
Foto
Jeroen Horsthuis
In
Paradox te Tilburg, tijdens Accordeonslag, hoorde ik Oleg voor het
eerst spelen in een muzikaal ‘duel’ met jazzgitarist Aron
Raams. De melancholie en zijn gevoel voor drama, maar ook zijn
improvisatietalent richting jazz tijdens dit praktisch
onvoorbereide concert trof mij en de vele luisteraars recht in het
hart.

Aron
Raams
Oleg
Fateev werd geboren op 5 juli 1967 in Moldavië.
Zijn
carrière begon als straatmuzikant maar bracht hem later in grote
theaters als Carré en het Concertgebouw van Amsterdam.
Zijn
veelzijdigheid uit zich in allerlei projecten waar hij de
afgelopen jaren aan meegewerkt heeft zoals met het Dansgezelschap
van Christina de Chatel, Theater Artemis, Oostpool en het RO
Theater. Naast soloconcerten die hij gaf, werkte hij ook met
Herman van Veen, Jeroen Willems, Mathilde Santing en vele anderen.

Geboortehuis
van Oleg
Op
29 jarige leeftijd verhuisde hij van Moldavië naar Nederland waar
hij het verlangen voelde om de muziek uit zijn jeugd te vertolken,
maar waar ook zijn fascinatie voor de jazz werd geboren. De lang
gekoesterde wens om een eigen cd te maken en het ontstaan van zijn
trio, resulteerde uiteindelijk in het uitkomen van de cd "Dreams"
in april 2009. Deze cd is een combinatie van die twee muzikale
werelden; traditioneel en jazz.
Al
met al genoeg reden om een kijkje te nemen in het leven van deze
bewogen artiest met zijn innemende persoonlijkheid, en het verhaal
over zijn weg vanaf ‘de straat’ op te tekenen in een nieuwe
‘Muzikale Ontmoeting’.

Trio
met Konstantin ILiev (klarinet) en Dion Nijland (bas) en cd hoes
Ze
vroegen of ik wist hoeveel hij van me hield, ik had geen idee…..
"Ik
werd geboren in Bendery, ook wel Tighina genoemd, een kleine stad
aan de rivier de Dnjestr, met ongeveer 160.000 inwoners.
Ik,
mijn broer en mijn ouders waren een heel arm gezin. We woonden in
een veel te kleine 2-kamer flat. Mijn broer overleed helaas door
een ongeluk toen hij 15 was. Zijn naam was Jura. Dat was een groot
drama. Ik was 24 en op het moment dat hij stierf zat ik in Moskou
op het conservatorium.
Jura
was ook heel erg muzikaal en speelde trompet. En hij hield heel
erg van honden! Dat was eigenlijk alles wat ik van hem wist. Op de
begrafenis vroegen zijn vrienden of ik wel wist hoeveel hij van
mij hield, en hoe trots hij op me was. Ik had geen idee. We
spraken nooit daarover en we hebben elkaar jammer genoeg nooit
echt goed leren kennen. Ik was helemaal van slag omdat ik daar pas
zo laat achter kwam. Te laat. Ik heb later mijn zoon naar hem
vernoemd.

Oleg
met zijn moeder en zoon Jura
Mijn
ouders waren ook muzikaal. Ze zongen heel veel. Mijn moeder was
vroeger met een ander meisje als enige van de stad uitgekozen om
opera te studeren. Maar haar ouders lieten haar niet gaan! De rest
van haar leven heeft ze in de fabriek gewerkt. Zo was het leven
daar nou eenmaal. Mijn vader was alleen vrolijk op feesten. Daar
zong en lachte hij, thuis leek het of hij altijd kwaad was en
dronk hij veel.
Ik
speelde niet vaak met andere kinderen. Ik trok me vaak terug en
zat altijd met mijn vingers piano te spelen op een stoel of een
tafel of zo. Mijn moeder heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat ik
muziek kon gaan studeren. Ik ben zelf naar de muziekschool gegaan
en werd daar meteen toegelaten. Ik was toen 10 jaar. Ik wilde
graag klavieraccordeon spelen maar dat werd een knoppenaccordeon,
de bayan, omdat die meer mogelijkheden biedt. Het is wel een
totaal andere techniek dan met klavier.

