INHOUD DIVERSE AUTEURS
CUBRA HOME
Heemkundig werk op CuBra
Heemkunde Tilburg Pierre van Beek
Heemkunde Tilburg Lambert de Wijs
Heemkunde Tilburg A.J.A.C. van Delft

Deze rubriek wordt geredigeerd door Ben van de Pol

Copyright 2013 van deze digitale presentatie en ontsluiting: Stichting Cultureel Brabant - CuBra & Ben van de Pol

 

Diverse auteurs - Verspreide publicaties

 

D e  B r a b a n t s c h e  W e e k  4

 

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - vrijdag 8 augustus 1930

 

 

Openluchtbioscoop

 

Nadat gisterenavond op de kiosk de harmonie van Huize Nazareth een concert gegeven had, werd van half tien tot elf uur op het smalle Heuvelplein een bioscoopvoorstelling gehouden, aangeboden door de directie van den Stadsschouwburg. Was de publieke belangstelling bij het concert reeds buitengewoon groot, bij de bioscoopvoorstelling moest ze enorm genoemd worden. Men vroeg zichzelf af waar toch al dat volk vandaan gekomen was. Al wat in Tilburg loopen kon, scheen wel op de been te zijn.

De eerste beelden die vertoond werden, waren niet erg duidelijk tengevolge van de helle booglamp, welke recht boven het meters hooge witte doek scheen, dat tegen een lantaarnpaal bevestigd was, doch zoodra deze lamp gedoofd was, kregen we een beeld te zien, dat men zich in een gesloten bioscoopzaal niet beter wenschen kon. Het programma was prima in orde met journaals, teekenfilm, comische eenacter en tot slot als hoofdnummer een comische zesacter, welke laatste vooral bij het publiek in den smaak scheen te vallen.

Het Stadsschouwburgorkest, dat zich ook in de openlucht een plaats gekozen had, zorgde voor de muzikale opluistering, welke - zooals gewoonlijk - uitstekend was al zullen uit den aard der zaak alleen zij, die in deze menschenzee in de eerste gelederen stonden, ervan hebben kunnen genieten. Het weer hield zich vrij goed; er viel wel 'n enkel druppeltje doch dat was niet voldoende om de menschen in hun huizen te jagen en is dan deze openluchtbioscoopavond in elk opzicht uitstekend geslaagd.

Na afloop der voorstelling te 11 uur, toen het dicht samengeklotste publiek zich naar alle kanten begon te verspreiden, toonde de stad zulk een levendig beeld als zij op dit late avonduur, buiten de kermis, wellicht nooit gekend heeft.

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - vrijdag 8 augustus 1930

 

 

Boerenhoon en bespotting

van den Brabantschen Boer op Brabantsche Feesten

 

Herhaalde malen is me gevraagd: Heeft de Boerenstand iets uit te staan met dat bedrijf rondom den Heuvel? 'n Kort antwoord daarop.

Wanneer ergens in een rustigen uithoek van Brabant tien dagen lang dat gebrul en gelal en geflirt door brutale, roodgemeniede fletse gezichten diep tot in het nachtelijk uur werd voortgezet, dan zouden de boeren dorschvlegels en rieken voor den dag halen, om door middel van den rug die "lieve heeren en bavianen" aan het verstand te brengen, dat dit geen Brabantsche feesten zijn. Nooit zijn die kleeren in zulke omstandigheden gedragen maar in armoe, bedeesdheid en bescheidenheid. 't Lijkt wel, zei me een boer, of de proppen van de stadsriolen zijn losgeschoten om na dit bedrijf weer vast te gaan zitten bij bakkers en slagers. Zoo zal 't wel duidelijk zijn, dat de echte, soliede boerenstand met deze grappenmakerij niets heeft uit te staan.

Één ding hopen wij, dat straks wanneer het vet van de dubbeltjespotten is afgeschept, als er om subsidie gevraagd wordt, dat die eenige menschen, die er belang bij hebben, zelf die onkosten bedruipen. En niet de boeren zelf nog moeten bijdragen om voor hun eigen bespotting te dokken. "Sijmen of Bartel betaal" is hier niet op z'n plaats.

Willem II zal wel aardige gedachten gehad hebben over de huldiging en feestviering ter eere van de Koningin-Moeder Emma, waar niemand over gesproken of aan gedacht heeft.

 

Wij geven toe, dat niemand er aan gedacht zal hebben, dat zooiets zulk 'n vaart zou nemen. Om dat blijvend te doen zijn, en diep in 't geheugen te prenten, moest men iedere bijdrage van subsidie onthouden.

Zoo gaat Tilburg achteruit.

 

TH. VAN AMSTEL,

Adv. v. d. R.K. Boerenbond

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - zaterdag 9 augustus 1930

 

 

Beschaving

 

 

Geachte Redactie,

 

Zoo dikwijls wordt aan Uwe geachte Redactie een plaatsje in uw blad gevraagd door mannen, thans is het een Brabantsche vrouw die u dit verzoekt.

