De letterkundige geschiedenis van
Noord-Brabant moge sinds de jaren twintig van de vorige eeuw een
rijke traditie hebben ontwikkeld, aan romans is zij beslist niet
rijk, zelfs zeer armlastig. Het decennialange debat over de
relatie tussen literatuur en geloof -- lees katholicisme -- is
daar beslist schuldig aan. Anton van Duinkerken, groot essayist,
ijverig letterkundig historicus, onvervaarde polemist, en zelfs
bij tijd en wijle verdienstelijk dichter, is er ten slotte nooit
in geslaagd een roman te schrijven. Anton Coolen schreef er
meerdere, en met succes, maar zijn werk heeft de na-oorlogse
generaties steeds minder kunnen boeien. Het is opvallend dat het
beste romanwerk van de eerste generatie Brabantse romanciers
geschreven is door 'buitenstaanders' als de niet-katholieke A.M.
de Jong, de geïmporteerde Brabander Herman de Man, en de vanuit
Tilburg naar Antwerpen uitgeweken Anton Roothaert.
Roothaert schreef 'Die verkeerde
weereldt' in Antwerpen en het boek is met een straatlengte
voorsprong de beste roman van een Brabantse schrijver over een
stukje Brabant, zowel in geografisch als historisch opzicht. Deze
regionale begrenzing is echter niet bepalend voor de betekenis van
het verhaal. 'Die verkeerde weereldt' heeft een universeel thema:
het overleven in een samenleving waarin de vrijheid van het
individu sterk beknot is, in een wereld die 'verkeerd' is. De
lotgevallen, groot en klein, van de romanpersonages zijn nog
steeds zeer herkenbaar. Toen ik naar een verhaal zocht dat zich
kon lenen om op CuBra als feuilleton te verschijnen, was de keuze
dan ook snel gemaakt.
Met de publicatie op CuBra van 'Die
verkeerde weereldt' hopen we deze roman opnieuw onder de aandacht
te brengen van literatuurliefhebbers. Daarbij zijn we dank
verschuldigd aan Frans Walch, de schrijver van de biografie 'Roothaert'
(1996) die bereid bleek te zijn aan deze Roothaert-site mee te
werken. Walch slaagde er ook in contact te leggen met de erven
Roothaert (de Paul Tensen Stichting) om toestemming te verkrijgen
voor deze internet-editie van de roman. Daarvoor danken wij ook de
Paul Tensen Stichting van harte. De tekst is door mij ingescand en
vervolgens geredigeerd. Daarbij heb ik gebruikgemaakt van de 32e
druk (1951), de enige geïllustreerde uitgave van het werk.
|