INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Voor Corine

Toen de bloesems her en der in de tuinen met elkaar wedijverden in pracht en schakeringen toonden van helgeel tot oranje en van rose tot paars, vernam ik dat je in de hospice was opgenomen; de heraut van de dood trompetterde, wilde je tot zich nemen en je zou moeten gehoorzamen.
Je bleef ongelooflijk rustig en kalm en keek het naderende einde met onvoorstelbare moed en kracht in de ogen; je schreeuwde niet, je huilde niet, je was niet opstandig, je eiste niets, vrijwel niets. (In je kamer, in je laatste verblijfplaats op deze aarde, waren enkele armzalige prentbriefkaarten tegen de muur geprikt; herinneringen aan je recente vijftigste verjaardag en op een kastje stonden de zelfgeknutselde portretten van je schattige hondjes Binky en Gabber, waarvan het afscheid je wel het zwaarst moet hebben gevallen. Ook het Boeddha-beeld was overgebracht uit je verlaten huis in Tilburg, maar het valt te betwijfelen of je zijn levensopvatting werkelijk tot de jouwe had gemaakt).
Een ambulance bracht je nog naar Madame Tussauds; het was jouw uiterst bescheiden wens, dat museum nog van binnen te zien. Je "vriendinnen" stonden om je heen (maar wat was het eigenlijke doel van hun komst?). Ze bekeken de lullige en armzalige souvenirtjes van je bezoek aan het beroemde Amsterdamse museum; een doorzichtige perspex kubus waarin je gezicht gegraveerd stond (je kale hoofd was daarin goed zichtbaar en het zuurstofslangetje onder je neus ontbrak niet aan het portret) en dan nog zo'n klein plastic speelgoedje dat ik ken uit mijn verre, voorbije jeugd, waarin kunstsneeuw neerdwarrelt op een klein, poëtisch landschapje, als je het even ondersteboven houdt.
Als een meteoor was je in mijn leven verschenen; als een schitterende komeet aan een nachtelijke hemel, als het ware uit het niets en met de edelmoedigheid van je persoonlijkheid en karakter vergaf je me op de valreep, toen onze wegen zich bijna scheidden, mijn aarzeling in de trouw die ik je niettemin uiteindelijk betoonde; mijn momentane desertie.
Je leerde me met weinig woorden dat ook ik liefdevol aanvaard kon worden door jou waar anderen mij slechts de vervloeking van hun àl te snel gekwetste arrogantie toebedeelden.

En jouw vriendschap verzachtte mijn toekomst toen ik deze zonder jou onder ogen moest zien.....