 

De Brabantsche Week is weer voorbij en bij de goede Brabantsche klanken zijn er jammer weer Brabantsche wanklanken vernomen. De opzet, van de menschen eens een keer vreugde te willen geven in het leven, is goed, zeer goed zelfs. Maar toch, zouden er op deze manier niet veel huisgezinnen zijn geweest, waar het verdriet den boventoon voerde? Hoeveel geld is er weer onnut verbrast, en had men er nog maar iets voor in de plaats gekregen! Men heeft verleerd wáár de vreugde te zoeken. Er is weer veel onvrede in vele huisgezinnen gesticht, want te werken op de lagere driften in den mensch, het is niet den echten Brabantschen geest omhoog halen. Als wij hooren spreken over Brabantsche feesten, dan wordt alleen gedacht aan de slechte gebruiken van Brabant d.i. t.z. de drankzucht, het ruwe luidruchtige plezier, de brute uitgelatenheid, de zucht naar de herberg en deszelfs stamtafel enz. Zeker, het zijn ook gebruiken die in Brabant helaas sterk ingeburgerd waren; mede als gevolg van de verschrikkelijke verdrukking waarin Brabant verkeerd heeft.

't Is niet te wijten aan den aard der Brabanders, want door de vele verdrukkingen, zorgen en armoede ontmoedigd, ging men meer en meer zijn troost zoeken in de herberg en den drank, niettegenstaande het katholieke geloof toch sterk in de zielen bleef geplant. Is het nu, nu er toch zeker geen reden meer is om z'n toevlucht nog in café's te zoeken ter wille der verdrukking, is het nu niet, zeg ik, van grootere beteekenis ons volk een meer beschaafdere ontspanning te leeren, ons volk te leeren liefde voor het volkslied bijvoorbeeld, maar vooral liefde voor z'n gezin? Ik begrijp niet, waarom men altijd er uit moet om genoegen te zoeken. Heeft men zich zoo door het uiterlijke laten verblinden, dat men innerlijken rijkdom niet meer telt? Ons Brabantsche volk is toch een geloovig volk, waarom beleeft het zijn geloof niet méér? Den goeden Brabantschen geest was niet dien van uithuizigheid, maar van echte huiselijkheid. Thuis leerde den Brabander werken en bidden, en eten deed hij om te leven, maar niet zooals men thans doet, "leven om  te eten". Brabanders, zegt men in het Noorden, zijn "menschen van den buik", en menschen van den buik heb ik altijd veracht. En men heeft gelijk, niets vragen dan brood en spelen, zooals men nu al te veel doet, is heidensch en onbeschaafd, laten we dit toch goed bedenken.

Leeren wij als echte Brabanders de soberheid, de eenvoudigheid, de huiselijkheid, maar vooral de onderlinge liefde in het huisgezin bevorderen en zij die daartoe kunnen en willen medewerken, bouwen aan de échte beschaving van Brabant, wat toch zoo mooi zou zijn.

 

HEIDEBLOEM

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - zaterdag 9 augustus 1930

 

 

Brabantsch Volkslied

 

Uitgegeven op initiatief van de vereeniging voor Vreemdelingenverkeer in Brabant "Tilburg Vooruit". Met groot succes gezongen door den heer Aug. de Laat, voor de Radio en op de Homocord Grammofoonplaten met orkestbegeleiding.

 

Waar de luchten wijder worden,

't Waterland in bosch vergaat,

En de schoone paarse heide

Eenzaam stil te bloeien staat,

Waar de dennen vroolijk juub'len,

't Zonlicht fel door d'akkers slaat.

 

Refrein:

Daar is mijn Brabant,

Lief Vaderland.          (bis)

 

Waar een volk van stoeren eenvoud,

Trouw aan God en trouw aan 't land,

Vreedzaam voor een schaam'le bete

Wroet en werkt in 't schrale zand,

Waar in plicht vreugd bleef behouden,

Lach en luim de kroon nog spant.

 

Refrein:

Daar is mijn Brabant,

Lief Vaderland.          (bis)

 

Waar naast ranke torenspitsen,

Zwarte schouwen roet belaân,

Als twee teekenen van vrede

Hoog in donk're luchten staan,

Waar in soberheid en arbeid

Alle standen samen gaan.

