 genomineerd voor de AKO-literatuurprijs. Jacq Vogelaar was medewerker van het weekblad De Groene Amsterdammer, en hij schreef in vele tijdschriften, zoals Raster, waarvan hij sinds 1977 redacteur is. In 1969 ontving hij de Van der Hoogtprijs.
H.J.M.F. Lodewick, W.A.M. de Moor en K. Nieuwenhuijzen, Ik probeer mijn pen. Atlas van de Nederlandse letterkunde, Amsterdam, 1979, p. 249-253;

Willem van Toorn (red.), Querido's letterkundige reisgids van Nederland, Amsterdam, 1982, p. 300 en 562 (door Carel Swinkels);

Encycl. van Noord-Brabant, 4, 1986, p. 272.

25 mei 2006

Jacq. Vogelaar, Over kampliteratuur (Amsterdam, De Bezige Bij, 2006).

4 januari 2015
In 1970 kreeg hij de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs voor zijn verhalenbundel Het heeft geen naam en in 1992 de F. Bordewijkprijs voor zijn roman De dood als meisje van acht. In 1995 ontving hij de Frans Erensprijs en vier jaar later de Pierre Bayleprijs. In 2006 werd hij laureaat van de Constantijn Huygensprijs, toegekend voor zijn gehele oeuvre. Verder werk o.a.: Striptease van een ui (1993), essays; Weg van de pijn (1994), roman; Uit het oog: beeldverhalen (1997), beeldverhalen; Klaaglied om Ka (1997), poëzie; Inktvraat (1998), poëzie; Meer speelruimte (1998), essays; Taats onder mannen (2001), verhalen; Over kampliteratuur (2006), essays; Je zit niet alleen in je vel (2010), essays.

Frans Broers overleed te Utrecht op 9 december 2013.

Ronald Peeters

 

Volzin, Stichting (18 september 2015)


DeStichting Volzin werd in 1995 opgericht door Cees van Raak en Jasper Mikkers en stelt zich ten doel literaire initiatieven en evenementen te ondersteunen en het literaire klimaat in Tilburg te bevorderen. Daarnaast behartigt de stichting literatuur- en auteursbelangen. In 1995, 1996 en 1997 stond zij aan de wieg van de manifestatie Tilburg Literair. Ook zette Volzin zich in voor de publicatie van een biografie van mr. Anton Roothaert (1996).  en initieerde zij het schrijversproject Geschreven Stad (1997). De door Volzin gestarte website Literair Tilburg werd in 2000 voortgezet door Ed Schilders en Frans Tooten onder de naam Cultureel Brabant / CuBra. Volzin organiseerde daarnaast de manifestaties Tuin der Letteren (2000-2001) en rondomTwater (2008). Sinds 2005 was Volzin de literaire partner van Theater Zaal 16, waarvoor de stichting onder de titel Salon XVI thematische literatuuravonden organiseert.
Tilburg Wiki


Vondel, Joost van den


 

Joost van den Vondel (1578-1679), misschien wel de bekendste dichter van Nederland, heeft ten minste één keer 'Tilburg' in zijn werken vermeld. Dat was in het gedicht dat hij naar aanleiding van de verovering van 's-Hertogenbosch in 1629 door Frederik Hendrik had geschreven. Dit boekje Zegesang ter eere van Frederick Henrick, Boschdwinger, Wezelwinner, Prince van Oranje verscheen in 1629 te Amsterdam bij Willem Blaeu. Het werd in 1979 in facsimile uitgegeven ter gelegenheid van de 350ste verjaardag van de verovering van 's-Hertogenbosch. Op bladzijde 5 dicht hij:
 

En trots als Brabants pylaer stond,
En Holland scheyde en Brabants grond,
Soo onversiens, soo ongewroken
Gesloopt sou leggen afgebroken,
Door 't woen des Hollandschen soldaets ?
Dat d'eer van Tilburgh sijne plaets
Sou laeten d'eere van Oranjen ?
Dat d'oorloghssetel van Hispanjen,
En Isabels doorluchte troon
Sou open staen voor Welhems soon,
Tot schrick van Phlippes bondgenooten ?

 

Ronald Peeters, Tilburg.

 

Met 'd'eer van Tilburgh' wordt Anthony Schetz baron van Grobbendonck (1572/3-1640) bedoeld. Hij was heer van Tilburg en Goirle en van 1596 tot de overgave van de stad in 1629, militair gouverneur van 's-Hertogenbosch. 
Naar Vondel is in 1923 in Tilburg het Vondelplein genoemd. In het paleis-raadhuis bevindt zich in de hal een glas-in-loodraam van glazenier Joep Nicolas (1936) met daarop een spreuk van Vondel uit diens Roskam:

Indien 't Gemeen

U roept,
besorght het als

Uw eygen

Vondel

Ter gelegenheid van de 250e sterfdag van Joost van den Vondel, werd op 5 februari 1929 in Boekhandel en Uitgeverij De Kempen, Noordstraat 69, een tentoonstelling geopend over zijn werken.

 

Foto's van de Vondeltentoonstelling  in de gymnastiekzaal van de fraters, 1937

 

In de gymzaal van de kweekschool van de fraters aan de Gasthuisring, werd in 1937 bij gelegenheid van de 350e geboortedag van Vondel een grote Vondeltentoonstelling gehouden. Het betrof de kostbare collectie Vondelboeken uit eigen bezit, welke door de toenmalige bibliothecaris fr. Assisius Janssen was aangelegd. Deze collectie is onlangs aan de bibliotheek van de KUB geschonken. De algemeen-overste van de fraters, fr. Tharcisio Horsten (1879-1952), was eveneens een groot Vondelkenner.

 

Ed Schilders. Bernard Molkenboer, portret door Huib Luns.

 

In Tilburg is een aantal boeken over Vondel uitgegeven. In 1945 werd bij W. Bergmans het boekje Mijn Vondelbiografie en de oorlog van dr. B.H. Molkenboer O.P. (1879-1948) uitgegeven. Molkenboer, die hoogleraar Vondelstudies was aan de universiteit van Nijmegen, vluchtte in december 1944 voor het oorlogsgeweld naar het reeds bevrijde Tilburg. Bij een bombardement was zijn bibliotheek verwoest en gingen al zijn voorbereidingen voor een grote Vondelbiografie verloren. In zijn boekje beschrijft hij hoe hij in Tilburgse bibliotheken -- die van de fraters en van de Leergangen -- de benodigde werken vond om opnieuw te beginnen.

