Een
kerstverhaal
Een kameraad voor mevrouw Van Keulen
De kersttijd naderde en mevrouw Van Keulen, die mij
gaandeweg, in de
tweeëneenhalf jaar van onze geregelde ontmoetingen tot
een "moeder" dan wel
tot een vriendin was geworden, had voorzichtig te kennen
gegeven dat zij
uitzag naar een "gezel" in de vorm van een
weliswaar levenloze, maar toch
"vrolijke" en "gezellige" kabouter
die haar eenzame uurtjes wat zou
verlichten. Hoewel zij zeer verlangde naar haar nieuwe
"vriend" drukte zij
mij op het hart toch vooral geen kosten te maken voor
haar.
De Deeltaxi laveert mij door sneeuw- en ijsvelden naar
Tuincentrum Groenrijk
(eerder heb ik telefonisch vernomen dat men er daar een
assortiment
tuinkabouters in alle maten en soorten op nahoudt). In
de uitgestrekte
hallen ga ik op zoek naar het gewenste artikel en
aangekomen bij de
desbetreffende stellage valt mijn blik allereerst op een
klein beeldje van
een dwerg. Dit artefact zou zeer geschikt geweest zijn
voor mijn doeleinden,
ware het niet dat er een stukje is afgebladderd van de
rode puntmuts,
waardoor het witte gips zichtbaar is.
Een andere kabouter lijkt me de vriendelijkste
uitdrukking op het gezicht te
dragen van al zijn "kameraden" die daar staan
uitgestald op een plank te
midden van een veelheid van kerstartikelen, zoals daar
zijn: kerstballen,
aaneengeschakelde kleurige lampjes in de vorm van
rendieren of klokken en
wat dies meer zij.
Zijn hoofd waggelt en wiebelt min of meer op een stalen
veer die aan zijn
bovenlichaam is bevestigd en met bolle oogjes kijkt hij
schijnbaar
welwillend en goedgunstig de wereld in: ik heb de
"vriend" voor mevrouw Van
Keulen gevonden.
Men heeft het aanvankelijk nog niet door, maar men komt
er gaandeweg achter
hoe hoog de klantvriendelijkheid in het vaandel staat
geschreven bij
Tuincentrum Groenrijk. ("Mevrouw, gaat u liever in
die hal, die is
verwarmd..." "Is uw taxi er nog niet? Dan kunt
u misschien even naar de
koffiehoek gaan...")
De koffiehoek is zeer sfeervol ingericht en te midden
van geurende
kerstbomen en frisgroene tropische planten wordt men
getrakteerd op
stroopwafels en warme chocolademelk. Gecombineerd met
sentimenten van
goedgunstigheid die geheel en al bij het seizoen passen,
leidt het geheel
tot een sfeer van menslievendheid die men tegenwoordig
nog maar zelden
aantreft in het maatschappelijke verkeer.....
Bij de kassa betaal ik tenslotte de kabouter. "Hij
is niet voor mij hoor"
zeg ik erbij, terwijl ik me toch allerminst hoef te
schamen,
verontschuldigen of generen voor de aankoop van het
beeldje. De caissière is
echter een beroepsactrice die niet gepaster zou hebben
kunnen reageren op
mijn mededeling.
Het is nu zaak de kabouter te bestemder plaatse te
brengen en ik neem hem,
verpakt in sinterklaaspapier, mee naar zijn
vermoedelijke toekomstige
domicilie, de bejaardenflat in de N.-laan, in afwachting
van de al dan niet
fortuinlijke "ontmoeting" tussen
mevrouw Van Keulen en haar toekomstige
"vriend", hun kennismaking en haar al
dan niet positieve reactie.
Door het matglas van de voordeur zie ik mevrouw's
breekbare gestalte achter
de rollator aan komen schuifelen.
Ze blijkt blij verrast met het geschenk en we geven de
kobold, die een
plaatsje krijgt in de vensterbank,
de naam "Kwibus". Door de blauwe
decemberavond ga ik voldaan naar huis. Nu zal mevrouw
met de Kerst niet alleen zijn......
|