 

Refrein:

Daar is mijn Brabant,

Lief Vaderland.          (bis)

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - maandag 11 augustus 1930

 

 

Prijsuitreiking kinderspelen

 

Woensdagmiddag 13 Augustus te half vier precies zal in de hal van den Stadsschouwburg de prijsuitdeeling van de ter gelegenheid van de Brabantsche Week gehouden kinderspelen plaats vinden. Alleen de prijswinnaars die voorkomen op de officieele lijst, welke wij in ons blad van morgen zullen publiceeren, hebben recht van toegang tijdens de prijsuitdeeling, welke in volgorde geschiedt zooals op de lijst is aangegeven. Dus eerst wordt begonnen met de versierde fietsen. Deze moeten dus tijdig aanwezig zijn. In enkele vakken komt voor een naam met daarachter vermeld "(onbekend adres)"; oorzaak is, dat de kinderen hierbij hun adres niet hebben opgegeven. Doch de prijswinnaars zullen zelf wel weten waaraan zij hebben medegedaan. Dus allen op a.s. Woensdag present.

 

Namens besturen Tilburg Vooruit en Heuvel's Belang.

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - maandag 11 augustus 1930

 

 

Mislukking

 

 

Tilburg, 10 Augustus 1930

 

Hooggeachte Redactie,

 

Nu de Brabantsche Week geëindigd is, sluit ik mij geheel aan bij de geestelijken en wereldlijken, die hunne afkeuring hebben te kennen gegeven voor de wijze waarop velen deze week hebben gevierd. De bedoeling, de opzet was mooi, verheffend, veredelend te werken, de uitkomst is een fiasco, een mislukking. Door deze Brabantsche Week is bewezen, dat velen van de Brabantsche folklore niets begrijpen, ik zou bijna durven zeggen, dat er onder de voormannen bij zijn, die het niet begrijpen, niet verstaan. Men hoort en ziet het, dat ze niet begrijpen wat ze zeggen, dat ze nafluiten wat hun wordt voorgezongen.

Dat de vele boven-Moerdijkers het Brabantsche niet snappen, is verklaarbaar, maar 't is vooral onze eigen Brabantsche volksjeugd, die de zaak heeft bedorven, die trachtte er een carnaval van te maken. Wellicht was de zaak anders geloopen als de politie vanaf den beginne, vooral tegen het loopen in de kleeding eener andere kunne, strenger was opgetreden; waarschijnlijk hebben die echter gemeend goed te doen door iets door de vingers te zien, dus daarop geen blaam.

Blaam treffe degenen, die de zaak voorgoed, ook voor de toekomst, bedorven hebben, die getoond hebben nog niet geschikt te zijn op een waardige manier te kunnen feestvieren, die onze haaiboeren, welke toch het meest werden bedoeld met de uitbeelding, grof hebben gegriefd, wat ik ook als haaikneuter van afkomst zeer goed heb gevoeld.

 

Geachte Redactie, mijn hartelijken dank.

 

Lowie van Dorris Misters

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - dinsdag 12 augustus 1930

 

 

Officieele lijst der prijswinnaars van de kinderfeesten,

gehouden tijdens de Brabantsche Week

 

Versierde rijwielen:

1e prijs Thea Smarius; 2e Ria Vugts; 3e E. Aarts (adressen onbekend); 4e F. Remmers, Heuvel 28; 5e Anny v. Rijswijk, Heuvel 17; 6e H. v. Rijswijk, Heuvel 17; 7e F. Heerkens, v. Gilsstraat 23; 8e H. v. Tekkelenburg, Heuvel 18; 9e Liesje v.d. Berg, Broekhovenscheweg 3; 10e Jo. Huijbrechts; 11e Adra. Naaijkens (adressen onbekend).

Extra prijs: J. Schooneville, Hoekschestraat 74.

 

Vliegende hollanders, versierd:

1e prijs J. Lepelaars, Zwijsenstraat 29; 2e J. Wouters, Anna Paulownastraat 15; 3e F. Lips, Pironstraat 43.

 

Versierde autopeds:

1e prijs Martha Stuurman; 2e Dina Stuurman; 3e Piet Stuurman, Telegraafstraat; 4e Hulsenboom, Hoogevenschestraat 202; 5e J. v. Rijswijk, Diepenstraat 20F; 6e Luijkse, Heuvelstraat.

 

Diverse versierde voertuigen:

1e prijs A. v. Oudheusden; 2e E. v. Oudheusden; 3e Aa. Niterink; 4e Toosje Vugts (adressen onbekend); 5e H. Stovers, 5ea J. Stovers, Dokter Kuiperhof; 6e F. Gaillard, Kruisstraat 31; 7e A. v. Ouweland; 8e Jos. Maas (adressen onbekend).

Extra prijs: wagen met schaap, M. Kruissen, Piusstraat 11.

 

De jury bestond uit de heeren Alb. Lejeune, Aug. v. Os en J.F. Vrensen.

 

 

Wedstrijd rijwielen (Jongens):

1e prijs 19 sec. F. Remmers, Heuvel 28; 2e 19 1-5 sec. L. van Son, Heuvel 29; 3e 19 2-5 sec. Jos Kruissen; 4e 20 sec. Th. Remmers (adressen onbekend); 5e 20 2-5 sec. H. Blerman, Stevezandschestraat 166.