 

Uit Mijn Vondelbiografie en de oorlog

 

Ed Schilders

 

Molkenboer overleed in 1948. In 1950 verscheen postuum het enige deel (van de zes geplande) dat hij had kunnen voltooien: De jonge Vondel (Amsterdam, 1950).

Voor de volledige gedigitaliseerde tekst van Mijn Vondelbiografie en de oorlog op website CuBra KLIK HIER

Mijn Vondelbiografie en de oorlog KLIK HIER

 

Dr. H.W.E. Moller (1869-1940) publiceerde Vondel's Lucifer (Tilburg, 1908; vele herdrukken, onder andere bij De Kempen, 1944, 5e druk) en Joost van Vondel's Lucifer (Tilburg, Het Nederlandsche Boekhuis, 1944). Moller promoveerde in 1907 te Amsterdam overigens op Vondels Heerlyckheit der Kercke, en hij was medewerker aan de tiendelige Vondel-editie De werken van Vondel (Amsterdam, 1927-1937).


Advertentie voor Hendrik Mollers studie over Vondels Lucifer (1922). Bron: Jaarlijksche Boekenschouw.


Mgr. dr. P.C. de Brouwer (1874-1961) schreef voor de serie 'Letterkundige Bibliotheek voor Katholieken, bezorgd door de leeraren van het R.K. Gymnasium te Tilburg' enkele deeltjes: Vondel I. Lierdichten (nr. 1, 1904), Vondel II. Batavische gebroeders (nr. 8, 1905) en Vondel III. Heerlijckheit der Kercke. Boek I (nr. 19, 1907), gedrukt bij Drukkerij Jean Smits & Zonen.
Prof. dr. L.C. Michels (1887-1984), die jarenlang docent aan de R.K. Leergangen in Tilburg was, promoveerde in 1941 te Nijmegen op het proefschrift Bijdrage tot het onderzoek van Vondel's werken (Nijmegen, Dekker & Van de Vegt, 1941). In de Zwolse reeks van taal- en letterkundige studies verscheen zijn boek Stoffen uit Vondels werk (1961).

Coen Free, Den Bosch bedwongen. Zegesang ter eere van Frederick Henrick. Joost van den Vondel, 's-Hertogenbosch, 1979;

Ronald Peeters, De straten van Tilburg, Tilburg, 1987, p. 60-61 en 177.

4 januari 2015
Frank van Pamelen, Ed Schilders en Jace van de Ven schreven in het boek Elvis Presley en de raadselachtige Snorrenepidemie. De geheime geschiedenis van Tilburg (Tilburg,  2008) het fantastische verhaal ‘Vondels volkslied’ (p. 8-11).

28 november 2015

De wraak van Vondel, literaire thriller. Ambo|Anthos, Amsterdam 2015.

 

  11 januari 2016

Regionaal Archief Tilburg - Kleingrafiek (houtsnedes) door Kees Mandos


Voort & Zonen, Drukkerij A.J. van der


H.W.A.M. van der Voort, Pauillac,  Fr. Arnoldus van der Voort.

 

Arnoldus Johannes ('Nout') van der Voort werd op 14 februari 1786 te Boxtel gedoopt. Hij trouwde in 1811 te Tilburg met Maria Theresia van Dooren (1790-1851), en hij vestigde zich als linnenfabrikant in de Nieuwlandstraat. Vanaf 1831 tot aan zijn dood in 1862 was hij wethouder van Tilburg. In 1825 kocht hij het huis van zijn schoonvader op de Markt en begon daar in 1837 met zijn zoon Hendrikcus Franciscus Wilhelmus (1812-1890) een drukkerij. Later zijn ook zijn zonen Franciscus Arnoldus Nicolaas (1821-1882) en Maurits Cornelis Christiaan (1823-1860) in deze zaak gekomen, respectievelijk als boekdrukker en boekbinder. Zijn dochter Elisabeth Catharina Huberdina (1819-1885) was getrouwd met de Tilburgse boekhandelaar Hendrikus Dominicus van de Sande (1819-1884), die in de Heuvelstraat een zaak had. Van Arnoldus van der Voort, die op 6 juli 1862 te Tilburg overleed, bestaat nog een schilderij dat via zijn kleinzoon, de wijnkoper Henricus, in het Franse Pauillac terechtgekomen is. 

Van der Voort drukte vanaf 1838 alle soorten gemeentedrukwerk, zoals de geboorten-, huwelijks- en overlijdensregisters van de gemeente Tilburg. Hij had ook nog een winkel in manufacturen, maar begon in 1840 een boekhandel. Op 7 augustus 1840 werd nummer 1 van de eerste Tilburgse krant door hem uitgegeven: Algemeen Nieuws- en Advertentieblad der Provincie Noord-Braband, vanaf de derde jaargang De Echo, dagblad tot Nut van Kerk en Staat, en ter bevordering van 's Lands Nijverheid geheten. Of deze krant het langer dan drie jaar heeft volgehouden, is niet bekend. Pas in 1862 zou L.J. Goewie weer een krant in Tilburg uitgeven. 

Het Gemeentearchief Tilburg bezit enkele drukken van Van der Voort, onder andere Tilburgsche Almanak voor 1841 (eerste jaargang) en 1846 (zesde jaargang), De ziel en den kruisweg (1842), Livre de prières et de meditations tirées de saint Alphonse-Marie de Liguori (1842), Openbare verkooping van aanzienlijke landgoederen, genaamd: de Hollandsche en Belgische Nieuwkerk (1856), Reglement voor den geneeskundigen kring te Tilburg (1866) en Programma van het onderwijs der Rijks Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus Willem II, te Tilburg, 1867-1868. Uit literatuuronderzoek zijn ook nog enige vroege drukken bekend: Leesboek voor de Roomsch Catholijke Jeugd, bevattende de uitlegging van het gebed des Heeren en de Engelsche groetenis (1841), Lessen en Voorbeelden van christelijke en burgerlijke wellevendheid voor R.C.leerlingen (1842) en de bestseller Silvia, of het vermogen der deugd (1842).
In 1882 nam Antoine Arts de boekhandel en drukkerij van de firma A. van der Voort & Zonen over, en nog later in 1890, kwam daar drukkerij Willem Bergmans in, en ten slotte in 1903 drukkerij Bijvoet Mutsaers.

