Jan de Jong

Jan de Jong (1917-2001), geboren in het Brabantse Lith, besloot al vroeg architect te worden. Na zijn opleiding aan het Hoger Bouwkundig Onderwijs van de R.K. Leergangen in Tilburg volgde hij op voorspraak van prof. ir M.J. Granpré Molière van 1951 tot en met 1954 de cursus Kerkelijke Architectuur in ’s-Hertogenbosch. Hier werd toen o.a. les gegeven door Dom Hans van der Laan (1904-1991), Nico van der Laan (1908-1986) en Cees Pouderoyen (1912-1993). De architectuur die er tot stand kwam werd bekend als de Bossche School.

Binnen de Bossche School neemt Jan de Jong een bijzondere plaats in. Niet alleen door de intensiteit waarmee hij zich de theorie eigen maakte, maar vooral ook door de manier waarop hij hier een eigen draai aan gaf.
Als getalenteerd architect, met bovendien een krachtige persoonlijkheid, die anderen vaak wist te overtuigen, heeft hij een duidelijk stempel gezet op de Brabantse architectuur, en in het bijzonder op de Bossche School.

Jan de Jonghuis

Hoezeer Jan de Jong de authentieke beginselen en de intellectuele opvatting van de Bossche School ter harte nam, is te zien in zijn eigen woonhuis met kantoor (1962-67) in Schaijk.
De eerste aanzet was de ommuring van de tuin met een klein prieel dat hij begin jaren vijftig in zijn tuin bouwde. Daarnaast bouwde hij er een kleine woning als een soort model om opdrachtgevers duidelijk te kunnen laten zien wat ze voortaan van hem konden verwachten.
Uiteindelijk brak hij er ook zijn eigen, door hemzelf in Engelse landhuisstijl ontworpen woonhuis voor af, en verving dat door het huidige woonhuis met kantoor. Dit pand meet circa 25 x 16,5 meter en bestaat in hoofdzaak uit een L-vormig gebouw met aan de korte westkant een hoge kantoorvleugel, aan de noordkant een lager, langgerekt woongedeelte en aan de zuidoostkant een ommuurde hof.

Het geheel werd opgezet volgens het plastische getal. Hij koos daarbij voor de verhoudingen 2/4, 2/5 en 1/7. De klokkenstoel neemt een speciale positie in. Deze toont, als symbool voor het hele huis, de formule.
Het huis is een pure proeve van architectuur, waarbij ook de door hem zelf ontworpen meubels en lampen deel uitmaken van eenzelfde, muzikaal spel met driedimensionale maatverhoudingen.

De Jong kende elke maat uit zijn hoofd: ‘Het hele huis balt zich samen in deze verstaanbare orde waarvan de massieve elementen de dragers zijn.’

Voor meer info zie de website van de Jan de Jong Stichting