Extra prijs: alleen gereden in 19 seconden A. Donders (adres onbekend).

 

Wedstrijd rijwielen (Meisjes):

1e prijs 21 sec. A. Naaijkens; 2e 24 sec. Smarius (adressen onbekend); 3e 25 sec. Liesje v.d. Berg, Broekhovenscheweg 3.

 

Wedstrijd vliegende hollanders:

1e prijs Frans Leijss (adres onbekend).

 

Wedstrijd autopeds (Jongens):

1e prijs E. Luijks, Heuvelstraat; 2e B. Hulsenboom, Hoogevenschestraat 202.

 

Wedstrijd autopeds (Meisjes):

1e prijs Martha Stuurman, Telegraafstraat.

 

Wedstrijd hoepels (Jongens):

1e prijs W. Doedee; 2e J. Schalken (adressen onbekend).

 

Wedstrijd hoepels (Meisjes):

1e prijs J. van Herwaarden (adres onbekend).

 

Wedstrijd sprietloopen:

1e prijs: K. Segers, Veldhovenstraat 42; 2e A. v. Oudheusden, Houtstraat 74; 3e H. Donders, Koestraat 39; 4e Fr. v. Gestel, Heikestraat 14; 5e P. Snoeren, Veldstraat 19; 6e A. v. Wilderen, Merodeplein 8; 7e Jo. Loods, Stevezandschestraat 25;

8ste prijzen: H. v.d. Zande, Veldstraat 3; J. de Blanke, Celebesstraat 5; Fr. de Vries, Verl. Besterdstraat 5; Jac. v. Raak, Piusstraat 63; J. Maas, Olmenstraat 8; J. Geboers, Hoekschestraat 15; Stroot, Klerkxstraat 10; J. Brevet, Kortestraat 4; J. Stoop, Nieuwstraat 234; J. v. Veen, Kortestraat 3; J. Bul, Watertorenstraat 32; R. de Ruiter, Kortestraat 6; W. v.d. Wouw, Albertplein 6; Fr. Gaillard, Kruisstraat 31; J. v. Gool, Ringbaan Oost 3a; W. Leijten, Piusstraat 157; H. Geboers, Verl. Besterdstraat 45; P. Ribbink, Meelstraat 14; Th. v. Loon, J. Schaapstraat 31; J. v. Hooijdonk, Reinier Claassenstraat 43; J. de Jong, Vernisstraat 61; P. Martin, N. Besterdstraat 36; G. Verheij, Celebesstraat 5; N. Pijnenburg, Piusstraat 61; J. Coolen, Tulpstraat 77; A. Kunzel, Prinses Sophiastraat 46.

 

Wedstrijd zakkeloopen:

1e prijs E. v. Herwaarden, de Keizerstraat 9; 2e A. Franken, Roggestraat 28; 3e Bul (adres onbekend); 4e J. Waaijers, Bredascheweg; 5e B. de Leeuw, Lindeplein 1; 6e A. de Leeuw, Ger. v. Spaandonckstraat 13;

7e prijzen: C. v.d. Gouw (adres onbekend); J. de Jong, Schotelplein 5; J. v. Boxtel, Kortestraat 3; L. Lourijsen, Walvischstraat 19; P. Broers, Oranjestraat 48; J. v. Eindhoven (adres onbekend); W. Pijnenburg, Piusstraat 61; J. Rutten (adres onbekend); A. Pijnenburg, Heuvelstraat 13; A. Baak, Tulpstraat 74; Fr. v. Riel, Noordstraat 60; Jo. de Jong, Schotelplein 6; R. Peeters, Lovenschestraat 66; H. Geboers, Verl. Besterdstraat 45; J. Koolen, Tulpstraat 77; J. Bonsel, Ringbaan West; C. Kokken (adres onbekend); F. Verhoeven, Stevezandschestraat 76; Jansen (adres onbekend); J. v. Dun, Beekschedijk 73; A. Kunzel, Prinses Sophiastraat 16; J. van Aarle (adres onbekend).

8e prijzen: Jo Stroot (adres onbekend); P. Smolders, Houtstraat 76; B. v. Ierland (adres onbekend); J. Geboers, Hoekschestraat 15; C. de Jong (adres onbekend); J. v. Hooijdonk, Reinier Claassenstraat 43; J. v. Doorn, St. Jozefstraat 10; C. Hopmans, Reinier Claassenstraat 23; W. v. Eindhoven (adres onbekend); P. Willemen, Koestraat 53; G. Terneij (adres onbekend); Jo. den Blanken, Celebesstraat 5; A. Mols (adres onbekend); A. de Laat, Zuid-Oosterstraat 21; J. Smid, Hasseltstraat 143; H. v. Ginneken, Locomotiefstraat 11; J. Brevet, Kortestraat 4; C. v. Gorkom, Molenstraat 10; S. Gallé, Wagenaarstraat 23; J. v. Gool (adres onbekend); W. v.d. Wouw, Albertplein 6; P. de Rooij, Capucijnenstraat 121; Wertheim, Broekhovenscheweg 272; R. Methorst, Kalverstraat 8.