GAT, Collectie 'kerkboeken', nrs. 6 en 17;

GAT, Bibliotheek, cat. nrs. 2293, 2294, 5296, 5328;

GAT, Nieuw-Administratief Archief 1810-1907, voorl. inv. nrs. 42e (gemeenteverslag 1840) en 140 (Brievenboek B en W, brief 268, 21-9-1839);

'Van der Voort', in: Nederland's Patriciaat, jrg. 47, 1961, p. 346 en 348-349;

fr. M. Gervasius Dominicus, Grepen uit de geschiedenis van de uitgeverij ener congregatie, z.pl. en z.j. (ca. 1965), getypt (GAT, Bibliotheek, cat. nr. 5653), p. 19-20;

drs. W.J. Pouwelse en dr. F.J.M. van Puijenbroek, 'Kranten in Tilburg', in: De Lindeboom, III-IV, 1979-1980, p. 131-139; Nederlandse Persbibliotheek Amsterdam, inv. nrs. 5383 en 5387.
2 januari 2015

Bij de Gebroeders De Kanter ‘R.C. Boekhandelaren’ werd het Tijdschrift of verzameling van goede boekjes voor de Nederlandsche jeugd uitgegeven. Een exemplaar van de tweede jaargang (september 1843) vermeldt op het omslag ‘Gedrukt bij A. van der Voort en Zonen te Tilburg’.

Regionaal Archief Tilburg

Op de achtergrond (met poort) drukkerij Van der Voort aan de Oude Markt. Detail uit een prentbriefkaart omstreeks 1900.

 

Dezelfde tijd: nu gezien vanuit de Heuvelstraat. Links naar Oude Markt, rechts naar toenmalige Zomerstraat.

 

 

Ronald Peeters

 

Vos, A. (13 maart 2015)
 

A. Vos


A. Vos is het pseudoniem waaronder Ed Schilders in 1997 deelnam aan een door Boekhandel Gianotten en Scheepens Reclame Adviseurs uitgeschreven wedstrijd: het leveren van een fotografische of geschreven bijdrage onder het motto ‘Ik heb iets met Tilburg’. De door een jury uitverkoren teksten en foto’s zouden gepubliceerd worden in een boek. Schilders had goede redenen om zijn bijdrage onder pseudoniem in te leveren: de organisatie had hem namelijk als adviseur bij haar plannen betrokken, en in die functie had hij ook geadviseerd bij de samenstelling van de jury. Toen het in de zomermaanden voorafgaand aan de publicatie echter niet wilde vlotten met het aantal inzendingen, en een van de organisatoren met een knipoog vroeg of Schilders misschien niet ‘iets in een laatje had liggen’ besloot de columnist van het Brabants Dagblad/Tilburg Plus inderdaad een bijdrage in te sturen.
De naam A. Vos, het bijbehorende correspondentieadres en een portretfoto leende Schilders van zijn stiefvader, Ton Vos. Als ‘hun’ verhaal zou winnen zou Vos uiteraard de prijs in ontvangst moeten gaan nemen. Waar geen van beiden op gerekend had, gebeurde: het verhaal ‘Van Heukelom via Manhattan naar Tilburg en terug’ van A. Vos werd door de jury uitverkoren. Voor A. Vos bleek dat geen goed nieuws. Alleen het idee al een prijs te moeten gaan ontvangen uit handen van de burgemeester deed hem wit wegtrekken. Hij vreesde zelfs, niet ongelijk Stiefbeen de oudere, het ergste voor zijn zwakke hart (hij had al een open hartoperatie ondergaan in het UMC in Amsterdam). Omdat Schilders geen hartfalen op zijn geweten wilde hebben, verzocht hij een tweetal vrienden, Jef van Kempen en Peter IJsenbrant, om de prijs (1.000 gulden) in ontvangst te gaan nemen. Met hen was Schilders in die tijd juist bezig de Stichting dr P.J. Cools MSC op te richten, de stichting die de Tilburgse boekenmarkt zou gaan organiseren. Het prijzengeld zou gebruikt worden om onder andere de notariskosten te dekken. En zo geschiedde. IJsenbrant las op 13 november 1997 in Boekhandel Gianotten een korte dankbrief van A. Vos voor waarin hij betreurde wegens ziekte niet aanwezig te kunnen zijn, en het eregeld aan de Stichting Cools schonk: ‘want vergeet niet, het boek dat vanavond nieuw is, is morgen oud.’ Om vervolgens van burgemeester Johan Stekelenburg de enveloppe in ontvangst te nemen. Ed Schilders keek toe vanuit het publiek.


“Doodzieke’ Vos grote afwezige’ en ‘Mysteriespel rond winnende auteur’ kopte het Brabants Dagblad de volgende dag boven het verslag van Joep Eijkens van de prijsuitreiking. Eijkens suggereerde daarin dat achter de naam A. Vos niemand anders dan Ed Schilders kon schuilen: ‘…wie hem kent uit zijn columns herkent zijn schrijfstijl en onderwerpen’.

A. Vos

Eerste pagina uit Ik heb iets met Tilburg, zoals uitgereikt op 13 november 1997, met opdracht door en signatuur van burgemeester Johan Stekelenburg, en handtekeningen van juryleden Henk Ewoldt en Wilbert van Herwijnen (en twee onbekende signaturen).

Joep Eijkens over de presentatie

A. Vos - ‘Van Heukelom via Manhattan naar Tilburg en terug’


Vos, Carole

 

Juryvoorzitter Anton van Duinkerken feliciteert Carole Vos met het winnen van de romanprijs van de gemeente Hillvarenbeek voor Spelen met spoken (1966). Uit: Brabantia 15, foto Rien Siers.

 

Carole Vos is het pseudoniem van G.T.J.M. ('Truusje') Sparla. Zij is op 25 novemner 1933 geboren in het Belgische Mortsel en heeft haar jeugd doorgebracht in Tilburg, onder andere in de Noordstraat 97. Zij studeerde perswetenschappen aan de universiteit te Amsterdam. Carole Vos schreef vele boeken, artikelen, verhalen, gedichten, liedteksten en toneel, zowel voor volwassenen als kinderen. Haar kinderboek Het droevige huis werd een bestseller.

