‘Ik wil graag iets moois hebben’, deel III
de ontwerpen van Granpré Molière voor de Stephanuskerk, Moerdijk

De Stephanuskerk aan de Steenweg in Moerdijk, een ontwerp van architect J.J.M. van Halteren (1893-1973), werd in 1956 gebouwd als vervanging van de eerdere, in 1944 verwoestte kerk. De driebeukige kerk is een kenmerkend voorbeeld van naoorlogse betonbouw, geïnspireerd op de Zwitserse kerkarchitectuur. In eerste instantie werd echter prof. ir. M.J. Granpré Molière (1883-1972) voor de opdracht benaderd.

In de zomer van 1954 neemt pastoor Van Kessel contact op met Granpré Molière: ‘‘t Is wel erg lang geleden sinds ik iets van me liet horen. (...) Intussen ben ik (zelfs tweemaal) naar de kerk in Wamel (tegenover Tiel) gaan kijken.(1) Bevalt me wat interieur betreft uitstekend. Graag had ik dat U die kerk ook eens ging zien en de mededeling of U bereidt zou zijn in die geest ‘n ontwerp te maken. Ook heb ik de kerk van O.L. Vrouw Middelares aller Genaden, Tinelstraat te Gestel-Eindhoven gezien.(2) Ook die staat me wel aan wanneer een kerk als Wamel financieel onuitvoerbaar zou zijn. U zoudt volgens mij nu al ‘n ontwerp in de geest van Wamel kunnen maken, echter niet aan Rector van Helvoort inzenden vóórdat de financiële moeilijkheid is opgelost, daar we nu toch nooit de vereiste goedkeuring zouden krijgen. Wanneer U ‘t nodig of nuttig vindt dat we elkaar weer eens ontmoeten, laat ‘t dan s.v.p. even weten.’(3)

foto 1: Victor en Gezellen (1953-54), Wamel. ©Reliwiki
foto 2: Interieur Victor en Gezellen (1953-54), Wamel. ©Reliwiki
foto 3: Maria Middelares (1950), Eindhoven.
foto 4: interieur Maria Middelares, Eindhoven.

Op deze brief reageert Granpré Molière al na een paar dagen: ‘Uw brief van 14 juli heb ik enige dagen laten liggen, alvorens te antwoorden; want daaruit blijkt duidelijk dat ook het laatst overlegde plan [‘Schets uiteindelijke toestand’] geen genade heeft kunnen vinden. Ik had dat na Uw lange stilzwijgen al vermoed. Wat nu te doen? U zult zich een gesprek herinneren dat ik (naar ik meen) op 25 maart met U had, en waarin ik mijn bezorgdheid uitte over onze samenwerking en U in overweging gaf, om de opdracht aan mij terug te nemen. Daarna zijn we op excursie geweest, en heb ik nog eenmaal met alle kracht geprobeerd, om aanknopend aan de opgedane kennis over uwe voorkeuren en bezwaren een nieuw plan [Plan E?] op te zetten. U hebt in dit plan wel niet de voorbeelden die U ‘t meest aanstonden teruggevonden, dat is waar; dit kon ook niet omdat de omstandigheden, kosten en mijn opvattingen daarmee niet geheel te verenigen waren, maar wel heb ik er zoveel mogelijk rekening mee gehouden. Nu de zaken zo staan, en er na alles wat er getekend is weer opnieuw zou moeten worden begonnen, vrees ik dat daarmee kostbare tijd voor U en voor mij gaat verspeeld worden zonder dat een goed resultaat wordt verkregen. Zulk een resultaat is nu eenmaal voor een groot deel afhankelijk van vertrouwen en wederzijds begrip. Bij mijn laatst ingediende plan heb ik dan ook geschreven, dat dit mijn laatste poging zou zijn. Nu deze poging blijkbaar niet is geslaagd, kom ik U dringend vragen, om de opdracht terug te nemen.’(4)

foto 5: M.J. Granpré Molière, Plan E, maart 1954. Collectie NAi Rotterdam.
foto 6: M.J. Granpré Molière, Schets uiteindelijke toestand, 1954. Collectie NAi Rotterdam.

