INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Verliefd op een woning.....
Een thuis in de wereld

Ik weet nog goed dat het sneeuwde (een lichte dwarreling van sneeuwvlokjes) toen ik met mijn moeder, die sinds acht jaar niet meer te midden van de levenden is, voor het eerst naar het flatje ben gaan kijken, zesentwintig jaar geleden.
Men noemt de flatjes aan de Nassaustraat, de eerste flatjes van Tilburg, ook "Russische" flatjes, waarom weet ik niet.
Hoe dit ook zij, een enkele berkenboom siert daar het plantsoen.
Ik bezag de drie ruime kamers, het keukentje, de badkamer en was opgetogen dat dit mijn domein zou worden; dit zou mijn ruimte worden; helemaal voor mij alleen.
Zesentwintig jaar na dato bloeien de narcissen weer in het plantsoen, zoals in die eerste, vroege lente, die onvergetelijke lente toen ik mijn intrek heb genomen en ik ben verliefd gebleven op het huisje, mijn huisje. En de oude meubels hebben een plaats gevonden in mijn woonkamer; de leren bank waarop ik mijn hoofd te ruste kan leggen, mama's door haar zo geliefkoosde bureautje met de elegante pootjes, mijn zwarte vitrinekast met de glazen ruitjes en het andere oude bureau dat mijn studiejaren "begeleid" heeft.
De aquarellen uit mijn familie, somber-getinte maar sfeervolle schilderijen (voorstellende een molen, een boerderij en een stadsgezicht), geschilderd door een vluchteling die in onze contreien na de Eerste Wereldoorlog zijn heil zocht en wiens naam men nooit heeft kunnen traceren, zijn mij uit de schamele erfenis ten deel gevallen en innig dierbaar, ook, omdat ik al als kind mijn blikken erop vestigde, toen nog in de kamer waarin ik mijn vroegste jeugd doorbracht, in het hoekhuis aan de G.-straat.
Als het zonlicht van het middaguur binnenvalt door de drie parallelle ramen, gesierd met gazen gordijnen en als het vlekken tekent op de vloerbedekking en ik de warmte tot me door laat dringen, weet ik dat dit de warmte is, die ik gezocht heb in de wereld, maar die ik zo zelden gevonden heb.
(In de verte de skyline van Tilburg, blauwige torens die zich verheffen achter de daken...)
De lentes zijn elkaar snel opgevolgd; lijnen tekenen nu mijn gezicht en de esdoorn aan mijn raam wiegt haar takken in een licht briesje en bot alweer uit....