De uit vier delen en een toneelspel bestaande serie Olibouter en Kafant is het bekendste van de ruim twintig kinderboeken die zij met name voor de Tilburgse Uitgeverij Zwijsen en verder bij Wolters Noordhoff in Groningen en Sjaloom in Amsterdam schreef. Voorts kunnen genoemd worden de novelle Het Roofdier, de psychologische romans De man zonder vloeren, Spelen met spoken en De slapende aan mijn voeten, de bundel suïcide-verhalen Het verkeerde gezicht, en de gedichtenbundels Heksenjong en Wat leeft in eeuwenoude steen. Carole Vos ontving voor haar werken diverse literaire prijzen, onder andere de Groot-Kempische cultuurprijs voor België en Nederland voor het boek Spelen met spoken. Een literair kinderverhaal van haar werd bekroond met de prijs Kriskras voor Nederlandstalige schrijvers.
Zij publiceerde gedichten in uiteenlopende bladen, onder meer in Tilburg Magazine (1991, nr. 4), waarin het gedicht Het ene kind en het andere. Herinnering aan de Noordhoekse kerk staat, hier geïllustreerd met het schilderij 'Late processie' van Jan van den Berg:
 

het ene kind ging blij aan papa's hand
die kerk toen in
witzwarte tegels in het middenpad
gedreun van orgel in het verre hoge
nooit was een hemel hoger en de luchten
gaven minder dan de bogen
waarin de ritmes hingen
die kind dansen deden
daar beneden en de vader keek...

het leek zo goed, de vader keek
zo trots, hij klapte zachtjes
zachtjes in de handen.
blijde banden tussen hem en kind:
"twee nachtjes slapen
en dan mag je weer"

maar boze droom toen kind een keer
alleen de kerk inging en danste
gedreun van orgel stokte en
en zo ook haar blij bewegen
en boze droom begon:
kind kreeg de deur niet open,
hoogten leken zwaar te vallen
"kerk o kerk, ga toch niet vallen,
niet donker midden op de dag"
en toen
kind hoorde en kind zag:
in stilte klaagden niet geziene
monden,
klaagden, snikten. wie ? of wat ?
ze zag dat ander vreemde verre kind
of niet misschien, kind zag misschien
wat niemand eerder had gezien
of hoorde, heeft toen ook gehoord
van moord, verhalen van
van: heel en heel erg lang geleden
werd er gevonden ooit
gevonden hangend in de bogen
als een weggegooide vod
dat ander kind, dat lang geleden kind
in dit trieste huis van God.

"papa papa papa papa papa papa..."
"kindje toch och kindje toch,
je had ook nooit
alleen

daar mogen gaan"

 

Truusje Sparla is gehuwd met de auteur Anton van Oirschot. Zij wonen op kasteel Nemerlaer in Haaren.

 4 januari 2015
Anton van Oirschot (1927-2004). 

Carole Vos schreef onder andere:  De trommels van Hannes (Tilburg, Zwijsen, 1990); Denkverhaaltjes (Vertaling, Tilburg, Zwijsen, 1983); Kleine Krauw (Utrecht, Sjaloom, 1985); Veilig leren lezen (Zwijsen, 1987); Bomenkind (Utrecht, Sjaloom, 1987); Tim heeft een spin (Tilburg, Zwijsen, 1988); Koen koopt een kans (Tilburg, Zwijsen, 1988); Een slaappoes (Tilburg, Zwijsen, 1988); De vrouw van de pauw (Tilburg, Zwijsen, 1988); Zwart iemand in de kuil (Tilburg, Zwijsen, 1989); Op zoek naar een nieuwe vriend (Tilburg, Zwijsen, 1989); Het bruggetje (Tilburg, Zwijsen, 1989); De trollenkoning (Heerlen, NIOP, 1989); De gekke visite (Tilburg, Zwijsen, 1989); De Indische waterlelies (Heerlen, NIOP, 1989).

Encycl. van Noord-Brabant, deel 4, 1986, p. 279-280.

Bron: Internet

Bibliografie uit WorldCat

 

Vossius, Lambertus


Lambertus Vossius werd als Lambert de Vos omstreeks 1602 te Reusel geboren. Hij studeerde aan het Jezuïetencollege te 's-Hertogenbosch. Hier heeft hij vermoedelijk de later bekende schrijver pater Adriaan Poirters uit Oisterwijk leren kennen. In 1624 trad hij in dienst bij zijn oud-leraar Griekse taal Olivier de Wree te Brugge. Deze werd zijn mecenas, en met zijn steun kon de dichter Vossius in 1625 naar het zuiden reizen. In Parijs bezocht hij de geleerde Nederlander Hugo Grotius. Op weg naar Rome heeft hij voor kardinaal Barberini, de neef van paus Urbanus VIII, een gedicht gemaakt, dat nog steeds wordt bewaard in de bibliotheek der Barberini in het Vaticaan. Vossius kreeg in Rome onderdak in het paleis van prins Frederik Cesi, de stichter van de Academie van de Lyncei, en hij won weldra zijn vriendschap met zijn mooie Latijnse verzen. In 1627 keerde hij naar Brugge terug, waar hij bij de abt van Oudenburg in dienst kwam. Hij voltooide zijn studies en reisde in 1629 naar Tilburg, waar hij in ondertrouw ging met Petronella, de dochter uit het eerste huwelijk van Adriaen Cornelissen Keysers. Vier dagen later trouwden zij. Het echtpaar kreeg vier kinderen: Johanna, Olivier, Elisabeth en Margarita. Lambertus Vossius schatte het vermogen van zijn vrouw op 12.000 florijnen. Dit erfdeel van zijn vrouw heeft hem jarenlang procederen met zijn schoonvader opgeleverd. Hierdoor was hij zelfs genoodzaakt om met zijn gezin in de jaren 1638, 1640 en 1641 wekenlang in Tilburg te verblijven.
Vossius vertaalde onder andere de codex van Vredius, Sigilla comitum Flandriae, uit het Latijn in het Frans. Hij vestigde zich in 1642 in Brugge, waar hij reeds jaren te voren tot notaris was benoemd. Lambertus Vossius overleed op 19 augustus 1648, op weg van Antwerpen naar Brugge, vermoedelijk te Sijsele. Zijn werk werd verzameld door J.B. en M. Clouwet, en in 1679 uitgegeven onder de titel Alle de Wercken van Lambert Vossius, bestaende in seer Aerdige ende Curieuse Dichten (zie afbeelding van het frontispiece; bron: Wikimedia Commons)

 

 

 

Deze bundel bevat ook het gedicht Hemel-Spraken over de Brugse Heilig Bloed-dagen. Dit gedicht is door W.J.C. Buitendijk in 1920 toegeschreven aan zijn Tilburgse vrouw Petronella Keysers, die haar 'als Rooms kampioene tegen de Hervormde' een plaats toedicht 'naast haar Antwerpse en Brusselse kunstzusters Anna Bijns en Katharina Boudewijns'. Deze toeschrijving haalt hij uit een door J.G. Frederiks in 1886 gepubliceerde Brugse stadsrekening van 1643 (fol. 96v, nr. 3): An Petronella Keysers, huusvraauwe van Lambertus Vossius de somme van drije ponden, XVJ sch. over een gratuiteyt, toegheleyt ter cause van de exemplairen van haere compositie van de Brughsche hemelsprake, anden collegie ghepresenteert bij ordonnantie ende quyctancie, sijn IIJ L XV sc.

