Zomer 2007
De
zomerdag lag zo mooi en volmaakt als een feestelijke
beddensprei over de wereld en bekleedde haar zo majesteitelijk
met jeugd en schoonheid dat ik geneigd was het gewicht
van mijn vele zomers, mijn werkloosheid en mijn
liefdesverdriet te vergeten.
De
schaduwen en het zonlicht wervelden zo enthousiast over
mijn muren dat de wereld mij verleidde geen aandacht te
besteden aan mijn longklachten.
We
schreven zomer 2007.
De
temperatuur was net goed, net aangenaam voor de
zintuigen, de wind streelde en aaide.
Gifzwarte
kraaien stapten parmantig over het geschakeerde groene
grasveld.
Ik was
niet jong meer maar de wereld getuigde van overvloedige
en uitbundige jeugd.
|