INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Een zondagmiddag in het Nederlands Textielmuseum
Rupsje Nooitgenoeg

Er is volop belangstelling voor de sommigen wellicht excentriek of esoterisch aandoende collectie van het Nederlands Textielmuseum op een rustige maar koude novemberdag en vele grijsharige en meer dan middelbare dames hebben iets besteld in het restaurant en keuvelen en babbelen naar hartenlust, wellicht over de kinderen, de kleinkinderen of, zoals dat tegenwoordig gebruikelijk schijnt te zijn, over de vele ziekten die een gulle maar misdadige hand ongebreideld uitstort over de mensheid.
Dit is het museum, lang geleden gevestigd aan de Gasthuisring, waar ik eens mijn eerste werkkring vond.
Ik ben hier voor de zondagse workshop die echter onverwacht voornamelijk door kinderen bezocht wordt, die me met grote, verschrikte ogen aanstaren als was ik een monster. Ik probeer een kleine dreumes met blonde lokken gerust te stellen met de op zachte toon uitgesproken woorden: "Ga jij ook zo'n leuk rupsje maken?" Het kind kijkt me verbijsterd aan en verschuilt zich achter papa's rug. We hebben door de grote, hoge ramen uitzicht op de door metselwerk stevig verankerde enorme schoorsteen van een voormalige fabriek die het monumentale complex completeert en op de straat waar ik zo vaak gelopen heb (in angst, in verwarring, in vertwijfeling, in euforie...)
In een muurkast bevinden zich - heel toepasselijk - klossen met garen in bonte kleuren.
We maken uit wollig, groen materiaal een dikke, mollige, als het ware volgegeten rups met een kop van rode, zachte stof die de toepasselijke naam "Rupsje Nooitgenoeg" meekrijgt. Na afloop mogen de kinderen met de rups om hun nek op de foto voor Facebook en ik zal het wollige rupsje een plaatsje in mijn woonkamer toebedelen, als was het een levenloos huisdier; symbool voor de onverzadigbaarheid van de menselijke verlangens en ook voor mijn eigen, nooit ingewilligde wensen.....