Voor Buitendijks behandeling in DBNL van deze kwestie: KLIK HIER

Drs. A. Geerardijn S.J., 'Lambertus Vossius een dichter uit de zeventiende eeuw', in: Bijdragen tot de geschiedenis bijzonderlijk van het aloude hertogdom Brabant, deel 40, 1957, p. 118-122;

GAT, R.K. Doopboek 1621-1635, fol. 280, 16 febr. 1629;

GAT, Rechterlijk-archief inv. nr. 363, fol. 201;

M.J.G. Frederiks, 'Lambert De Vos, brugsch dichter in de eerste helft der 17de eeuw', in: Nederlandsch Museum, 1886, p. 266-286;

M. Sabbe, 'L. Vossius' Hemelspraken van den H. Bloeddag', in: Brabant in 't verweer, Antwerpen, 1933, p. 194-197.

Vrande, Frans van de


Frans van de Vrande werd in 1914 gemobiliseerd en ingedeeld bij de 3e Compagnie van een van de bataljons van het 7e Regiment Infanterie. Hij beschreef zijn belevenissen tijdens zijn legertijd in het boek Pijn en gijn. Het zevende in Brabant (Amsterdam, Andries Blitz, z.j.). Van de Vrande verbleef in het grensgebied van Tilburg, waar hij in het Trappistenklooster van de Koningshoeven was ingekwartierd. Hij vertelt onder meer over het baden in een wollenstoffenfabriek aan den Broekhovenschenweg, met toevoer van warm water, en over het vermaak in de Harmonie in de Willem II-straat.

Ronald Peeters

Grotere weergave

 

 

Vrande, Willem van de

 

Foto: Goirles Belang, 2010

 

Willem van de Vrande werd op 25 oktober 1940 te Tilburg geboren. Hij is, na 25 jaar als leraar Nederlands in het middelbaar onderwijs werkzaam geweest te zijn, thans verbonden aan het Brabants Centrum voor Amateurtheater. Sinds 1965 is hij actief als toneelregisseur en onder meer bekend als regisseur van de Tilburgse Revue 'Tilburgs Tumult' (1990). Van de Vrande publiceerde een aantal gedichtenbundels: Signalen uit het hiernamaals (1977), Eerste persoon enkelvoud (1985) en Voorland (Tilburg, eigen beheer, 1986). Hij bewerkte het bekroonde kinderboek De rode kous van Elfie Donnely tot het toneelstuk Samen 8en80 en schreef in diverse bladen, onder andere in Brabantia. Begin 1992 verscheen bij de bibliofiele Brandon Pers in Tilburg zijn gedichtenbundel Zonder Paraplu.

NvhZ van 6-7-1985;

Persbericht Tilburgse Revue 'Tilburg Tumult', 1990.

(28 juni 2015)

Van de hand van Willem van de Vrande verschenen:

Vrande, W. van de  (1977). Signalen uit ’t hiernamaals : Goirle [eigen beheer]

Vrande, W. van de  (1985). Eerste persoon enkelvoud: Gedichten. Tilburg: Van de Vrande.

Vrande, W. van de  (1986). Voorland: Gedichten. Tilburg: Willem van de Vrande.

Vrande, W. van de  (1992). Zonder paraplu. Tilburg: Brandon Pers.

Vrande, W. van de  (1992). De hof van heden. Goirle: Van de Vrande.

Vrande, W. van de, Loonen, B., & Zawadzki, V. (1992). Een volk langs de weg =: A people along the road = Ein Volk am Rande der Strasse. Goirle: Van de Vrande.

Vrande, W. van de  (1997). Schrale troost: Gedichten. Goirle: Van de Vrande.

Ostaden, B., Paulussen, T., & Vrande, W. van de  (1998). Beeldschoon aan de Ley. Goirle: Commissie voor Kunst en Cultuur gemeente Goirle.

Vrande, W. van de  & Radersma, J. (2001). Tot in mijn dromen: Gedichten. Goirle: Stichting Nacht van het Gedicht.

Vrande, W. van de  (2003). Dag dorp: Poezie in Goirle, Goirle in poezie. Goirle: Stichting Goirle 200 jaar.

Vrande, W. van de  (2003). Nooit te laat: 45 (eigen)zinnige varianten op Boutens' Liefdes uur. Goirle: Literaire Kring Goirle.

Vrande, W. van de  (2004). Kijk: Goirle 200!. Goirle: Gemeente Goirle.

Vrande, W. van de  (2005). 5 Toneelstukken. Tilburg: Fado Press.

Vrande, W. van de  (2010). Nooit wil ik vergeten: 15 jaar dodenherdenking in Goirle, 1995-2010. Goirle: Grafisch Buro Goirle.

Vrande, W. van de, Clement, A., & Radersma, J. (2010). Er ligt een woord op tafel. Goirle: s.n..

Ronald Peeters

 

Willem van de Vrande, tot in mijn dromen (gedichten) met beeld van Jan Radersma, is een uitgave van de Stichting Nacht van het Gedicht Goirle en Fado Press Tilburg. De bundel (gebonden in stofomslag) verscheen op 25 januari 2001 ter gelegenheid van de Nationale Dag van de Poëzie in een oplage van 250 exemplaren. (Coll. Ronald Peeters).

