INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
AUDIO
SPECIAAL
KUNST

Print deze Pagina

Ineke Broeckx - Korte verhalen

 

 

 

Blackie

Meteen al de eerste keer dat de vrijwilligster de kamer in het Zorgcentrum betrad, viel haar blik op een gitzwarte hond van stof met glanzende kop en licht geopende, vilten, roze bek.
Mevrouw verkommerde en vereenzaamde tussen de muren van haar kamertje, in het luchtledige van haar eenzaamheid, terwijl een haar onbekende wereld leefde en bruiste in de straten, op de pleinen, in de parken van de stad.
Aan de wand: het "portret van haar huwelijk": zijzelf in haar jonge jaren aan de zijde van haar reeds lang overleden echtgenoot.
Ze gingen samen op pad naar het Winkelcentrum: de vrijwilligster en zij: haar nieuwe kameraad manoeuvreerde de rolstoel door de paden langs de schappen die net breed genoeg waren en reikte mevrouw een en ander aan: met haar halfblinde ogen bekeek mevrouw belangstellend de artikelen die de vrijwilligster haar in de oude, geaderde handen gaf: een haarnetje, wasknijpers en mokka-gebakjes waarvan mevrouw zo hield maar waarop ze in het Zorgcentrum nooit getrakteerd werd.
Voorzichtig laveerde de vrijwilligster haar kostbare vracht in de rolstoel over losliggende stoeptegels, hellingen en trottoirs. De tranen hingen aan haar wimpers, ongezien door mevrouw, of stroomden als riviertjes zonder bedding over haar gezicht.
Bij thuiskomst vroeg ze naar de hond: hoe heette hij en waar kwam hij vandaan?
Mevrouw had hem eens gewonnen en voorgoed tot haar gezel uitverkoren, waar ze geen dieren mocht houden in het Zorgcentrum en haar dierbare levende viervoeters alle waren overleden. Sindsdien hield Blackie trouw de wacht tussen televisie en leunstoel.

In het hart van de tragiek bloeit de tederheid als een vreemde bloem die alleen op een rotsbodem gedijt.
Hoe kunnen twee metgezellen als het grenzenloze ongeluk en de immense eenzaamheid in het licht van de naderende dood en de tedere, intense liefheid, tot uiting komend in een dierbaar, onnozel, gekoesterd voorwerp, elkaar als het ware de hand reiken, hoe kunnen zij hun denkbeeldige hoofd te ruste leggen op hetzelfde kussen?