Kameraadschap
De kleine hond die bont
door de Natuur beschilderd is met bruine en zwarte
vlekken op een witte ondergrond, ligt bevallig op enige
afstand van zijn baas op het grasgroene veld, de
voorpoten vóór zich uitgestrekt, de achterpoten haaks
op zijn lichaam naast elkaar neergevleid.
Zijn kameraad draagt
nutteloze en werkloze uiertjes die geen doel meer dienen
onder aan het zwarte, gedrongen lichaampje.
Een tafereel voor
een Engels schilderij.
De bazen keuvelen kameraadschappelijk, gezeten op de
bank aan de snelweg terwijl de late middagzon grillige
schaduwen legt over het hele tafereeltje.
Honden en hondenbazen
hebben elkaar gevonden in kameraadschap.
|