 

Ed Schilders

Titelpagina met opdracht van de auteur


Vreede, prof. mr. George Willem

 

Portret door Johan Heinrich Neuman (1819-1898). Bron: Wikimedia Commons

 

George Willem Vreede werd op 14 april 1809 te Tilburg geboren. Hij was de kleinzoon van Pieter Vreede. Vanaf 1821 studeerde hij aan het gymnasium te Leiden, van 1825-1827 aan de universiteit te Gent bij Thorbecke, daarna vanaf 1827 te Leuven en vanaf 1831 te Leiden, waar hij in dat jaar promoveerde. Hij vestigde zich als advocaat te 's-Gravenhage. In 1841 werd hij hoogleraar in het staatsrecht en het volkenrecht aan de rijskuniversiteit te Utrecht. Hij was een tegenstander van de grondwetsherziening van 1848. Hierover publiceerde hij talloze brochures. Vreede publiceerde vele hoofdartikelen in het Utrechtsch Dagblad en schreef een groot aantal brochures. Bekend is zijn omvangrijke werk Inleiding tot eene geschiedenis der Nederlandsche diplomatie (Utrecht, 1850-1865, 5 delen in 6 banden), en Bijdragen tot de geschiedenis der omwenteling van 1795 tot 1798 (Amsterdam, 1847-1851, 2 delen). Verder kunnen genoemd worden: Frederika Sophia Wilhelmina en L.P. van de Spiegel (Utrecht, 1868), het grote werk Mr. Laurens Pieter van de Spiegel en zijne tijdgenooten, 1737-1800 (Middelburg, 1874-1877, 4 delen) en La Souabie, après la paix de Bâle. Recueil de documents diplomatiques et parlementaires (Utrecht, 1879). G.W. Vreede overleed op 29 juni 1880 te Utrecht. Na zijn dood verscheen zijn autobiografie Levensschets van G.W. Vreede, naar zijn eigen handschrift uitgegeven (Leiden, E.J. Brill, 1883).

 NNBW, V, Leiden, 1921, kol. 1074-1077; J.W. Spin, Prof. mr. G.W. Vreede. Oudere tijdgenoten, deel 20 , Utrecht, 1885.

Bron: internet 2015


Vreede, Pieter


Particuliere collectie, Den Haag. Pieter Vreede geschilderd door Bastiaan de Poorter in 1835.

 

Pieter Vreede werd op 8 oktober 1750 te Leiden geboren. Hij trouwde achtereenvolgens met Geertruy Aletta Markon (1755-1775), na haar dood met haar zuster Suzanne Markon (1756-1798) en ten slotte met Maria Marijt (1776-1834). Vreede was wollen-dekenfabrikant te Leiden en van 1790 tot 1802 te Tilburg, aan de Nieuwendijk (de huidige Bisschop Zwijsenstraat). Hij was een vurig patriot. In 1778 schreef hij zijn eerste publikatie, waarna er nog veel zouden volgen. Het waren vooral zogenaamde Aanspraken voor exercitiegenootschappen in proza en poëzie, vaderlandse gedenk-, feest- en krijgszangen. Sommige gevaarlijke geschriften schreef hij onder de pseudoniemen Harmodius Friso, Frank de Vrij, en vermoedelijk later in De Courier van Bataafsch Braband onder pseudoniem P. Vaderlander. 

Vreede werd de officiële dichter van het patriottisme. Bekend werd hij met zijn Aanspraak aan Willem de Vde, die hij in 1781 onder pseudoniem Harmodius Friso schreef, en het in 1782 onder pseudoniem Frank de Vrij geschreven pamflet De Oranjeboomen, dat tegen prins Willem V was gericht. Onder het eerste pseudoniem schreef hij onder andere ook Aan Godt (Amsterdam, 1784), De heldendaden van Neerlands admiraal-generaal, in 12 zangen (Amsterdam, 1784), en het toneelstuk De bloedraad of de gevloekte samenzwering op het Loo (1786), en onder zijn eigen naam Het gestoorde naaypartijtje van Willem de Ve, kluchtspel in een bedrijf (Zürich, 1786). In 1794, toen Noord-Brabant in de Unie werd opgenomen, schreef hij de lierzang Ode aan Noord-Brabant. Uit zijn gedicht Aan de Bataafsche oorlogsmagt by den aanval op Engeland (met vervolggedicht van Adriaan van der Willigen, 1797) twee strofen op de Wys: Ceuillons la Rose, sans la laiser fanir:
 

Wreekt U, Bataven! 't Geldt thans den snooden Brit.
Wreekt U, als Braven. Het geld thans Pit! (bis).
Dat Monster heeft te lang gewoedt;
Te lang Europa omgewroet.
Bonst gy hem van zyn' zetel af;
De Vreê volgt op zyn straf.

Wreekt U, Bataven! 't Geldt thans den snooden Brit.
Wreekt U, als Braven. Het geldt thans Pit! (bis).
Hy blies den schellen Krygstrompet.
Nu word hy op zyn beurt verplet.
Het Vloekrot knie
Johan Heinrich Neuman (1819-1898)lt voor Vrankryks vaên;
Zyn Kop! - en 't is gedaan.

 

Vreede had in 1796 en 1797 zitting in de 1e en 2e Nationale Vergadering als representant van Bataafs Brabant voor Bergen op Zoom. Op 23 januari 1798 werd hij benoemd tot lid van het uit vijf leden bestaande Uitvoerend Bewind, dat echter door de staatsgreep van 12 juni 1798 al ten val werd gebracht. In 1802 trok hij zich uit zijn fabriek in Tilburg terug. Deze werd door zijn zoons Paulus en Hendrik overgenomen. Hij vertrok naar Waalre en ging daar wonen bij de volmolen van de firma Vreede. In dat jaar schreef hij Proeve om de verheffing van 't fabrijkwezen te vereenigen met de belangen van den koophandel, zeevaart en landbouw (Haarlem, 1802). In 1815 werd hij lid van de Provinciale Staten van Noord-Brabant, en op 30 november 1816 werd hij commies bij het hoofdkantoor der convooien en licenten te Antwerpen. Er volgden twee overplaatsingen: in 1819 naar 's-Hertogenbosch, en in 1822 naar Utrecht. In 1824 werd hij om gezondheidsredenen ontslagen. Hij woonde in 1829 te Gouda. In die tijd schreef hij onder andere Reize door Afrika, voor jonge lieden (Leiden, 1814), Karel en Louise, of de beoordeelingen der wereld (Haarlem, 1814) en Herman en Hermine, of tafereelen van liefde en vriendschap (Groningen, 1818). Tot zijn laatste werken behoren Het stelsel ter vereeniging der belangen van zeehandel, nijverheid en landbouw gehandhaafd (Gouda, 1829) en Karakterschetsende tafereelen uit het begin der 19e eeuw (Breda, 1825-1827, 2 delen). 

