Klaas de Graaff

 

Mar z'n vrouw dugt nie

 

Misdaad: doodslag

Jaar: 1927

Topografie: Reusel, Esbeek, Arendonk

 
INHOUD DE GRAAFF MOORDZAKEN IN BRABANT

CUBRA HOME


© 2019 Klaas de Graaff & Stichting Cultureel Brabant


 

 

 

Mar z'n vrouw dugt nie

Geers had zich als Belg tijdens  de jaren van de Eerste Wereldoorlog gevestigd in Reusel, waar hij door zijn agressieve instelling niet graag gezien was. Hij had zelfs met zijn zwager ruzie gemaakt. Dat had hem een oog gekost die zijn rivaal hem met een riek had uitgestoken. Het verhaal ging dat de hele bevolking van Reusel de vlag had uitgestoken toen hij naar Esbeek verhuisde. Daar liet hij een boerderij bouwen.

Het was in dit gehucht bij Hilvarenbeek dat hij zich ook liet kennen als onaangenaam mens die in het bijzonder gekant was tegen zijn bejaarde buurgezin Johannes de Kort en Maria van Laarhoven. Zijn boerderij stond vijftig meter verwijderd van hen. Omdat De Kort een weg naar zijn huis had laten aanleggen, weliswaar met toestemming van de gemeente, was Geers op hem gebeten geraakt. En om onbegrijpelijker reden haatte hij meer nog diens vrouw. Hij zei dat Jan de Kort nog wel meeviel, “mar z’n vrouw dugt nie”. Misschien was zij een te kordate vrouw of groette zij hem niet.

Tegen half drie in de nacht van 7 op 8 februari 1927 schrok het echtpaar De Kort wakker van enkele geweerschoten en rinkelen van glas. Toen Jan naar beneden ging om te kijken wat dat te betekenen had, kwam zijn vrouw overeind in bed. Dat werd haar fataal want een derde schot trof haar door het raam in de rechterslaap, zodat ze ruggelings dood achterover viel.

Direct was duidelijk wie de dader geweest moest zijn, die met zijn jachtgeweer, een zogenaamd pinnekes geweer, het fatale schot had gelost. Dader en geweer waren vertrokken. Men vreesde dat hij naar België was gevlucht, maar zoektochten in die richting leverden in eerste instantie niets op.

Enkele dagen later vulde nagenoeg de hele bevolking van Esbeek de dorpskerk. Het altaar en het priesterkoor waren in zware rouw gehuld. Het zangkoor zong de tweestemmige requiemmis van Haller, terwijl pastoor F. Priems de rituele handelingen verrichtte.

Een grote menigte volgde de baar naar het kerkhof, waar niemand het woord nam.

Pas op de zeventiende februari ontdekten Belgische marechaussees het al in ontbinding  verkerende, hangende lichaam van de 53-jarige moordenaar aan een boom in de buurt van Arendonk. Het geweer lag bij de boom. Hij kon de toekomst kennelijk niet meer onder ogen zien.

De achtergebleven echtgenoot Johannes de Kort overleed pas op 11 februari 1941 in zijn geliefde dorp.