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - woensdag 13 augustus 1930

 

 

Geachte Redactie,

 

Met opname van het onderstaande zult U ten zeerste verplichten

 

                                                                                              uw abonnee X.

 

 

Ter overweging

 

Die protesteert moet den weg aangeven

Om naar een beter doel te streven,

Men moet dan ook de fouten toonen

Op andere wijz' dan door personen hoonen.

 

Er wordt dikwijls te veel gekeken

Zoowel door overheid als leeken

Naar 't kwade dat men ergens ziet

Maar 't goede doel beschouwt men niet.

 

Gaat iets niet juist zooals aangegeven

Daar enkelen 't doel voorbij gaan streven

Dan meenen velen 't recht te bezitten

Op de uitvoerders onhebbelijk te gaan vitten.

 

Laten dezulken dan toch steeds bedenken

Dat men door medeburgers te krenken

Men toch geen nobel werk verricht

Doch denke aan neus en aangezicht.

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - zaterdag 16 augustus 1930

 

 

Mijnheer de Redacteur!

 

Door opname van het onderstaande zult U ten zeerste verplichten

 

Uw abonné X,

Lid van Tilburg Vooruit en oud-lid der vroegere St. Paulus Drankbestrijdersvereeniging.

 

 

'n Weerwoord

 

Wat is er toch in Tilburg gaande met al die protesten tegen het bestuur van Tilburg Vooruit over het gehouden Oranjefeest en Brabantsche Week. Wanneer men dat zoo leest, dan is er iets verschrikkelijks in Tilburg gebeurd; men spreekt zelfs van "laag gedoe". Naar mijne meening heeft men zich met al die protesten schuldig gemaakt aan veel overdrijving en daardoor de eer van ons Brabanters niet hoog gehouden. Dat er enkele individuen uit den band zijn gesprongen, daaraan kunnen toch de andere 75.000 inwoners van Tilburg niets doen. Door die heftige protesten heeft men m.i. de gelegenheid willen aangrijpen om van minder vriendschappelijke bedoelingen tegenover de bestuursleden van Tilburg Vooruit te doen blijken. Echt op z'n Tilburgsch. Dit noem ik op mijn beurt geen "nobel gedoe". Men protesteert, doch noemt geen feiten. Als men bij het bestuur van Tilburg Vooruit feiten had aangebracht, desnoods namen genoemd, dan ben ik er zeker van, dat als er misbruiken waren ingeslopen, daaraan direct paal en perk was gesteld. Maar neen - dan kan men het bestuur van Tilburg Vooruit niet afmaken op een geniepige manier.

Begrijpen die protesteerders dan niet, dat door hun "openlijk" protest - dat gesteld is in een stijl waaruit men kan opmaken, dat er verschrikkelijke schandalen zijn geschied, terwijl alles bij elkaar genomen slechts enkele personen uit den band zijn gesprongen, wat in iedere groote stad bijna dagelijks gebeurt - dat door dit "openlijk" protest een geheel verkeerden indruk over onze stad naar buiten wordt gevestigd. Tilburg als "fabrieksstad" mag er zijn - op alle gebied - en kan met andere steden, ter eere van den werkman gezegd, de toets der critiek doorstaan. Het is m.i. onverantwoordelijk, dat de eerste de beste persoon, die bij de leiding eener vereniging was, in zijn ondoordacht optreden, door een "openlijk" protest ons geheele Tilburg naar buiten als minderwaardig uitdraagt - door de schuld van enkelen.

 

Ik vertrouw evenwel, dat het bestuur van Tilburg Vooruit zich van al dat persoonlijk gedoe niets zal aantrekken, doch zal voortgaan leiding te blijven geven bij die gelegenheden, waarbij leiding noodig is, en waarvoor anderen niet te vinden zijn, en zich van al die "kleinsteedsche" critiek niets zal aantrekken.

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - dinsdag 19 augustus 1930

 

 

Een mislukte proef

 

In dit blad van jl. Zaterdag wordt door een lid van Tilburg Vooruit, zich noemende tevens een oud-lid van de vroegere St. Paulusvereeniging, het verloop der z.g. Brabantsche Week in bescherming genomen en opgekomen tegen de protesten, welke zijn geuit en door hem zeer overdreven geacht. De verkeerde indruk, welke naar buiten is gevestigd, stelt hij op rekening van die protesten. Schrijver noemt het "onverantwoordelijk dat de eerste de beste persoon, die bij de leiding eener vereeniging is, in een ondoordacht optreden door een 'openlijk' protest ons geheele Tilburg naar buiten als minderwaardig uitdraagt door de schuld van enkelen."

