INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
AUDIO
SPECIAAL
KUNST

Print deze Pagina

 


Ontmoetingen in het Openbaar Vervoer (vervolg)

Nu ik achtenvijftig ben en allang geen meid van zeventien meer, kan ik de
heren nog maar zelden charmeren, maar als ik mijn "beau jour" heb schijnt
het nog mee te vallen en schijnt er méér mogelijk te zijn.

Hij had zich gehaast om de bus nog te halen, maar was ruim op tijd. Zijn
gehele kin, zijn hals en zijn wangen waren bezet en in beslag genomen door
een kennelijk overdadig en uitbundig voortwoekerende snorrenbaard en ik was
me terdege bewust van de afschuw die het me zou kosten om daarop, al was het
maar één keer, mijn lippen te drukken, en zijn formidabele buik was naar
eigen zeggen tot stand gekomen door de veelvuldige consumptie van
gehaktballen en frikandellen, rijkelijk voorzien van en versierd met
mayonaise en tomatenketchup in de vele cafés waar hij uitgerust had tijdens
zijn carrière van vrachtwagenchauffeur.
Zijn belangstelling was groot en overweldigend en hij kon deze nauwelijks in
bedwang houden. Hij vroeg meteen maar gretig naar mijn leeftijd, maar die
vraag bleef onbeantwoord. "Ik zag er in ieder geval nog goed uit" vond hij.
Het gesprek kwam op de vele ziekten waaraan hij gelukkigerwijs nog niet ten
prooi gevallen was.
In de bus, die als mechanisch en automatisch, welhaast als een blindelings
voortrazend projectiel de afstand tussen Tilburg en Dongen aflegde, kon ik
ongelimiteerd genieten van zijn voort-durende interesse.
Op de voorste bank zat hij gretig en onbeheerst in mijn richting te staren,
graag bereid tot voortgezette conversatie, maar ik voelde me nauwelijks
geroepen of geneigd zijn blikken nog te beantwoorden.
Bij het uitstappen volgde de hartelijke wederzijdse groet "Tot ziens!"
waaraan mijnerzijds nog toegevoegd werd:
"en nog een prettige dag!"
Nooit zal ik weten of en hoe hij zijn levenslot onder ogen zal zien en hoe
hij zijn levensweg ten einde toe zal voortzetten.....