INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
INTERVIEWS
SPECIAAL
KUNST & FOTO

Print deze Pagina

Ineke Broeckx - Korte verhalen

 

Een Tandheelkundig verleden

Je was zeven of acht jaar oud. Je wist dat het tijdstip was aangebroken als de mevrouw met de mintgroene kaarten in de klas kwam.
Je wachtte lijdzaam tot je naam werd genoemd, je kwam naar voren en liep mee naar het busje. Vervolgens werd je in het geblindeerde voertuig, via een jou onbekende route, hobbelend en schokkend door de halve stad vervoerd naar het je van eerdere gelegenheden bekende gebouw. Daar was de grote ruimte met het hoge plafond, met in het midden de betegelde wasbakken, waar je je tanden kon poetsen: het voorportaal van de hel.
Vervolgens de kamer waarin, onder het gelige lamplicht de “fauteuil” stond, waarin je mishandeld zou worden.
Gewillig ging je zitten;  je klemde je zwetende handpalmen om de leren armleuningen. Dan: doordringende, snerpende, felle pijn, ondraaglijk die je tot op het bot ging. Alles onderging je schijnbaar willoos, maar je had wel willen gillen, schreeuwen, slaan en stompen uit protest tegen de pijn en tegen hen, die verordonneerden, dat jij zo’n pijn moest voelen.

Nu ben je 45 en de beulen uit je jeugd leven niet meer. Je zegt tegen de verpersoonlijking van de humaniteit, die nu je tandarts is, bij ieder bezoek: “verdoven, alstublieft”.  Dan zegt hij: “Mond open!”en je spert je mond zover open dat de natuurlijke scharnieren bij je mondhoeken het dreigen te begeven, vervolgens steekt hij de injectienaald zover in je tandvlees dat je je erover verbaast, dat deze je hele strottenhoofd niet doorboort. Je hele kaak verstijft en nu mag hij wat jou betreft op de proppen komen met zijn apparatuur. Moeiteloos onderga je het mitrailleurvuur dat op je gebit wordt uitgeoefend door de zware instrumenten. Je ziet de lieve haartjes op zijn onderarm tegen het felle lamplicht. Hij propt je mond vol met tampons, zaagt, hamert, beitelt en schroeft waarbij hij zich af en toe vastgrijpt aan je bovengebit als een drenkeling aan de hem eindelijk toegeworpen reddingsboei.

Wat kan het jou schelen: de beulen leven niet meer.