Vier maanden later onderneemt de pastoor een laatste poging om er met Granpré Molière uit te komen: ‘Eindelijk komt er een antwoord op uw schrijven van 18 juli j.l. Ik heb ‘t zo lang uitgesteld, omdat ik Uw verzoek om mijn opdracht terug te nemen zeer spijtig vond. Ik had nog hoop dat Uw reis naar Zwitserland nieuwe mogelijkheden zou brengen,(5) ik ben er ook geweest en vond o.a. de Dreiköningkirche te Zürich-Enge zeer mooi, maar blijkbaar tevergeefs.(6) (...) Mocht U, in de 3 1/2 maand die er sinds Uw laatste schrijven verlopen zijn, nog nieuwe mogelijkheden of gezichtspunten ontdekt hebben, dan verneem ik dat graag (...).’(7)

foto: Interieur Dreiköningkirche (1953), Zürich-Enge.

Uiteindelijk neemt Van Kessel de opdracht terug, hij schrijft Granpré Molière op 9 december 1954: ‘Hooggeachte Professor. Hartelijk dank voor de zeer coulante en zeer schappelijke berekening van de onkosten ten behoeve van onze kerk. Ik sluit de f 70 onder dankzegging voor al hetgeen U voor mij gedaan hebt hierbij in. Toen ik naar ’n andere architect moest uitzien heb ik gedacht aan mijnheer Van Halteren (8) die ’t vorig jaar de kerk van Wamel bouwde, en aan mijnheer Hurks.(9) (Roosendaal – mijnh. V. Halteren woont in Den Bosch), die voor de oorlog voor Pastoor Baeten (thans Mgr.) de kerk in Ginneken (Overakker) bouwde. De keus is gevallen op de Heer van Halteren. We hopen nu zo vlug mogelijk door te werken, dat is ook de uitdrukkelijke wens van het bisdom.’(10)(11)(12)

foto: Interieur Stephanuskerk, Moerdijk. ©Reliwiki

Bouwpastoor Van Kessel kiest voor een ontwerp in de stijl van de Zwitserse kerkarchitectuur. De eerste steen van de nieuwe Stephanuskerk werd gelegd in april 1957. In december van dat jaar wordt de kerk, die plaats biedt aan 504 gelovigen, in gebruik genomen. De bouwkosten bedragen 435.000 gulden, daarvan wordt bijna de helft betaald uit het Nationaal Rampenfonds.

 

Arnoud Geux

Noten
1 Victor en Gezellen (1953-54), Wamel, architect: J. van Halteren (1893-1973).
2 Maria Middelares (1950, gesloopt in 1993), Eindhoven, architect: C. Geenen en L. Oskam.
3 Brief Van Kessel, d.d. 14 juli 1954.
4 Brief Granpré Molière, d.d. 18 juli 1954.
5 Excursie TH Delft.
6 Dreiköningkirche (1953), Zürich-Enge, architect: Ferdinand Pfammatter (1916-2003) i.s.m. Walter Rieger. In 1949-1950 publiceerde het Katholiek Bouwblad (nr. 20, p. 310-314) het artikel Betonkirchen door Ferdinand Pfammatter van A.W.P. Thunissen.
7 Brief Van Kessel, d.d. 7 november 1954.
8 J.J.M. van Halteren (1893-1973).
9 J.M. Hurks (1894-1977).
10 Joseph Wilhelmus Baeten (1893-1964), bisschop van bisdom Breda (1951-1962).
11 J.W. Baeten was de bouwpastoor van Maria Middelares van Alle Genaden (1934) in Ginneken (Breda).
12 Vanaf 1957 valt Moerdijk onder het bisdom Breda, voorheen maakte het deel uit van het bisdom ’s-Hertogenbosch.