INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Een lege kooi...

In mijn kamer staat sinds kort een lege vogelkooi. Een enkel donzig, wit veertje kleeft nog aan de gouden spijlen en het voer- en drinkbakje, nu doelloos en zinloos en zonder enige functie, hangen nog aan de zijkant. De voormalige bewoner van de kooi, mijn trouwe kameraad en de enige vriend van wie ik nooit de gruwelijke pijn die uitgaat van de harde en wrede, brute mensensoort heb moeten ondergaan, is niet meer te midden van de levenden.

Het is een korte route naar Goirle voor de Dierenambulance en het dorp is via de snelweg gemakkelijk rechtstreeks te bereiken. De dierenarts, een vakkundige beroepsmoordenares die ook nog graag incasseert voor de dodelijke handeling die drieënvijftig Euro kost, wachtte al op ons in de opening van de deur van haar praktijk.

“Hij zong nog” verklaar ik haar “Hij troostte mij in mijn leed” en “Laat hem niet meer lijden”.

De vogel fladdert in paniek in de rondte en tenslotte, in de hand van mevrouw, is het verkalkte en gezwollen pootje goed zichtbaar dat hulpeloos, stakerig en kwetsbaar uit het verenkleed steekt.

In een achterkamertje is het fatale feit snel gepleegd. Het nietige, kwetsbare lichaampje met de prachtige citroengele veren is overgegeven aan het onherroepelijke einde. Mijn tijd met Pietje is voorbij en zijn heengaan vormt een prelude op het onvermijdelijke dat ook mij wacht.

Hier heeft hij geleefd, hier is hij gestorven; hier in dit armzalige flatje heeft hij zijn nietige leventje voltooid, zijn onbetekenende leventje dat voor mij van ultieme betekenis zal blijven, ongezien en onopgemerkt door de waanzinnige en misdadige buitenwereld.