INHOUD VEUGELTJES VANGEN
INHOUD VAN RIJSWIJK
CUBRA HOME
 

!

Beste lezer, kennis van tradities is een waardevol bezit, maar zo ook de Brabantse natuur. Graag wijzen wij u er daarom op dat het vangen en in bezit hebben van inheemse vogelsoorten en het toepassen van beschreven vangmethoden verboden en strafbaar zijn (artikel 11.37 en 11.40 Besluitactiviteiten leefomgeving).

- Vink

- Keep

- Kneu

- Distelvink

- Sijs

- Barmsijs  

- Groenling

- Geelgors

- Goudvink

- Frater

- Europese kanarie

- Nachtegaal

 

- Zanglijster

- Merel

- Veldleeuwerik

- Pestvogel

- Europese kwartel

- Europese tortel

 

Henk van Rijswijk & Karel Hermans

Zwartkop (Sylvia atricapilla)

Een vogel die nooit in de kooien van liefhebbers voorkwam maar tegenwoordig steeds meer omdat het een enorm goede zanger is en zelfs wordt aangeduid als de Noordse nachtegaal. Het is bij ons een in de zomer steeds vaker voorkomende vogel die al heel vroeg (eind september, begin oktober) vertrekt. Hij zingt veelal hoger in de bomen en op minder verborgen plaatsen dan de nachtegaal. Hij leeft van insecten, bessen en zachte boomvruchten.

In zijn boek "Het Vogeljaar" zegt Jac. P. Thijsse er het volgende over.

"Als ik eens iets fijns wil doorleven dan denk ik aan de zwartkop, de poëet onder de poëeten. Hij is gekleed in zijde en satijn en bewoont bij voorkeur deftige oude buitenplaatsen, grote sierlijke parken en de schoonste plekken van het bos. Alles is heerlijk aan deze vogel. Zijn veertjes, lichtgrijs aan de onderzijde en donkerder aan de rugkant, zijn zacht en glanzend. Glanzend is ook het donkerder kapje dat de schedel bedekt. Gitzwart bij het mannetje, kastanjebruin bij het wijfje. De mooie grote bruine ogen kijken u rustig aan. Zijn zang bestaat uit twee delen. Eerst een zacht en liefelijk onvertolkbaar geprevel en dan een strofe die u vervult met de reinste blijdschap en opgewektheid. Het zijn meer het timbre, het tempo en het rythme die het wonderschone effect teweeg brengen, dan de tonen. In het eerst schijnt het gemakkelijk om het liedje af te beelden. Maar terwijl je noteert gaat het diertje telkens varieeren. Hier heb ik een strofe:

Het schetter ètje van andere vogels ontbreekt hier geheel."