INHOUD DIVERSE AUTEURS
CUBRA HOME
Heemkundig werk op CuBra
Heemkunde Tilburg Pierre van Beek
Heemkunde Tilburg Lambert de Wijs
Heemkunde Tilburg A.J.A.C. van Delft

Deze rubriek wordt geredigeerd door Ben van de Pol

Copyright 2013 van deze digitale presentatie en ontsluiting: Stichting Cultureel Brabant - CuBra & Ben van de Pol

 

Diverse auteurs - Verspreide publicaties

 

Nieuwe Tilburgse Courant - zaterdag 30 december 1961

 

 

Oude gebruiken bij de wende van het jaar

 

Het "visite rijden" heeft wel zijn tijd gehad

 

 

't Is een passende overweging als men op oudejaarsavond bij de klokslag van twaalf elkaar 'n Zalig Nieuwjaar toewenst. 't "Liedeke op korstijt te singen" ruist nog na. In de feestmaand december volgen ze elkaar op: Sinterklaas, de Kerst, Oud en Nieuw met Driekoningen als triomfant sluitstuk. Vooral in Tilburg, dat met zijn Driekoningenavond tal van andere plaatsen tot navolging lokte. Waarmee alweer niet gezegd wil zijn, dat van Tilburg de victorie begon, want het sterrezingen zowel als het kaarske-springen is al heel oud en was vroeger eeuwen reeds algemeen, terwijl in tal van dorpen nog steeds Driekoningendag een pret voor de jeugd betekent. Vroeger was 't in Tilburg gewoonte om van 't oud in 't nieuw te klinken en drinken bij kaartspel en losse lol. Vuurwerk, voetzoekers en rotjes kwamen later.

 

"Dan zijn we op!"

Voorbij is het nieuwjaarsvisite-rijden en naamkaartjes afgeven door de koetsier, terwijl mijnheer en mevrouw in de vigilante bleven wachten tot opengedaan werd. Bleef de deur dicht, doordat de familie ook gelegenheidsbezoeken aan 't afleggen was, dan ging in 't rijtuig soms een zucht van verlichting af: "Dáár hoeven we geen comedie te spelen." En aan 't slot: "Daar zijn we weer voor een jaar af!"

Oudtijds was het afleggen van nieuwjaarsbezoeken hoofdzakelijk het werk van "het manvolk", waarbij duchtig de borrel aangesproken werd. Dan ging de zg. "brandewijnskom" rond. Bij aanzienlijken was dit een zilveren vaas met een lepel erin. Dan hapte men "brij met bonen", d.w.z. brandewijn met rozijnen. Te Tilburg zal dat wel een "klare jenever" geweest zijn.

Kinderen werden op snoeperij onthaald, terwijl kinderen van armen de geburen langs gingen om ook wat binnen te krijgen. De oliebollen zijn nog niet helemaal verdrongen, maar ze zijn vergeleken met vroeger wel zeldzaam geworden.

Volwassen mannen gingen voorheen ook "nieuwjaar wensen" om aan wat geld te komen. Dat duurde dan de eerste week van 't nieuwe jaar door. Daar waren er bij, die nieuwjaarskaartjes aanboden. In Amsterdam zijn het de porders en ratelaars, nachtwachts, geweest, die in 1698 hun nieuwjaarswens-op-rijm lieten drukken en deze in hun wijk de burgers aanboden. Het slechtst betaalde gemeentepersoneel, zoals de vuilnismannen, bleven al evenmin achter. Die wensen waren vaak aardige houtsneden, rijk versierd en curiosa in hun soort. De nieuwjaarsfooi hoorde er bij. De gedrukte rijmen verdwenen.

Ook was het de gewoonte, dat kinderen op school een - liefst berijmde - nieuwjaarswens schreven voor ouders of familieleden onder 't toeziend oog en de helpende hand van de meester, later de juffrouw. Die wensen werden nog later geschreven op een mooi blad papier met gedrukte rand en kop met bloemen en bladeren. Op "de kostschool", later pensionaat genoemd, was het al heel wat, als de leerling zo'n fraaiheid in het Frans mocht schrijven, al konden de ouders zelf het vaak niet vertalen wegens onvoldoende kennis der vreemde taal. Een vers opzeggen was al evenzeer "bon ton".

 

Lawaai

Een zeer oud gebruik is ook het uitluiden van het oude jaar. Rumoer van alles, dat leven maakt. De aanvankelijke bedoeling is geweest de boze geesten te verdrijven. Maar men maakte vaak zo'n kabaal, dat de overheid het nodig vond er maatregelen tegen te treffen. Zo hebben reeds in 1516 "de Heren van de Gerechte" te Haarlem verordend, dat "niemandt op Nieuwejaersavont of nacht sal gaen singen of spelen dan de korale en trompetters". Die trompetters waren de stadsspeelluiden, die vanaf de torens bliezen. Wat hebben die toen "hoog van de toren geblazen". Zou deze zegswijze daaraan ontleend zijn?

Dat rumoer maken is gebleven. Misschien door de techniek nog veel helser dan vroeger. Klokke twaalf gaan de fabriekssirenes fluiten, de stoomfluiten gillen in de havens, de klappers van het vuurwerk en de sissende vuurpijlen spatten uiteen, terwijl hier en daar een donderbus of een geweerschot oorverdovend afscheid neemt van 't ouwejaar met al zijn lief en leed.

 

Vol hoop een gezegend Nieuwjaar tegemoet. Dat wensen wij al onze lezers oprecht van ganser harte toe!!