De
bayan
Ik
geloof niet dat ik een speciaal talent had
De
muziekschool daar is heel anders dan hier in Nederland. Het duurt
5 jaar en het is een echte opleiding. Mijn specialisatie was
accordeon met als 2e instrument piano.
Buiten
je specialisatie krijg je daar ook vakken als solfège en
muziekgeschiedenis. Tegelijkertijd zat ik ook op de middelbare
school, waar je van 7 tot 15 jaar naar toe gaat.
Na
schooltijd ging ik vanaf een uur of 3 naar de muziekschool tot een
uur of 7. En dat vanaf 8 uur ’s morgens, elke dag! Dat is best
zwaar.
Op
de muziekschool was ik gewoon een goede student. Ik deed wat ze
van me vroegen en ik geloof niet dat ze toen vonden dat ik een
speciaal talent had. Maar ik begon al wel na te denken over wat ik
‘later’ wilde gaan doen. Conservatorium, lesgeven, optreden?
Ik wist in ieder geval zeker dat ik verder wilde in de muziek.
De
volgende stap na de muziekschool in Moldavië is het
muziekcollege, een 4-jarige, nogal zware, volwaardige opleiding.
Het is een goede voorbereiding op het conservatorium, die ook nog
eens 5 jaar duurt. In totaal heb ik dus 14 jaar muziek gestudeerd!

Theorielerares
muziekschool, Albina Ignatjevna
In
Tiraspol, vlakbij ons huis was een heel goed muziekcollege, maar
daar werd ik niet aangenomen omdat ze me niet sterk genoeg vonden
op de bayan! Ik was heel erg teleurgesteld, maar ik werd wel
aangenomen in Chisinau, de hoofdstad. Ik was toen 15 jaar. Ik werd
nogal beschermd opgevoed, was niet erg zelfstandig en heel
onzeker, maar ik moest gaan verhuizen naar een studentenhuis in de
hoofdstad om muziek te kunnen gaan studeren! Praktisch gezien kon
ik mezelf echt wel redden, maar op die leeftijd met vreemde mensen
in een vreemde stad wonen, zonder je familie, is toch wel heel
moeilijk geweest voor mij.
Gelukkig
heeft het maar één jaar geduurd. Ik werd alsnog aangenomen in
Tiraspol, de man die mij toentertijd daar op het muziekcollege had
afgewezen was vertrokken naar Siberië!

Chisinau
- Foto John Rager
De
leraar die ik toen kreeg heeft mijn leven voorgoed veranderd.
Eduard
Lenchiner. Hij was onzeker en verstrooid, maar had enorm veel
gevoel voor muziek. In die tijd ontdekte ik ook dat ik zoiets als
een talent had en maakte ik hele grote stappen in mijn muzikale,
maar ook persoonlijke ontwikkeling. Hij bezat veel kennis over
kunst en cultuur, en maakte mij daar ook deelgenoot van.
Ik groeide enorm.
In
het laatste jaar was ik de beste student geworden en won ik de
eerste prijs in een accordeonconcours. Het was duidelijk dat ik
naar het conservatorium moest gaan en het liefste wilde ik naar
Moskou, het Russische muziekmekka!
Ik
reisde 1600 km samen met mijn moeder en speelde een stuk van Bach
en een pianoconcert van Weber op de bayan voor Friedrich Lips, de
grote man aldaar en ja, hij vond mij een goede kandidaat voor zijn
conservatorium. Ik deed toelatingsexamen en van de zestig
aanmeldingen werd ik één van de acht mensen die slaagde! Ze
waren erg onder de indruk van mijn spel. Ik kon het zelf bijna
niet geloven".