Pieter Vreede overleed op 21 september 1837 te Heusden en werd in Gouda begraven. Naar hem werden in Tilburg het Pieter Vreedepad (1900), het Pieter Vreedeplein (1962) en de Pieter Vreedepassage (1987) genoemd.

NNBW, IX, Leiden, 1933, kol. 1245-1254;

prof. dr. J. van der Poel, 'Leven en bedrijf van Pieter Vreede', in: Verslag Algemene Vergadering van het Historisch Genootschap gehouden op 3 november 1951, p. 30-40;

Marianne Nolte, 'Pieter Vreede', in: Spiegel Historiael, jrg. 15, nr. 1, 1980, p. 33-38;

Willem van Toorn (red.), Querido's letterkundige reisgids van Nederland, Amsterdam, 1982, p. 554 (door Carel Swinkels);

'Vreede', in: Nederland's Patriciaat, deel 68, 1984, p. 285-286;

Ronald Peeters, De straten van Tilburg, Tilburg, 1987, p. 178-179.

Ronald Peeters

 

Regionaal Archief Tilburg

Brief van Pieter Vreede 1807 (rechtsboven) en portretgravure.

Grotere weergave van handschrift en portret

 

 

Brabant Collectie

 

juli 2001

Zijn geannoteerde dagboek werd gepubliceerd door M.W. van Boven, A.M. Fafianie en G.J.W. Steijns, Pieter Vreede. Mijn levensloop (Hilversum, Verloren, 1994). Vreede speelde in 1795 een belangrijke rol bij de geboorte van Brabants provinciaal bestuur. In juni 1995 organiseerde het Gemeentearchief Tilburg er een congres over. Zie: Gedaan te Tilburg 11 juni 1795. Pieter Vreede en de geboorte van Brabants provinciaal bestuur (Tilburg, gemeente Tilburg, 1995).

 

Vreeman, Ruud (2 januari 2015)


Ronald Peeters

 

Dr. Rudolf (Ruud) Lourens Vreeman (Zwolle 1947) studeerde arbeids- en organisatiepsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen (1969-1974). Vervolgens werd hij medewerker bij de NVV (1974-1988) en voorzitter van Vervoersbond FNV (1988-1992). In 1985 promoveerde hij aan de TU Delft op het proefschrift Vakbondswerk en de kwaliteit van de arbeid in de Nederlandse industrie: vakbondsaktie en overheidsbeleid. Met Felix Rottenberg introduceerde hij in 1992 het duovoorzitterschap van de PvdA. Van 1994 tot 1997 was Vreeman lid van de Tweede Kamer, waar hij zich vooral bezighield met sociale zaken. In 1997 werd hij burgemeester van Zaanstad en in 2004 van Tilburg, waar hij Johan Stekelenburg opvolgde. Hij hield zich nadrukkelijk bezig met de ontwikkeling, de positie en de promotie van Tilburg, de openbare veiligheid en een gedegen horecabeleid. Onder zijn bewind werden grote stedenbouwkundige en infrastructurele ontwikkelingen uitgewerkt, zoals de Spoorzone, het Pieter Vreedeplein en de Cityring. In 2008 werd hij benoemd tot buitengewoon lector aan de Bestuursacademie (BAZN) van Fontys Hogescholen. In zijn oratiën en het boek Het Verhaal van de Stad: Over strategievorming in industriesteden (2008) behandelde Vreeman strategieën bij stedelijke transformatie (Zaanstad en Tilburg) en de rol die het stadsbestuur daarbij speelt. In 2009 struikelde hij in de politieke constellatie omtrent de verbouwing van het Midi Theater, omdat hij een kostenoverschrijding voor de gemeenteraad had verzwegen. In dat jaar ging hij met buitengewoon verlof en in 2010 werd hem eervol ontslag verleend. Vreeman was de eerste burgemeester uit de Tilburgse historie die gedwongen zijn ambt moest neerleggen. In 2009 ontving hij de Gouden Legpenning van de gemeente Tilburg, waarin hij nog altijd woonachtig is. Vreeman werd opgevolgd door Ivo Opstelten. Sinds 1 november 2013 is hij waarnemend burgemeester van Groningen.
Ruud Vreeman schreef Lerend leven (Schoorl, Uitgeverij Conserve, 2011) en Hoochie Coochie. Blues & leiderschap (Tilburg. Censor, 2013) met tekeningen en foto’s van zijn vrouw Ronny Vreeman.

Encyclopedie van Tilburg (Tilburg, Uitgeverij Nieuwland, 2008), p. 547-548.

 

Ronald Peeters

25 september 2015

In 2007 verscheen nog: Gemoedstoestanden, met tekst en tekeningen van Ruud Vreeman, acrylschilderijen van Ronny Vreeman en korte gedichten van Jace van de Ven.

 

Vrije Boekhandel, de

 

Foto: Jan Stads

 

De Stichting De Vrije Boekhandel werd in juni 1974 opgericht. Tot oktober 1984 was de boekhandel gevestigd in de Heuvelstraat 139; daarna aan het Stadhuisplein 356a. 'Vrije Boekhandel' wil leggen: onafhankelijk, niet gebonden aan een uitgeversconcern. Van uitgesproken progressief linkse boekhandel, is hij in de loop der jaren, meedobberend op de maatschappelijke golven, veranderd in een literaire kwaliteitsboekhandel. Het kritische element is nog steeds terug te vinden in het aanbod van publikaties over maatschappelijke onderwerpen als milieu, ontwikkelingsvraagstukken, oost-westverhouding, feminisme en dergelijke. De Vrije Boekhandel houdt zich steeds meer bezig met de letteren in de meest brede zin, zoals blijkt uit de vele literaire activiteiten die de stichting heeft ontplooid.
Van 1985 tot en met 1988 organiseerde de boekhandel maandelijks, in samenwerking met de Schouwburg Tilburg, een literaire lezing in de Theaterkelder. Met de Stichting Kultoer werd in 1988 in Cinecitta de manifestatie Louis Paul Boon opgezet, en sinds 1988 is De Vrije Boekhandel partner van de Stichting J.H. Leopold, waarmee lezingen, veilingen en de jaarlijkse Nacht van het Boek wordt georganiseerd. Samen met de Stichting J.H. Leopold, de Openbare Bibliotheek en de Letterenfaculteit, wordt ook deelgenomen aan het nu reeds twee jaar lopende, en door de gemeente gesubsidieerde, project Schrijver op school voor LBO en MAVO. De Vrije Boekhandel organiseerde de afgelopen jaren vier omvangrijke boekenveilingen ten behoeve van Amnesty International, De Pollepel, de Kinderbibliotheek Matagalpa in Nicaragua, en de Stichting De Muze. De nevenactiviteiten worden alle gefinancierd uit de winst van de boekhandel.

