Leegte, stilte, stilstand
Nog een keer ben ik naar
het flatje geweest: Leegte en stilte: het hart en de
ziel waren eruit gesneden als uit een nog levende vogel.
De klokken tikten nog. De stoel stond er nog.
Het hoedje hing nog aan de
kapstok: het kolderieke, kokette hoedje dat ze welhaast
bij wijze van practical joke placht te dragen;
het hoedje van waaronder ze met alerte grijsblauwe ogen
trouwhartig de wereld placht in te kijken.
De fosforescerend-lichtgroene lijnen van de curves op de
monitor van de afdeling Hartbewaking hadden aanvankelijk
nog een regelmaat te zien gegeven en het scherm
vertoonde nog hoopgevende cijfers, tot het einde kwam,
de plotselinge stilstand, de eeuwige stilte
|