Evenals de heele z.g. Brabantsche Week eene "vergissing" is geweest, vergist zich dit lid van Tilburg Vooruit door het voor te stellen, dat het protest zou uitgegaan zijn van een "ondoordacht" optreden. Immers het is niet aan te nemen b.v., dat het bestuur der Tilburgsche Drankbestrijdingsorganisatie zoo maar ondoordacht en niet weloverwogen zijn protest in de Tilburgsche bladen publiceerde. Wil deze schrijver de "Afkeuring" door de Tilburgsche Pastoors gepubliceerd in de plaatselijke pers ook als "ondoordacht" en onverantwoordelijk bestempelen? En het ingezonden afkeurend artikel in onze bladen van den Adviseur der Boerenorganisatie in deze stad, Kapelaan van Amstel?

Zou dit nu werkelijk geschied zijn "uit minder vriendelijke bedoelingen tegenover het bestuur van Tilburg Vooruit", zooals deze schrijver het gelieft uit te leggen? Heeft deze schrijver dan niets ervan gehoord, dat zoo talloos vele Tilburgers allesbehalve goedkeurend over deze soort "Brabantsche cultuur" zich hebben uitgelaten? Zou de schrijver in ernst meenen, dat aan zoo iets volgenden keer de Heuvelstraatwinkeliers, althans de meerderheid, nog eenige medewerking zullen verleenen? Wil schrijver dan eens nader informeeren bij ons politiecorps of er geen groote kern van waarheid zit in wat "Het Volk" schreef, dat "het is een zuip- en zwelgpartij geworden van je welste. Talrijke processen-verbaal werden opgemaakt wegens openbare dronkenschap, weegens het loopen van mannen in vrouwenkleeren (en omgekeerd) enz. 's Avonds host men lallende en schreeuwende door de straten." (Dit heeft toch iedereen kunnen constateeren).

Is het niet heel erg, dat juist "Het Volk" met schadefreude gelegenheid heeft om te schrijven: "De autoriteiten durven blijkbaar den Zaterdag niet af te wachten. De Deken en Pastoors van Tilburg hebben blijkens een bericht in de Nieuwe Tilburgsche Courant, zich verplicht geacht openlijk hun afkeuring en veroordeeling uit te spreken over hetgeen in Tilburg gebeurt bij gelegenheid der z.g. Brabantsche Week. Ofschoon het mogelijk is - aldus lezen we verder - dat de aanleggers de gevolgen van hun opzet niet hebben doorzien, rust op hen thans de plicht aan deze volksverlaging een einde te maken. In hetzelfde blad deelt het bestuur van Tilburg Vooruit mede, het ten zeerste te betreuren, dat haar pogingen om aan de bevolking van Tilburg een gepaste ontspanning te geven, niet door iedereen worden tegemoet getreden, met die medewerking, welke een goed verloop waarborgt."

Als het lid van Tilburg Vooruit en anderen soms denken, nu ja, dat is "Het Volk" maar, welnu dan zij hier gereleveerd, wat de Maasbode van 7 Augustus onder het opschrift "Folklore is geen Carnaval" in een artikel o.m. schreef:

"Het initiatief is uitgegaan van de 'city' waar rond den Heuvel veel café's zijn. De vereeniging tot bevordering van het vreemdelingenverkeer Tilburg Vooruit sympathiseerde met het plan en nam de leiding op zich, om na het welslagen der proef zoo mogelijk ieder jaar een Brabantsche Week op touw te zetten. De bedoeling schijnt geweest te zijn er een folkloristisch feest van te maken, maar nu men het spel een dag of wat heeft kunnen aanzien, blijkt dat een zeker soort publiek tusschen folklore en decadentie geen onderscheid weet te maken, hetgeen tot protesten leidde.

Reeds den eersten avond ontaardde de feeststemming in een banale carnavalspret - de betere milieu's niet te na gesproken - terwijl de volgende dagen de Heuvel met zijn vele café's, voor deze gelegenheid in boerenherbergen met boerenbediening gemetamorfoseerd, de verzamelplaats was voor groote troepen hossende, brallende en lallende jongelui als boeren en boerinnen verkleed. Vooral aankomende jongens en meisjes deden mee aan de pret en representeerden in gore en gelapte kleeding den arbeidzamen stand, waarop Brabant groot gaat. Het scheen er om begonnen, wie er het slordigst en akeligst uitzag en degene, die het meest echt voor zatterik speelde - er waren intusschen ook veel echte zatteriken - beschouwde zich als folklorist in stijl. Men zou er om lachen, wanneer het niet zoo stuntelig was, dat iemand meent zich te kunnen verplaatsen in den goeden ouden tijd door als boer vermomd voor zot te spelen of den beest uit te hangen.

