INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Domweg (on)gelukkig in een Maycrete-woning
"Als in een dorpke apart"

Verscholen in een uithoek van onze wijk, achter de Moskee aan de Wandelboslaan die haar twee trotse, fiere, scherp gepunte torens, die haar lichtgroene koepel flankeren, de zomerhemel in steekt (als was het om het onbekende Opperwezen de hand te reiken), in een gebied dat vandaag de dag "De Bokhamer" genoemd wordt, staan kleine, witte huisjes, de zogenaamde Maycrete-woningen.
Iets herinnert nog aan de vroegere landelijkheid van dit gebied dat men ééns terecht "de groene long" noemde; enkele paarden grazen doodgemoedereerd op een grasgroene weide die zich daar zomaar te midden van de bebouwing bevindt.
De naam van deze Maycrete-woningen vormt een samenvoeging van de naam van de ontwerper, de Amerikaanse architect Bernard Maybeck en het Engelse woord "concrete" dat "beton" betekent.
De woningen hebben de tand des tijds goed doorstaan; gebouwd in 1948 uit geprefabriceerd materiaal in het kader van de Marshallhulp en de Wederopbouw doen zij buiten verwachting nog dienst tot op de huidige dag en huisvesten zij onder anderen de zeer hartelijke, lieve en aardige mevrouw S. (86 jaar), een bewoonster van het eerste uur, die ik mocht ontmoeten en die mij vergastte op koffie en op haar levensverhaal.
Het beeld van een cognackleurige olifant, de kop en slurf opgeheven, als het ware trompetterend, is wel heel prominent in de overigens kraakheldere woonkamer; het was een geschenk van werkgever en collega's bij het veertigjarig dienstverband van de inmiddels overleden echtgenoot van mevrouw.
"Het is hier als een dorpke apart" vertelt zij. De burenhulp, onderlinge solidariteit, gezelligheid en sociale contacten zijn hier nog zoals in de jaren vijftig, een gegeven dat ver te zoeken is in de moderne tijd.
Van de in de nabijheid gelegen Moskee heeft men geen hinder; de tolerantie is groot en men gaat er heen voor boodschappen en voor de kapper.
De tranen wellen op als mevrouw mij voorgaat naar het vertrek dat eens de echtelijke slaapkamer was, waar het tweepersoons bed haar nauwelijks nog koestert en waar 's-nachts de nachtmerries hoogtij vieren; daar heeft zij een klein, kunstig altaartje ingericht ter nagedachtenis aan degene, die aan haar zijde stond als geen ander gedurende de lange huwelijksjaren. Het bestaat uit het beeld van een zilveren, kunstig vervaardigde duif, uit een kleine urn, gevuld met as en uit een plakkaat waarop de beeltenis van haar voormalige echtgenoot omringd wordt door zijn lievelingsdieren, de kleurige en elegante duiven die hij zelf fokte en die daar staan afgebeeld rond zijn foto.
Een heel bijzondere ervaring rijker, neem ik afscheid.
Hoe (on)gelukkig kan men zijn in een Maycrete-woning?