INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Een afspraak bij "Pino's" in de Stationsstraat

Zelfs onze armzalige, provinciale, bescheiden stad, mijn geliefde geboortestad Tilburg, heeft iets van een metropool, heeft iets grootstedelijks, dat haar niet misstaat en niet ontzegd kan worden.
Ik heb afgesproken bij het vermoedelijk Zuid-Amerikaanse restaurant "Pino's" in de Stationsstraat, die als een levensader of wellicht als een zenuwbaan de stad doorsnijdt, met Georgeanne, een nieuwe vriendin, en omdat ik te vroeg ben ga ik zomaar even zitten in de wachtkamer van het station, vanwaar ik, vanuit mijn hoge positie, kan zien of de verlichting aanflitst boven de voorruit van genoemd restaurant, ten teken dat gasten welkom zijn.
Mijn gezelschap in de wachtkamer bestaat uit jonge meiden en - mannen die zich daar bevinden als anonieme standbeelden, die wel allen gewapend zijn met mobiele telefoons, die zij ijverig en onafgebroken hanteren, alsof iedere seconde benut en besteed moet worden en alsof men niet inderdaad, zoals ik prefereer, zijn blikken in stille, meditatieve mijmering kan laten rusten op de voortjagende bewolking aan de overkant, achter het hoog oprijzende gebouw van Hotel-Restaurant "Central".
Als ik eenmaal gearriveerd ben bij "Pino's" probeert de ober, zoals gebruikelijk gehuld in een enkellang schort dat de lendenen omgeeft, de lichtjes brandend te houden die zich op deze regenachtige dag in wankele, maar feeërieke lantaarns voor het raam bevinden en die door windvlagen, binnenwaaiend door de telkens open schietende deur, eerder uitgedoofd als aangewakkerd worden. De jongeman is zeer vriendelijk en heeft er veel begrip voor dat ik schijnbaar tevergeefs wacht op de vriendin, die mogelijk door ziekte of vergeetachtigheid nog niet komt opdagen.
Maar daar is plotseling Georgeanne. Ik herken onmiddellijk het grijze haar met de scheiding opzij en de lieflijke, prominente bruine ogen. Tijdens ons diner komen we te praten en het blijkt dat de voor anderen kennelijk paradijselijke heerlijkheid van de "rat-race" en vooral van de "kantoortuin" met haar geroddel en gekonkel niet aan mijn vriendin besteed zijn.....
Georgeanne is mij vooralsnog gebleven na de mijns inziens onrechtmatige "desertie" van twee andere "vriendinnen" die ik, als behoorden zij tot een vorig leven, liever wil vergeten. (Maar hoe levendig staan mij desalniettemin mijn vele bezoeken aan de landelijke villa in het naburige dorp, waar ik zovele jaren zo hartelijk als "huisvriendin" ontvangen ben, voor ogen en hoe omringen mij nog de geschenken van die andere mevrouw in mijn woning; de zelfgemaakte gordijnen, de kunstzinnig verantwoorde foto aan de wand....).
Na afloop van ons etentje verklaart Georgeanne "dat het gezellig geweest is....".