INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Draussen vor der Tür

Weggestuurd bij mijn huisarts op een vroege, besneeuwde morgen: bij mijn huisarts die na haar lange carrière en vooruitziend op haar aanstaande pensionering zich de hardheid en beroepsdeformatie tot adagium heeft gemaakt en die kennelijk vergeten is dat de Mensenliefde haar eigenlijke en feitelijke missie is, stond ik met zware longklachten en overweldigende hoestbuien te kleumen voor de deur van een apotheek, tot op het bot doordrongen van de winterkou en besloot mijn heil te zoeken bij een bakkerszaak waar ze brood aan het sorteren waren en waar ik misschien even binnen zou mogen staan. Ik kreeg nul op het rekest; “Nee, mevrouw, wij gaan pas om acht uur open”.

Daarop klampte ik aan bij een verkoper in een groenten- en fruitzaak die mij eveneens afwees en ik schrok er daarop niet voor terug hem uit te schelden voor “botte lomperik”. Teruggekeerd vóór de apotheek trof ik een jonge, florissante man die kennelijk de menselijkheid wel vereerde en de maatschappij met haar botheid en egoïsme verachtte maar door het leven verwend was en altijd al 'met zijn kont in de boter' gevallen was door een voorspoedige, gelukkige jeugd en die nu door een heel klein euvel dat hem nog nooit was overkomen dodelijk verontrust was en die al geholpen bleek te zijn met een klein, onschuldig Vitamine-D-tabletje, nog niet gepokt en gemazeld zoals anderen door vele zware kwalen, door de hardheid van het leven of door vele, opeenvolgende ziekenhuisbezoeken.