INHOUD DIVERSE AUTEURS
CUBRA HOME
Heemkundig werk op CuBra
Heemkunde Tilburg Pierre van Beek
Heemkunde Tilburg Lambert de Wijs
Heemkunde Tilburg A.J.A.C. van Delft

Deze rubriek wordt geredigeerd door Ben van de Pol

Copyright 2013 van deze digitale presentatie en ontsluiting: Stichting Cultureel Brabant - CuBra & Ben van de Pol

 

Diverse auteurs - Verspreide publicaties

 

Nieuwe Tilburgsche Courant - zaterdag 31 maart 1934

 

 

Uit het gildeleven: de boom wordt geopend

 

Wanneer men in onze dagen het woord "gilde" of "gildeleven" uitspreekt of men leest dit woord, dan gaan aanstonds onze gedachten naar den heerlijken tijd, althans in heel veel opzichten, naar de middeleeuwen. Die heerlijke tijd is voor onze stad nog niet heelemaal vergeten; de arbeiders- en werkgeverscorporaties uit de middeleeuwen zijn hier zooals elders verdwenen, maar onze stad bezit aan dien gouden tijd nog een tweetal herinneringen in de gilden St. Joris en St. Dionysius (1), in tegenstelling met de ambachtsgilden hier schuttersgilden genaamd. De ambachtsgilden zorgden voor den vrede in den handel en het ambacht, de schuttersgilden waarborgden hun kracht voor den burgerlijken vrede.

Deze schuttersgilden zijn vooral in Brabant tot in onze dagen tamelijk rijk bewaard gebleven en vooral de laatste jaren nemen zij meer en meer hun aandeel in de algemeene belangstelling. Het is een bekend feit, dat H.M. de Koningin zich meermalen omtrent den toestand van de gilden laat inlichten, vooral als zij in Brabant vertoeft en zelfs verzoekt om in een defilé vooral de gilden niet te vergeten. Dat is een bewijs, dat zij overtuigd is van de groote rol, die de gilden in vroeger eeuwen in de verdediging hebben gespeeld, dat goede gildebroeders ook goede vaderlanders zijn en dat zij een fleurigen aanblik in de optochten geven. Met veel belangstelling sloeg zij steeds het vendelzwaaien gade.

Wanneer de lente aankomt, dan komt er ook in de schuttersgilden nieuw leven, d.w.z. dan wordt boog of kolver opgezocht om te gaan oefenen. Het schijnt dat het koude voorjaar in vroeger dagen oorzaak was, dat men pas met Pinksteren begon te oefenen. Het begin voor de oefening noemde men het "openen van den boom". In onzen tijd nu het met Paschen al heel mooi weer kan zijn, komt de lust tot schieten wat vroeger, hoewel de verwachting, zooals het er heden bijstaat, dat de vroege Paschen van dit jaar koud zal zijn, geen al te beste hoop geeft.

Intusschen, het gilde St. Dionysius gaat op den 2en Paaschdag den boom openen, ten teeken dat het schietseizoen is aangevangen. Het gilde St. Joris houdt zich, als meer conservatief zijnde, nog steeds aan den 2en Pinksterdag vast. Maar dan gaat het er evenals bij St. Dionysius lustig op los en getuigt dit gilde, niettegenstaande zijn ruim 400-jarigen ouderdom, van een flinken bloei. Zoo de belangstelling voor het leven der beide gilden roerende blijft, dan zullen zij nog vele jaren, wanneer de lieve natuur naar buiten noodt, "den boom openen".

 

 

1. Wie neemt toch eens het initiatief om het gilde St. Sebastiaan, met het bezit van de oude stukken, weer uit den slaap te wekken. Er zou een modus voor te vinden zijn, wanneer bijv. een der heeren Donders als hoofdman zou toetreden en dus de band niet heelemaal verbroken zou zijn.