"Een doodshemd heeft
geen zakken"
Zij zou oma en moeder
hebben kunnen zijn, maar zij had kinderen noch
kleinkinderen.
Op een dag ging ik voor 't eerst naar haar toe via de
lange Ringbaan die de stad omcirkelt zoals een ceintuur
het lichaam van een corpulent persoon omspant.
Nog altijd zie ik auto's, bussen en motors passeren over
de Ringbaan naast mijn huis maar zij zullen me nooit
meer meenemen naar haar.
We waren al gevorderd tot
Leibniz en de rationalisten toen ik het zware boek
betreffende de Duitse literatuurgeschiedenis terug moest
zetten in de schappen
van de bibliotheek waar het zijn bescheiden plaats tot
in lengte van dagen in zou blijven nemen en waar het zou
verstoffen omdat niemand er meer naar zou vragen, zoals
niemand een verlegen, lelijk meisje op het bal van haar
leven ten dans vraagt.
Bij mijn laatste bezoek
aan het bejaardenhuis zag ik een bolronde citroengele,
geschubde vis onbekommerd haar rondjes draaien in het
kristalheldere water van
een groot aquarium, kennelijk slechts ontworpen om
schoonheid te demonstreren en niet voor de nodeloze,
nutteloze, eindeloos vermoeiende opeenstapeling van
feitenmateriaal.
"Een doodshemd heeft
geen zakken" verklaarde mijn oude lerares
toen de finale ziekte het terrein van haar tengere
lichaam steeds verder veroverde.
|