En
de dag verstrijkt op "Sparrenheuvel"........
De dames en heren die op "Sparrenheuvel" komen
verkeren in het voorland van
de geestelijke aftakeling, op het hellende vlak van het
leven dat ten einde
loopt.
Een zaal van het Wijkcentrum is zo goed en zo kwaad als
het ging ingericht
als een echte "huiskamer", die gezelligheid en
sfeer moet suggereren, met
een lichtbruine houten, kast, schilderijen aan de wand,
een zithoek en een
groot aquarium met oranje, geschubde goudvissen, die
door een van de gasten
verzorgd worden.
Er wordt onder begeleiding een bordspel gespeeld met
uitnodigende
opdrachten, waarop de gasten vertellen over die goede
oude tijd, zo vlak na
de Oorlog, over de armoede, over het eerste zoentje,
over "verliefd,
verloofd en getrouwd" zijn, over het flaneren door
de Heuvelstraat (van "De
Gruyter" tot "De Gruyter"), over een
ijsje eten bij de Hema met de vriend of
vriendin......
Vervolgens worden er voorwerpen op tafel uitgestald die
eveneens vele
herinneringen oproepen zoals een religieus
schilderijtje, een
glimmend-zwarte kolenkit (nu een museumstuk), een stoof,
een ouderwets
strijkijzer, een rozenkrans etc.
Ook dit gebeuren maakt heel veel los bij de gasten. Zij
lachen uitbundig,
alsof het maar een sprookje is dat zij in de houdgreep,
dan wel het
voorstadium verkeren van een ontluisterende ziekte.
Na de lunch gaat de heer uit het gezelschap een potje
biljarten en gaan de
dames babbelen en uitrusten in de zithoek.
De dames en de heer lijken met een enkele reis terug te
keren naar het land
van hun jeugd, alvorens zij voorgoed het rijk achter de
horizon zullen
betreden, dat voor ons allen gereserveerd schijnt te
zijn.
|