Op
zoek naar gouden gedachten
Uit
het duister van je voorgeschiedenis, van je geboorte
trad op een zeker moment je bewustzijn naar voren. Je
wist ineens met alle scherpte: "Dit ben ik"
en: "dat is de wereld" : "dat zijn mijn
moeder, mijn vader, mijn oma, mijn broer, mijn zus"
Je keek naar de wereld en ineens was er het besef van
het wonderlijke, vreemde bestaan. Je stelde je duizenden
vragen. Je vroeg je af, als ieder kind, als iedere
wijze: "Waar is de deur van het heelal, waarvan
zijn wolken gemaakt, wat is een ster?" Op een dag
was de stroom van je bewustzijn begonnen te kabbelen, de
stroom die je je hele leven lang zou vergezellen.
Je
ging naar school: je bewustzijn sliep in; de kinderlijke
originaliteit was voorbij. Je zou veel examens moeten
afleggen, maar ze zouden je slechts in een geestelijk
harnas opsluiten. Op het moment dat je opleiding bijna
voltooid zou zijn, zou de geestelijke leegte groter dan
ooit zijn. Waar was de nieuwe, levende frisse
originaliteit, waar waren de gouden gedachten, de intuïtie,
de inspiratie en de creativiteit?
Je
had hun antwoorden van buiten geleerd, hun taal
gesproken en nu had je zelf geen taal meer, de bedding
van je bewustzijn was opgedroogd. Je denken was dood.
Hun antwoorden waren niet jouw antwoorden, maar kon je
zelf nog wel antwoorden?
Er
zou een moment komen waarop je terug zou moeten naar je
vroege vragen; er zou een moment komen dat je met geen
antwoord meer tevreden zou zijn en er zouden momenten
komen waarop je alle antwoorden zou kennen.
|