2 januari 2015

Voortgezet als boekhandel Livius (Nieuwlandstraat).

Foto: Ed Schilders

 

Vunderink, Henriëtte (4 december 2015)

 

Henriëtte Vunderink (Tilburg 19??) publiceerde twee bundels met gedichten in het Tilburgs dialect:

k Zal van oe blèèven haawe (2007), Tis de moejte wèrd!

(2011). Zij was winnares van het 'Diktee van de Tilbörgse Taol' in  2004, 2005 en 2006.

Ik praot nie frêet, Een bloemlezing van gedichten in de taal van Tilburg en omstreken, Ed Schilders (red.), Gianotten Printed Media,  Tilburg 2014.

 

Ed Schilders

Henriëtte Vunderink leest Klokgelui

Henriëtte Vunderink leest De clown

Henriëtte Vunderink leest De stok

 

Vuysters, Jan [ook: Vuijsters]


 

Regionaal Archief Tilburg

 

Bernardus Johannes ('Jan') Vuysters werd op 30 augustus 1878 te Deventer geboren als zoon van de Tilburger Johannes Norbertus Vuysters, die in 1868 naar Deventer was vertrokken. In 1880 kwam het gezin Vuysters in Tilburg wonen, waar Jan in 1890 een studie humaniora ging volgen bij de Missionarissen van het H. Hart aan de Bredaseweg. Daarna studeerde hij filosofie te Arnhem en keerde hij in 1901 naar Tilburg terug. Jan Vuysters werd boekhouder op de textielfabriek van Sträter aan de Zomerstraat. In 1913 vertrok hij met zijn gezin definitief naar Oisterwijk en werd daar grossier en sigarenhandelaar in zijn winkel 'Oud-Brabant'. 

In Oisterwijk komt hij in contact met de bekende kapelaan A. Huybers, de grote animator van het openluchttheater op de Hondsberg en van de Vondelspelen van de Katholieke Kunstkring. Pas op 50-jarige leeftijd, in 1928, debuteerde Jan Vuysters als toneelschrijver met het passiespel Christus Verworpen. Dit toneelstuk werd ook als hoorspel door de KRO uitgezonden. Er zouden tot 1958 nog zo'n veertigtal hoorspelen, zaal- en openluchtspelen volgen. Met het historische openluchtspel Koning Willem II in Tilburg, geschreven bij gelegenheid van de opening van het paleis-raadhuis te Tilburg in 1936, maakte hij zijn grote doorbraak. Een tweede kijk- en massaspel dat een groot succes werd, was het openluchtspel Peerke Donders uit 1937. Omstreeks 1938 schreef hij het kinderstuk Puk en Muk.

Naast toneelschrijver was hij ook correspondent (soms onder pseudoniem van Jan van Brabant) van enkele Brabantse bladen, schreef hij de Geïllustreerde VVV-gids voor Oisterwijk en omstreken (1924), Met de BBA door Mooi-Brabant (1945) en vertaalde hij uit het Frans het boek van abbé Pierre onder de titel De boodschap van abbé Pierre (1958).
Vuysters was in 1917 medeoprichter van de broederschap van oud-studenten van het Missiehuis, en hij was daar ruim veertig jaar secretaris van. Hiervoor kreeg hij in 1956 de pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice. Hij overleed op 5 juni 1966 te Oisterwijk. Zijn nagelaten oeuvre bevindt zich onder de naam Collectie Jan Vuysters in het Tilburgse Gemeentearchief. 

Regionaal Archief Tilburg - Openluchtspel 'Peerke Donders' (1937)

Grotere weergave

 

Openluchtspel Koning Willem II in Tilburg ter gelegenheid van de opening van het Paleis Raadhuis in 1936

 

Grotere weergave

Knipselmap openluchtspel Willem II in Tilburg

Ronald Peeters

Grotere weergave

 

Ed Schilders

 

Stadsarchief Rotterdam

Affiche van een uitvoering in Amersfoort.

(M.) v.d. Gr(iendt), 'Brabantse kunstenaars. 9. Jan Vuysters, toneelschrijver', in: Brabantia, IV, 1955, p. 306-307;

J.A.J. Becx, 'Jan Vuysters en zijn nagelaten werk', in: Vlugschrift van de Heemkundige Studiekring 'De Kleine Meijerij', jrg. XIX, nr. 8/9, sept. 1966, p. 93-109;

GAT, Collectie Jan Vuysters, nr. 3.1.02.26.;

ook enkele werken in de Brabant-collectie van de KUB.

Bibliografie

Knipselmap recensies


Naar het begin van de pagina

Inhoud De paap van gramschap

CuBra Home


Valkenier, Frank
Vattier-Kraane, Boekhandel M.G. / Boekhandel T. de Wekker / Boekhandel Tuerlings
Veen, Jacob H.S.M.
Ven, Arnaud van der
Ven, Chris van de

Ven, Ed in 't

Ven, Jace van de
Verbunt, Frans
Vercammen, dr. Frans

Vergeer, Charles

Verhoeven, Cornelis

Vernis, De
Vernooy, Frank

Verschueren M.S.C., p. Jan
Verschuuren, Jos

Verschuuren, Luc
Versteden, Drukkerij

Versteeg, fr. Cassianus
Vieweg, Drukkerij C.A., Wed. C.A. en J.C.
Vinken, Ad

Vinken, fr. Andreo

Vliegend Wiel, 't

Vlijmen, Frits van

Vogelaar, Jacq. Firmin
Volzin, Stichting

Vondel, Joost van den
Voort & Zonen, Drukkerij A.J. van der
Vos, Carole
Vos. A.

Vossius, Lambertus
Vrande, Frans van de
Vrande, Willem van de
Vreede, Pieter
Vreede, prof. mr. George Willem

Vreeman, Ruud
Vrije Boekhandel, De

Vunderink, Henriëtte

Vuysters, Jan