Oorlogsverklaring na
twintig jaar
Plotseling stonden we
oog in oog te midden van een menigte. Even ontmoetten
onze gezichten elkaar, daarna wendden we ons af.
Ik droeg nog het jack
dat ze me gegeven had en dat ik ter herinnering aan haar
zou bewaren: het "bomberjack" met de bontkraag
en in mijn binnenste, in mijn hart en in de ladenkasten
van mijn geheugen draag ik twintig jaar herinnering aan
haar, aan haar niet aflatende zorg voor mijn moeder, aan
haar Goirlese dialect en aan haar ruzies met haar
familie, die als een ware vendetta, werden
uitgevochten op het graf van haar zoon.
Ze was vriendin van onze
familie en ik had nooit gedacht dat er ooit een bres
geslagen zou kunnen worden in het bolwerk van onze
saamhorigheid, schijnbaar zo solide, zo betrouwbaar,
schijnbaar bestemd voor de eeuwigheid.
De oorlog was verklaard:
de oorlog die al aangekondigd was toen ze eerder de
hoorn op de haak had gesmeten.
|