INHOUD BROECKX
HOME
AUTEURS

 

Op het kerkhof aan de Hoflaan

Daar, aan de Hoflaan, geeft een imposante plaquette, bevestigd aan het traliehek, met trotse letters aan: "Gemeente Tilburg, Centrale Begraafplaats West" alsof zij, die voorgoed het leven ingewisseld hebben voor de dood, zij die voorgoed de drempel zijn overgegaan, zij, die voor altijd het mysterieuze rijk achter de horizon betreden hebben, eveneens behoren tot de al dan niet gerespecteerde burgers van de stad, alsof zij onverminderd en voor altijd opgenomen zijn in hun rechten, gemeenschap en al dan niet tot stand gekomen saamhorigheid....
We wandelen langs de brede paden, die zijn als evenzovele avenues of boulevards van de dood, geflankeerd door eendere asgrauwe of krijtwitte zerken met daarop de namen en de jaartallen en houden halt bij het ver gelegen graf van de dierbare ouders van mijn vriendin. Zorgzaam dompel ik de grasgroene plastic gieter onder in een helder bassin met water tot zij tot de rand gevuld is en zorgzaam begiet ik op verzoek van mijn vriendin de armzalige plantjes voor de zerk die nog net het leven houden en plaats ik een bloempot met een maagdelijk witte, lieflijke chrysant op het graf.
Mijn vriendin is blij dat er een zerk is als weliswaar armzalig restant, als onmogelijke en uiterst ontoereikende vervanging voor het vele onvervangbare, voor het voorgoed en onherroepelijk verlorene; voor het warme, levende lichaam, voor de fonkelende ogen, voor de stem die in alle toonaarden kon getuigen van uiteenlopende gevoelens, voor de persoonlijkheid, voor het karakter, edelmoedig en heldhaftig of laf.
"Hun strijd is gestreden" verklaart mijn vriendin.
Op de dichtbeschreven bladzijden van mijn agenda geeft een getal dat ik symbolisch acht voor mijn vurige hoop, bezieling en verlangen, voor het intensieve, heftige kloppen van mijn verouderde hart, voor mijn geestdriftige ademtochten, een getal dat alles voor mij betekent, waarin heel mijn streven, heel mijn wil is samengebald, aan waarvoor ik leef: het is het getal "2016".