INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
AUDIO
SPECIAAL
KUNST

Print deze Pagina

 

 

Op stap met de BoodSchappenPlusBus (vervolg) Jazz in Oisterwijk

De veertiende november is een mistige, nevelige zondag; de eerste mist van
het seizoen overvalt ons en de bomen zijn plotseling kaal, na weken van een
"Indian Summer"; een onverwachte, stralende nazomer die ons nog geschonken
werd.
De BoodSchappenPlusBus heeft ons op die dag meegenomen naar een klein,
stemmig pleintje, het Dessinateurplein dat zich onvermoed bevindt in de
contreien van mijn woning en dat gelardeerd is met herfstbomen die met
elkaar concurreren in pracht en die een andere sfeer oproepen, een andere
wereld, een ander universum.
Later zoekt de bus haast tastend haar weg door de Kastelenbuurt om nog een
andere dame op te halen die zich voegt bij ons gezelschap van 55+-dames dat
vervolgens koers zet naar Oisterwijk, naar Café-Restaurant "Kleijn Speijck"
waar de fuchsia-kleurige parasols op het terras mij herkenning bieden: hier
was ik eens gelukkig; zal het geluk zich vandaag laten vangen in de valstrik
die ik ervoor uitzet, zal het zich mee laten voeren aan de leiband die ik
het zo graag voorgoed om de hals wil werpen, zodat het mij volgzaam en
gedwee gedurende mijn verdere leven op de voet zal blijven volgen?
De glanzende, geelkoperen tuba begroet ons en de kornet, de banjo en de
drums plus de improviserende mannenstem die de instrumenten overstemt: we
worden vanmiddag vergast op Dixieland
Lampjes onder vermiljoenrode kapjes belichten een wandplaat die engelen
uitbeeldt die suggereren dat de hemel niet ver weg is en overigens werpen de
cirkelvormig uitwaaierende kelkjes van de kroonluchters hun bescheiden,
gelige licht over de langwerpige tafels. Met geveinsde belangstelling
probeer ik mijn blikken te richten op de gezichten van de dames van mijn
gezelschap die met hun luide stemmen zelfs uitklinken boven het hele
geroezemoes in het restaurant tijdens hun gesprek dat zich voortbeweegt van
visbouillon naar bitterballen en vice versa.
Mijn ongelukkige ogen richten zich op het mij omringende tafereel en ik
besef dat het geluk zich niet laat betrappen, opwekken of oproepen, dat het
is in een moment en dat het geen duurzaamheid kent, dat het is als de ijle
geur van een etherisch parfum, die snel verwaait en vervluchtigt.