Er is echter in den laatsten tijd te Tilburg op onoordeelkundige en weinig wetenschappelijke wijze stemming gewekt voor stadsgeschiedenis en folklore. Met een dilettantisme van de grootste soort wordt geschiedenis 'gemaakt' en het bijeenbrengen van een rariteitenverzameling wordt als plan tot stichting van een oudheidkundig museum gepropageerd. Met geschiedschrijving en folklore heeft dit niets gemeen, maar het is geen wonder, dat daaruit bij menigeen toch het waandenkbeeld ontstaat, als zouden de excessen van Carnaval en het met piëteit nog eens beleven van oude volkskunst en oud volksvermaak hetzelfde zijn." Tot zoover de Maasbode.

Hierin heeft het lid van Tilburg Vooruit gelijk, dat naar buiten weer een verkeerden indruk van ons Tilburg is gevestigd. Maar door wiens schuld? Waarachtig niet door de schuld van hen, die in het belang van de eer en den goeden naam van Tilburg en zijn bevolking afkeuren wat afkeuring verdient. Neen, wie het verloop der z.g. Brabantsche Week verdedigen en goedpraten, bewijzen noch Tilburg Vooruit noch diens bestuur, noch Tilburg een dienst. 't Is te bejammeren, dat de naam van Tilburg, welke buiten langzamerhand een beteren klank begint te krijgen, op deze wijze weer naar beneden wordt geduwd. Dat heeft men niet gewild, noch bedoeld, maar daarom is het niet minder een feit.

Er wordt in de laatste jaren hard gewerkt om Brabant omhoog te brengen, de cultuur van Brabant naar buiten uit te dragen. Het werk in deze van wetenschappelijke, Brabant-kennende en Brabant-lievende mannen als een Dr. P.C. de Brouwer, een prof. Dr. Goossens, een Dr. A.C.B. Arts en zooveel anderen, heeft in de eerste week van Augustus een deuk gekregen. De heeren v. Delft en de Wijs, bestuursleden van Tilburg Vooruit, die in de laatste jaren onze plaatselijke pers bewerkten en veel schrijven over geschiedenis van onze stad en gewest en over folklore, zullen toch wel met leede oogen hebben moeten aanzien wat hier als "folklore" werd vertoond. De uitingen, welke moesten dienen als Brabantsche cultuur en Brabantsche humor, zal hen toch wel boven de pet gegaan zijn. Wat hier als Brabantsche folklore moest doorgaan, was niets anders dan een soort laag bij de grondsch carnavalsgedoe.

Laat men toch eerlijk erkennen, dat de Tilburgsche z.g. Brabantsche Week een radicale mislukking is geweest, behoudens voor de kasteleins van Heuvel, Piusplein en omgeving. Het was een caricatuur en een bespotting van Brabantsche boerenbevolking. 't Is daarom ook een vergissing geworden voor de Heuvelstraatwinkeliers. Zoo trekt men onze dorpsbewoners niet naar Tilburg. Zoo wint men hun sympathie niet. Zoo stoot men ze van Tilburg af, ten nadeele van den Tilburgschen winkelstand. De "Week" is aangekondigd als een "proef". Welnu, laat men eerlijk erkennen, dat de proef is mislukt en laat men ze niet meer herhalen, althans niet zoo. Wil men nog eens enkele "Brabantsche dagen" organiseeren, alsjeblief geen hééle week lang, dat men dan meer zorg en aandacht wijdt aan de voorbereiding. Laat men dan bedenken, dat stadsche fabrieks- en ateliermeisjes en fabrieksjongens, ook niet stadsche kantoordametjes en kantoorheeren, geen boerenfolklore op eigen gelegenheid kunnen uitbeelden zonder er een bespottelijke caricatuur ervan te maken.

Wil men nog eens Brabantsche dagen organiseeren, goed, maar dan gevraagd en gezocht de medewerking onzer boerenorganisaties en onze omringende dorpsbewoners. Dan in elkaar gezet een folkloristischen optocht of stoet, zooals vorig jaar. Dan schutters- en gildenwedstrijden georganiseerd. Dan het oude vendelzwaaien en standaardrijden doen vertoonen. Goed voorbereid kan het dan een werkelijk Brabantsch folklorefeest worden. Laat Tilburg Vooruit jaarlijks gerust met medewerking van onze muziek- en zangvereenigingen, onze gymnastiekvereenigingen en tooneelclubs openbare feestelijkheden organiseeren. Ze doet daarmee goed werk. Heusch, er mag hier in Tilburg nu en dan wel eens wat meer te doen zijn. Laat men dan echter steeds daaraan veel zorg besteden, opdat de Volksfeesten op een hoog peil staan. Dat ze inderdaad ons volk cultureel verheffen en leeren smaak krijgen in veredelende en verheffende ontspanning.

