Afscheid van een onechte
vriendin
Toen de bladeren alweer
ruimschoots de trottoirs bedekten, in de tweede herfst
na mijn moeders overlijden kwam ik haar weer tegen in de
stad. Ik ontweek haar blikken en probeerde mijn gezicht
een uitdrukking te geven van rouw of misnoegen over haar
gedrag dat toch wel getuigde van harde onmenselijkheid
en misplaatste wrok en rancune. Ik verbaasde me, nadat
ze de hoorn op de haak had gegooid, hier niet meer over.
Zou zij zich nooit
afgevraagd hebben hoe mijn tranen waren gevloeid in de
tussentijd, zou zij zich nooit herinneren hoe ze gezegd
had dat ze van me hield?
Een futiliteit had
kennelijk onze contacten verstoord.
Een woord kwam in mijn brein op, ik kon het niet meer
binnenhouden, het ontsnapte aan mijn lippen, ik
schreeuwde het over de straat in haar richting, ik wilde
dat het haar zou verwonden, zoals zij mij verwond had.
Het woord was: "trut!!!"
|