Militaire
Dienst en Theater
Tijdens
zijn studie aan het muziekcollege beschrijft Oleg zichzelf als een
brave student. Hij had geen vriendinnetjes, wel een paar vrienden.
Met hun zat hij ook in een popbandje waarin hij op een (geleende)
keyboard speelde. Ze speelden op bruiloften en op
afscheidsfeestjes van de zonen die vertrokken naar Militaire
Dienst.
Even
ter vergelijking; ze verdienden 60 tot 80 roebel voor een optreden
terwijl Oleg’s vader 100 roebel per maand verdiende. Het waren
zijn eerste echte ‘werk’ ervaringen.
Oleg’s
fascinatie voor toetsen was en is nog steeds groot. Toen indertijd
de keus gemaakt moest worden welk instrument hij zou gaan spelen
is dat bayan geworden omdat een pianostudie gewoonweg te duur was.
Hij zegt zelf dan ook niet speciaal dol te zijn op accordeon. Wel
noemt hij het een expressief en direct instrument. Voor hem is het
er gewoon één waarmee hij zijn gevoel voor muziek tot
uitdrukking kan brengen.

"Voordat
ik mijn studie in Moskou kon beginnen moest ik 2 jaar in Militaire
Dienst. Dat was nou eenmaal verplicht en ik deed het liever vóór
mijn studie dan erna. Ik zou uitgezonden worden naar Afghanistan.
De dag voor vertrek sprak ik toevallig een dirigent van een orkest
die vertelde dat een kolonel een accordeonist zocht voor zijn
militair ensemble in Moskou. Dat is echt mijn geluk geweest want
als ik die man op een ander moment gesproken had was mijn leven
misschien wel heel anders gelopen!
Na
8 maanden Moskou werd ik uitgezonden naar Kiev, maar ook daar kwam
ik in een orkest terecht. Met dit orkest begeleidden we een
dansgroep. Uiteindelijk is deze tijd heel belangrijk geweest en
heb ik veel ervaring opgedaan als begeleidend muzikant. Misschien
is daar ook wel de liefde voor dans en theater ontstaan.
Toen
werden we allemaal naar een oorlogsgebied in Armenië uitgezonden.
Etnische zuiveringen in Azerbeidzjan. Dat was een afschuwelijke
tijd. Ik zag veel bloedende mensen, kinderen, veel ellende daar.
Hele gezinnen werden uitgemoord. Ik hoefde er zelf gelukkig niet
aan mee te doen want ik zat nog steeds in een orkest, maar wij
speelden voor de (vaak gewonde) soldaten en de ellende was in hun
ogen af te lezen.
Het
heeft lange tijd geduurd voordat ik dat los kon laten".

Een
tent vol conservenblikken
Moskou
kent 2 belangrijke muziekopleidingen; het over het algemeen
klassiek ingestelde Conservatorium waar ooit Tsjajkovski
directeur was, en de Gnessin-academie, dat andere
disciplines kent. Hier studeerde Oleg. Er wordt klassiek
gedoseerd, maar ook volksmuziek en jazz! Hij studeerde in 1993 af
met het een 5, het hoogst haalbare cijfer.
Een
medestudent van Oleg in die tijd was de beroemde pianist Jevgeny
Kissin.

Pjotr
Iljitsj Tsjaikovski
"In
het laatste jaar van mijn studie aan het conservatorium ging ik
voor het eerst met een trio naar het buitenland. We speelden
Russische traditionele muziek in de omgeving van Hamburg en in
Celle, ik zal het nooit vergeten. Het was een prachtig middeleeuws
stadje en we stonden buiten op de kinderkopjes onze in Moskou
opgenomen cassettebandjes te verkopen. We verbleven daar telkens
de zomermaanden en we woonden op een camping in een tentje dat zo
klein was dat onze voeten er buiten uit staken. Op een dag kwam op
straat een vrouw naar ons toe die vroeg of we iets nodig hadden.
Dat gebeurde wel vaker en vervolgens gebeurde er niets maar toen
we ’s avonds bij ons tentje kwamen (meer een hondenhok) lag het
helemaal vol met conservenblikken! Later kwam ze terug met een 8
persoons tent!
Toen
hadden we een huis en is ons leven drastisch veranderd. We
sleepten de tent telkens met ons mee naar andere steden en als we
terug naar Moskou gingen brachten we hem terug naar die vrouw.
Jaren
later kwam ik weer in Celle om daar in de schouwburg met Herman
van Veen op te treden en de eigenaar van de plaatselijke juwelier
herkende me nog van de tijd dat ik voor zijn winkel zal te spelen,
heel bijzonder was dat.
Bijzonder
ontmoetingen
Ik
vond het geweldig om op straat te spelen, ik beleefde er mooie
ontmoetingen.
Bv
met een hele mooie, hele oude vrouw in oude traditionele Duitse
klederdracht die ons een mandje met kaas en brood van de markt
bracht.
Of
een man die vroeg of ik voor hem thuis wilde spelen. Ik ging met
hem mee en hij bleek een kelder onder zijn huis te hebben met een
bar en een complete dansvloer! Er hingen soldatenkostuums aan de
kapstokken. Er hing een hele aparte sfeer.
Het
werd wel steeds moeilijker om in Duitsland te spelen want er was
veel concurrentie en de politie was heel streng. Op een gegeven
moment werd onze oude auto in beslag genomen en werd ons verzocht
naar Nederland te vertrekken. We hadden een Nederlands visum, dat
was in Rusland makkelijker te kopen.