Natuurlijk zullen er altijd gevonden worden, bij elke feestviering, die uit den band springen, die te ver gaan, die het te veel zoeken in veel borrels en veel potten bier. Dat kan niemand voorkomen. Geen eerlijk mensch zal daarvan de organisatoren een verwijt maken of hen dat aanwrijven. Maar dan moet het uitgangspunt der festiviteiten zijn: feest voor het volk, feest voor het algemeen belang, maar niet moet de opzet zijn en het uitgangspunt: de belangen van een groep caféhouders. Minstens genomen, had het nu den schijn, dat zulks wel het geval was. Want was er in ernst nu reden voor om er een hééle week van te maken? En dat nu, in begin Augustus, terwijl we einde dezer maand een vijfdaagsche kermis krijgen. Moest deze week soms dienen - 't is meermalen uitgesproken - omdat tijdens de kermisweek teveel Tilburgers de stad uitstroomen en de kermissen voor de caféhouders minder lucratief worden?

Hoe het zij, laat men deze proef werkelijk erkennen als mislukt. Laat Tilburg Vooruit in het vervolg in den zomer enkele dagen, b.v. op Zaterdag, Zondag en Maandag, jaarlijks een of andere openlijke feestviering organiseeren. Doch laat dit voor Tilburg Vooruit een les zijn, om te zien hoe het volgende jaren NIET moet gebeuren.

Heusch, dit wordt niet geschreven om "onvriendelijk" te zijn tegen het bestuur van Tilburg Vooruit. Integendeel, schrijver dezes is een vriend van Tilburg Vooruit, sympathiseert met Tilburg Vooruit en vindt het jammer, dat Tilburg Vooruit vaak zoo weinig medewerking heeft en niet heel veel meer betalende leden heeft. Juist daarom ook betreurt hij de afgeloopen, niet voldoende voorbereide, verkeerd opgezette en daarom mislukte feestviering. Op fouten wijzen met het doel om te komen tot voorkomen van dezelfde fouten in de toekomst, is heusch geen onvriendelijke daad en daarom is dit artikel niet anders bedoeld dan een eerlijk gemeende "opbouwende" kritiek.

In 't vervolg dus festiviteiten van een beter gehalte; festiviteiten niet van een hééle week lang; festiviteiten, die Tilburg en Brabant VOORUIT en niet ACHTERUIT brengen. Daar zal het Tilburgsche volk in zijn geheel van kunnen profiteeren, protesten zullen dan achterwege kunnen blijven, de winkelstand zal het ten goede komen en de caféhouders zullen er niet slecht bij varen. Maar dan ook bij die festiviteiten Tilburg Vooruit flink geholpen en gesteund.

 

A. VAN TILBURG

 

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - zaterdag 23 augustus 1930

 

 

Geachte Redactie!

 

Met opname van het onderstaande zult U mij ten zeerste verplichten.

 

Uw abonnée X

 

 

Oproep

 

Op het ingezonden stuk - bijna eene herhaling wat over de Brabantsche Week in een weekblad alhier verschijnend is geschreven - zal ik niet ingaan. Naar mijne meening is over dit alles reeds veel en veel gemookerd. Op de eerstvolgende vergadering van Tilburg Vooruit zal ik voorstellen bij den schrijver die zich "van Tilburg" noemt, bij volgenden opzet voor volksfeesten naar zijn zienswijze te informeeren. Als hij zoo goed wil zijn bij het bestuur van Tilburg Vooruit zijn juist adres bekend te maken. Niet alleen kan dan het bestuur van Tilburg Vooruit doch geheel Tilburg gerust zijn, dat dan het geheele verloop tot tevredenheid van allen zal zijn. Zulke krachten worden m.i. altijd te laat ontdekt.

 

 

Nawoord redactie

 

We hebben ook nog de andere krant van Tilburg, de kleinere Tilburgsche Courant, doorgebladerd om eens te kijken wat die allemaal te melden had over de talloze ongeregeldheden die zich volgens de NTC tijdens de feestweek hadden voorgedaan. In de TC is echter amper sprake van incidenten bij de Brabantsche Week. De opgeklopte verontwaardiging in de NTC komt onmiskenbaar grotendeels uit de Roomsche hoek, die immers niet gediend was van openbare carnavaleske festiviteiten. Carnaval was immers een heidens gebruik en de clerus verkondigde dit ook luid en duidelijk, met hel en verdoemenis dreigend, vanaf de preekstoel. Tot 28 februari 1965 hadden zij hiermee succes, want toen startte het openbaar carnaval in Tilburg. Dat de Brabantsche Week in 1931 geen vervolg kreeg, had u inmiddels wel begrepen…