CuBra

HOME

 

Ik kan het niet langer houden! Berichten over poep, pies, en winderigheid in Tilburg en aangrenzende hogedruk-gebieden

 

Auteur

 

Uitgever Gianotten Printed Media

204 pagina’s

Winkelprijs

15 euro

ISBN

978-90-6663-062-8

Verschijnings-datum

22 november

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik kan het niet langer houden!

Berichten over poep, pies, en winderigheid in Tilburg

en aangrenzende hogedrukgebieden

Verzameld uit luimige doch smaakvolle bronnen
Voorzien van deskundige uitleg en opvoedkundige inzichten
Verrijkt door vele zegslieden uit alle Tilburgse windstreken
Verlucht met welgekozen versieringen

 

DOOR

 

Een uniek stukje stadsgeschiedenis

204 pagina's met 200+ afbeeldingen

Oer-Tilburger Ferry van de Zaande geportretteerd als Kruikezeiker op een bouwschutting aan de Spoorlaan, 2014. Commentaar van de heer Van de Zaande: ‘Dè zèè ik nie nèè, ik hèb tòch ginnen baord? Èn pòrt dè vèèn ik nie te zèùpe. Ik lus allêenig gewôon bier.’ Foto: Ed Schilders.

 

“Het zou mooi zijn als het TextielMuseum haar bezoekers de keuze bood: wie een plas moet doen, kan kiezen tussen het museumtoilet of zich vervoegen naar het museale toilet. Daar kun je je heel even een kruikenzeiker wanen. Het is een unieke locatie: de enige museale waterplaats die ook onderdeel is van een nationaal monument.” Foto: Ed Schilders, 2014.

De anekdotes en de feiten achter deze speciale wc-pot, voor het geval de koningin naar Tilburg komt en moet plassen. Uit de collectie van Stadsmuseum Tilburg.

Poep, pies en winderigheid? Ed Schilders noemt het de geschiedenis van ‘Vast, vloeibaar en vluchtig’ met betrekking tot Tilburg en omstreken. Een geschiedenis die nooit eerder beschreven is, maar die het dagelijks leven in de stad mede bepaald heeft.  In de openbaarheid met straten vol paardenmest en met ondeugdelijke rioleringen, waardoor het duidelijk wordt dat Tilburg beslist niet ‘de schonste stad van ’t land’ was.

En in de privésfeer, toen er gepoept werd in een ‘huisje’ op een ‘plonsplee’ en in een ‘beerton’. De krant in partjes knippen en die knipsels aan een spijker in het huisje ophangen om je gat ermee af te vegen. Je gat? Was het niet ‘je batterij’ of je ‘sevooi’? En droeg je geen ‘open-toe-broek’, een ‘gebreide broek’ of soms een ‘onderbroek met lange mouwen’?

Met als vraag of er sprake is van kinderarbeid als de meisjes in het gezin ondergoed moesten breien terwijl ze de rozenkrans baden.

 

 

Ed Schilders publiceert met dit vrolijke boek zijn verzameling ‘Onderkant van Tilburg’ die hij in de loop van twintig jaar heeft aangelegd.

Hij plaatst het fenomeen kruikenzeiker voor het eerst in een historische omgeving, waaronder de oudste voorstelling tot nu toe: een kruikenzeiker uit 1350. Maar ook met de hedendaagse Ferry van de Zaande, door Schilders gefotografeerd op een bouwschutting aan de Spoorlaan in 2014.

Daarnaast bevat het boek een hoofdstuk over de feesten en partijen in de huiselijke kring van vroeger, die steevast eindigden met de schunnigste liedjes, en wel onder het motto ‘Stront is het laatst’. Daarin blijkt dat Tilburgers een uitzonderlijke voorkeur hadden voor poep en pies om de feestvreugde te verhogen.

Het boek bevat meer dan tweehonderd afbeeldingen, waaronder foto’s die Schilders maakte in het hedendaagse Tilburg – het restant van de ‘pisbakken’ achter het TextielMuseum bijvoorbeeld – en een aantal historische prenten dat nooit eerder in druk verschenen is. Zoals de Belgische spotprent van Willem II die uit België verdreven wordt tijdens de Tiendaagse Veldtocht. Aan deze prent is de titel van het boek ontleend, als Willem roept: ‘Ik kan het niet langer houden!’ Terwijl hij zich naar de poepdoos spoedt.

 

 

‘Batterij’ is een verbastering van het Franse ‘batterie’, een ‘vuurmond’. In het Tilburgs is ‘batterij’ altijd in afgezwakte (geluidloze!) zin gebruikt, dus als ‘achterwerk’ zonder directe verwijzing naar het ‘afgevuurde’: Vrouw bij de dokter: En toen viel ik op m’n batterij, meneer dokter… (Cees Robben – 13-03-1970)


QUOTES

Advies van het Tilburgs gemeentebestuur ter voorkoming van cholera:
‘Eene opgeruimde gemoedsstemming als het beste voorbehoedmiddel te beschouwen.’

(Weekblad van Tilburg, 19 mei 1866.)

Uit een rapport van de gemeentelijke Gezondheidscommissie. Tilburgsche Courant, 19 maart 1908.

‘Ge meugt op de raand van mun bord schijten, ast mar niet spettert!’
(Volkswijsheid)


Het is zeer opmerkelijk dat in het Woordenboek van de Brabantse Dialecten geen aparte paragrafen te vinden zijn met betrekking tot de onderbroek voor heren. Mannen droegen blijkbaar een ‘onderbroek’, die kon kort zijn of lang, maar daarmee is alles gezegd. (Ed Schilders)

Een liedje dat ik als kind in het Enschot van de jaren ’50 gehoord heb.

Gezongen op de wijze van ‘Falderie’:

Ons moeder heeft een onderbroek
Daar zit een gaatje in
En als je door dat gaatje kijkt
Dan zie je de Efteling…

Met een trombone kun je scheten laten, dus is jazz ook meteen grappig.
Bartho van Straaten, Jazzpodium Paradox, Brabants Dagblad, 4 september 2014.

Maandagavond is tijdens de huldiging van Willem II menig gevel in de stad onder
gepist. Ook muren langs de route zijn flink in de zeik genomen.
Sanne Tegelaar, Brabants Dagblad, 22 april 2013.

De ontbijtkoek was al snel op, net als alle wc-papier, waarbij ik geen direct verband
wil suggereren.
Tony van der Meulen, Brabants Dagblad, 15 september 2014.