Later
toen ik in Nederland kwam wonen speelde ik ook nog op straat. Ook
daar waren bijzondere ontmoetingen. Op een dag had ik in Den Bosch
op een plein gespeeld en toen stopte er een man naast ons die een
witte vleugel op zijn aanhanger had staan. Hij vroeg of hij iets
voor ons mocht spelen. Dus die man zat daar, op straat, op een
witte vleugel op zijn aanhanger, Chopin voor ons te spelen!
Of
een man die vroeg of ik Bach voor hem wilde spelen. Ik zat daar in
de zon en speelde Bach voor hem, maar hij begon vreselijk te
huilen en hij bleef maar huilen. Toen bleek dat hij net zijn
moeder had begraven. Zulke gebeurtenissen ontroerden me heel erg.
Door
op straat te spelen zag ik ook hoe een stad leeft. Hoe de mensen
zich bewegen, naar hun werk of naar de markt gaan. Heel boeiend.
Uiteindelijk
kwam er iemand op straat naar mij toe die vond dat ik niet op
straat maar in het theater moest spelen. Hij regelde een
ontmoeting met de programmeur van De Azijnfabriek in Den Bosch en
daar speelde ik mijn eerste soloconcert.
Als
het verhaal niet interessant is boeit het niemand
In
die tijd kwam er ook een nieuwe liefde op mijn pad. De jongens van
mijn band vertrokken terug naar Rusland en ik besloot in Tilburg
te blijven wonen.
Na
een periode van kleine optredens werd ik gebeld door Nard
Rijnders, indertijd de saxofonist van Herman van Veen. Dat contact
leidde tot een optreden met hem op het Jacques Brel festival in
Duitsland voor 5000 mensen!
Ik
dineerde aan dezelfde tafel als Juliette Greco en Gerard Jouannest,
de pianist van Jacques Brel. Ik wist niet wat me overkwam.
Toen
is mijn theater carrière ook van de grond gekomen.

‘Brel’
voorstelling met Jeroen Willems
Waarom
theater? Ik hou van taal, maakt niet uit welke, en van verhalen.
Dat boeit mij ook in liederen. Bepaalde woorden raken mij tot in
het beenmerg. Het verhaal is de voornaamste basis van theater. Als
dat niet interessant is boeit het niemand.
Ik
kwam terecht bij Christina de Chatel, theater Oostpool en
acteur/zanger Jeroen Willems. Met de laatste klikte het enorm. We
hebben met veel succes (met tussenposen) 3 jaar een Jacques Brel
voorstelling gedaan in grote theaters. Er is ook een live cd
opgenomen met Brel liederen waarop ik meespeel. Geweldige tijd.
Tussendoor
speelde ik ook met Herman van Veen. Tussen ons was wel een
leeftijdsverschil maar we hadden wel degelijk een band. Het gevoel
voor romantiek, muzikaal, ja er waren zeker overeenkomsten. Hij is
een bijzondere kunstenaar. Ik speelde 27 keer met hem in Carré.
Ik heb ook 50 voorstellingen met hem in Duitsland gedaan. Voor
17.000 man! Heerlijk, hoe meer mensen hoe beter!".

