Klaas de Graaff

 

De baron, de drank en de dood

 

Misdaad: dood door schuld

Jaar: 1923

Topografie: Tilburg

 
INHOUD DE GRAAFF MOORDZAKEN IN BRABANT

CUBRA HOME


© 2019 Klaas de Graaff & Stichting Cultureel Brabant


 

 

 

De baron, de drank en de dood

Als iemand ongewild een ander om het leven brengt, heet dat dood door schuld. Door een rood licht rijden met de auto en een fietser van de andere kant omver rijden bijvoorbeeld. Erger wordt het als de chauffeur gedronken heeft en dan een dodelijk ongeluk veroorzaakt. Daar staan tegenwoordig zware straffen op: maximaal negen jaar en een ontzegging van rijbevoegdheid voor ten hoogste vijf jaar. Door de grote groei van het wagenpark en de toename van het alcoholgebruik komt dit type doodslag in deze tijd meer voor dan zo’n honderd jaar geleden, toen het al een bezienswaardigheid was als er een automobiel in de straat reed. Het is dan ook de gegoede burgerij die zo’n voertuig kan aanschaffen om daarmee hun status kenbaar te maken. Eén van hen is de bijna afgestudeerde juridisch student Frans Willem Hugenpoth, baron tot de Berenclaauw, 23 jaar, zijn vader is raadsheer bij het Gerechtshof van ’s-Hertogenbosch. Een voornaam geslacht dat in het boek van adel  een belangrijke plaats inneemt. Maar de flierefluiter, de non-valeur die zich weinig aantrekt van de maatschappelijke betekenis die hij heeft kunnen innemen, houdt zich alleen bezig met de genoegens van uitgaan en drank. Zo ook op de beruchte dag 11 december 1923 als hij na cafébezoek aan het Bossche Lohengrin, de IJzeren Man en hotel Riche in Tilburg hard rijdend met zijn auto, type Overland, zwaar beschonken op de Spoorlaan in Tilburg links rijdend de fietser J.W. Mansvelder om kwart over zes omver rijdt en met grote snelheid ( de getuigen schatten wel 45 tot 50 kilometer !) zonder zich om het slachtoffer te bekommeren naar huis in ’s-Hertogenbosch wil terugkeren. Een ‘onbesuisd automobilist’ noemt het Nieuw Tilburgsch Dagblad het eufemistisch. Het slachtoffer wordt meters meegesleurd en loopt zodanige  beenbreuken op dat een chirurg dit lichaamsdeel uiteindelijk heeft moeten amputeren. Splinters van de schedel zijn in de hersenen doorgedrongen. De arme man overlijdt vijf dagen later. Vijf kinderen zitten dan zonder vader.

Dat er sprake is van grote snelheid getuigt wel het feit dat de voorruit van de auto in diggelen ligt. Vriend Jan van Doveren, die bij hem in de auto zit,  getuigt later dat hij de bestuurder gewaarschuwd heeft voor de fietser, maar dat hij zich daarvan niets heeft aangetrokken. Ook juffrouw Donders, die zij uit Riche thuis willen brengen, heeft doodsangsten uitgestaan. Maar de aanrijding zelf heeft zij niet bemerkt, zegt ze, hoewel zij enkele scherven van de ruit in het gezicht oploopt. Een agent die de auto tot stoppen  wil dwingen, heeft het nakijken. Ten slotte knalt de auto tegen een bakfiets, waarvan de bovenbak 15 meter de lucht in wordt geslingerd. Gelukkig zit er niemand op, anders waren er twee mensen het slachtoffer geworden.  Daarop volgt de arrestatie.

De zitting drie maanden later op 13 maart wordt uitgebreid behandeld. Het misbruik van alcohol komt daarbij uiteraard ter sprake, maar speelt in de opgelegde hechtenisstraf een geringe rol van betekenis. De verdediger is advocaat Van Zinnicq Bergmann, ook al een naam waar het gerecht niet omheen kan. De Officier van Justitie eist negen maanden hechtenisstraf (de maximale straf in die tijd voor dit delict).

Hoe de jonge baron na zijn afstuderen zijn rol in de samenleving speelt, kenschetst redacteur Henri van der Steen in het Brabants Dagblad op 25 februari 2017. Het tuchtcollege van de advocatuur heeft de handen vol aan hem. Hij laat zijn cliënten in de steek, beantwoordt hun brieven niet, draait en liegt. Hou er toch mee op, schijnt de deken een keer tegen hem gezegd te hebben. Frans Willem stond ook in de jaren dertig op de zwarte lijst van de tennisverenigingen, dus zal hij ook in die kringen weinig krediet hebben verworven.

Kortom, hij maakt er een potje van en moet een nagel aan de doodskist van zijn vader zijn geweest.

Echter als de oorlog uitbreekt slaat hij om als een blad aan de boom. Hij kiest de kant van het verzet. Misschien omdat hij daarmee denkt als held te kunnen zegevieren? Al op 17 mei 1940 wordt hij opgepakt op verdenking van spionage, maar na een kort verblijf komt hij na zes weken weer vrij. Zijn verzetsdaden zet hij onverminderd voort. Half juni 1942 sluit de bezetter hem op in kamp Haaren en daarna in Sint Michielsgestel. Ook daar komt hij zonder kleerscheuren weer vrij op 20 april 1943 om vervolgens voor de inlichtingendienst te fungeren. Frans Willem treedt toe tot de zogenaamde Escape Service in Parijs, waar de advocaat zich in maart 1944 vestigt. Maar ook daar is het verraad geen onbekend verschijnsel. Via de gevangenis te Fresnes en Compiègne wordt hij op 18 juni 1944 naar Dachau getransporteerd en daarna volgt een via dolorosa naar Natzweiler, Schömberg en ten slotte Vaihingen. Daar moet hij zijn omgekomen. In het beroemde boek Nacht und Nebel van Floris Bakels schijnt hij voor te komen.

Hij ligt begraven op het Nederlandse ereveld in Düsseldorf-Oberbilk. Tien jaar later pas werd zijn overlijden in ’s-Hertogenbosch in de gemeente bevestigd.

Het eregraf

Pas in 1950 wordt hij in ’s-Hertogenbosch in het overlijdensregister opgenomen.