Van alcohol tot zinloosheid

Boston had de ‘Strangler’, Londen Jack the Ripper, en Parijs vrouwenmoordenaar Landru. De icoon bij uitstek uit de geschiedenis van moord en doodslag in Tilburg is echter de meest ongrijpbare boosdoener: Koning Alcohol. Decennialang hield hij de stad in zijn greep en was hij het misdadige brein achter steek- en schietpartijen, waarvan tientallen met dodelijke afloop.

Dat is de conclusie die Berry van Oudheusden trekt aan de hand van zevenentwintig moordzaken die Tilburg beroerd hebben.  Van de eerste zaak die in de lokale pers besproken wordt (een roofmoord in 1868) tot het laatste hoofdstuk, over de weerzinwekkende moord op Truus Egberts in 1972, die landelijke media-aandacht kreeg in het programma Opsporing Verzocht.

In de meeste gevallen die Van Oudheusden behandelt, leidt het spoor naar de onderkant van de Tilburgse samenleving waar Koning alcohol regeert. Daarmee is het boek ook een portret geworden van een samenleving waar armoede troef is, de lontjes kort zijn, en het recht te vaak een knipmes in de broekzak is. Maar waar ook de politie vaak tekort schiet, artsen hun plicht verzaken, en rechters niet altijd even onpartijdig zijn.

De meeste gevallen worden afgesloten voor het gerechtshof in Den Bosch en in de koepelgevangenis van Breda, maar het zijn de onopgeloste zaken die de gemoederen het meest beroeren. Moorden als die op de achttienjarige Nettie Reijnders in 1938 en de vierentwintigjarige Corry Theeuwes in 1955. Zaken waarin niet alleen de dader een mysterie blijft maar ook het motief. Waarin niet Koning Alcohol de hoofdrol speelt maar Zinloosheid.