Met
Herman van Veen, fotograag Rudi Gagel
Jazz
of niet?
Het
theater blijft belangrijk voor Oleg en hoewel hij op het
conservatorium klassiek studeerde, en hij eigenlijk nooit naar
jazz luisterde, was de interesse en het gevoel voor jazz altijd al
bij hem aanwezig. Hij speelde als solist met het Brabants Jazz
Orkest en met Nederlandse jazzgrootheden als Pauline van Schaik,
John Engels en Eric Vloeimans.
"Ik
hoorde in Rusland wel eens iemand jazz spelen maar dat was te
fragmentarisch. Ik voelde wel dat alléén traditionele muziek ook
niets voor mij was, maar ja, ik moest wel mijn brood verdienen.
Eenmaal in Nederland raakte ik gefascineerd door de akkoorden en
harmonieën. Ik heb echt iets met jazz. Die samensmelting van
geluiden!
Ik
begon zelf te experimenteren maar het klonk nergens naar en ik kon
er maar niet de vinger op leggen waar hem dat in zat. Ik luisterde
naar jazzmuzikanten, speelde met hun samen en ontdekte dat timing
bv. heel belangrijk is.

Eric
Vloeimans
Jazz
betekent voor mij improvisatie en vrije uitingen van mijn gevoel.
Natuurlijk binnen bepaalde regels, maar het is jouw keus welke
noten je speelt op dat moment. Voor mij is het de meest levende
vorm van musiceren. Ik wilde het verweven met de traditionele
muziek die ik vanuit mijn ‘roots’ heb meegekregen. Een soort
‘etnische fusion’ zoals ik dat bv. speel met mijn eigen trio.
Voorheen
zag ik mezelf nog niet als een jazzmuzikant, ik had niet het
gevoel dat ik erbij hoorde, maar door die combinatie van jazz met
traditionele muziek veranderde dat en begon ik in te zien dat er
zoiets was als ‘mijn’ jazz.
Tegenwoordig
voel ik me zekerder omdat ik mezelf accepteer zoals ik ben. Ik
plaats mezelf niet in een hokje. Jazz of niet? Ik denk dat ik iets
te bieden heb, waarom zou ik mezelf dan onderschatten?
Maar
jazz heeft meerdere kanten; modern, abstract, soms kan ik het niet
helemaal begrijpen. Meestal geeft het mij heel veel vreugde en
energie, en vooral vrijheid!
De
bezieling, dat is belangrijk. Zoals ik ben, zo klinkt mijn
jazzmuziek.

Het
leven in deze wereld is ingewikkeld. Hier zijn we heel rijk,
ergens anders weer heel arm.
Muziek
brengt vreugde en liefde, het maakt mensen rijker. Ik zie mezelf,
net als andere muzikanten, als een soort ambassadeur. Misschien
kan mijn muziek bijdragen tot een geweldlozer en liefdevoller
bestaan. Dat zou ik heel mooi vinden.
Ik
heb veel dieptepunten gekend in mijn leven maar ik ben gelukkig
omdat ik het voorrecht heb om te doen wat ik wil doen en waar ik
goed in ben".
September/oktober
2009; Brazilië met de Amsterdam Klezmer Band
Oktober
2009; Amsterdam; verhalenfestival, begeleiding van de Britse
Shonaleigh, zgn. drut’syla (Verhalenvertelster vanuit Joodse
traditie), afkomstig uit een Nederlands Joodse familie.
Theaterproducties;
Februari 2010, Rotterdam, met RO theater voorstelling
"Branden".
Concerten;13
december Aarschot België, trio. 28 december Stranger than
Paranoia festival Paradox Tilburg. 21 maart kerk Helvoirt, trio.
11 april Venlo, museum van Bommel van Dam, solo. 23 mei Brugge
Accordeonfestival, trio.
Voor
het bestellen van de cd en concertinfo zie www.oleg.nl
Donata
van de Ven september 2009
|