> home
  
    > speciaal
  
    > auteurs
  
    > teksten
  
    > Brabants
  
    > audio

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

>      terug naar Cuny Suselbeek

 

 

 

 

 

 

 

Cuny Suselbeek

columns



 

Foute column

 

Ik heb zin in iets fouts vandaag. Op de vraag aan mijn collega’s of er nog iets fouts te beleven valt vandaag, komt weinig respons. Huh. Wat heeft zij ineens vandaag? Hoezo fout? Nou gewoon, ik heb vandaag zin in iets fouts. Zal ik om tien uur ’s ochtends een portie bitterballen bestellen? Of een kleffe kasteelroman kopen in de boekhandel? Ik heb gewoon zin in iets fouts. Alles gaat zo braaf. Vanochtend zoals altijd weer keurig op tijd op mijn werk. Voor verslapen is het nu te laat. Ik kan nog wel een fikse handvol pepernoten nemen maar dat is niet fout genoeg. Alles in een keer in mijn mond proppen zou wel kunnen, das wel leuk fout. Maar dan kan ik de telefoon niet meer opnemen. Wel leuk dus maar niet handig. Alhoewel praten met je mondvol ook wel weer leuk fout is. Bij het koffiezetapparaat deponeer ik nog maar eens uitgebreid de vraag. Goedemorgen dierbare collega’s, weet er iemand nog iets leuk fouts te bedenken op deze duffe woensdagmorgen?. Meteen zie ik hun ogen op een bijzonder vrolijke manier oplichten bij mijn vraag. Alleen de gedachte is al leuk. Fout, fout …hmm. Het antwoord blijft uit op deze op het oog toch simpele vraag, Zal ik vandaag op blote voeten gaan lopen? Iemand eens op een ongelooflijke manier fijn uitkafferen? Verwachten ze nooit van mij, braverik. Zal ik de ventilator aan zetten achter de rug van mijn collega? Tien koppen koffie opdrinken vandaag? Het wordt bijna een neurotische gedachte. Wat valt er nou op een gewone woensdagmorgen waarin alles gewoon zijn gangetje gaat, voor fouts te bedenken? Zal ik de straat opgaan en twee leuke mannen onder mijn arm mee naar huis nemen? Een fles exorbitante dure wijn voor het middaguur wegslempen? Zal ik alvast mijn bureau met verlichte kerstballen versieren? Een hele grote bos bloemen kopen terwijl ik rood sta? Mijn poging tot fout gedrag verzandt in gedachten die maar niet het predicaat fout willen verdienen. Waarom ga je er niet een column over schrijven, raadt een collega mij aan. Schrijven over een behoefte aan iets fouts wat maar niet fout wil worden. Hoe triest kan het worden?