Juist op die dag
Juist op die dag had je
het hem voorgoed willen zeggen: hoe de feestelijk-oranje
ballon van je verliefdheid geknapt was zodat er slechts
een slap vod over is dat lusteloos ter aarde ligt; hoe
het porselein van je genegenheid onherstelbaar gebroken
is.
Juist op die dag bracht
hij het minuscule karafje mee en het flesje parfum, als
het ware weggekaapt voor de vijandelijke linies voor
zijn vriendin (hij moet nog gewikt en gewogen hebben bij
de aankoop; misschien kreeg hij advies van de
verkoopster)
Op die dag begroef je je
harde, koude hart dat als een steen in je rustte,
voorgoed; nooit meer zou je het hem zeggen.
|