Jan
Hoevenaars
verhalen
Paasmol
In Duitsland is volgens
wikipedia de paashaas al langer uit geschriften bekend dan in
Nederland. Dat kwam niet omdat men daar al eerder kon schrijven,
want dat belief ik niet te geloven, maar omdat ze daar eerder
begonnen om kinderen braaf en bovendien volgzaam te houden en zulk
gedrag met beschilderde eieren beloonden. Dat heet conditioneren.
Braaf is niet blijvend gelukt, volgzaam wel. Overigens speelt in
Westfalen de vos de rol van paashaas, waarschijnlijk nadat Reintje
eerst de haas had verorberd. Geleerden houden het er op dat het
paasfeest door de RK Kerk in de plaats is gesteld van een heidens
voorjaarsfeest. Het overmatig verslinden van eieren werd
gepraktiseerd om het willen hervinden van de vruchtbaarheid in het
voorjaar. Wie enige kennis heeft van het kippendom in relatie tot de
daglengte (een gallimimoloog), weet dat hoenders tegen de winter van
de leg raken en juist in Maart en April weer beginnen te produceren.
Dus met Pasen was er ook gelegenheid te over om weer eens een eitje
te tikken, of drie zo men wil. En dat gebeurde dan ook. Dat de Paus
goed kon rekenen wisten we al, maar dat hij de geboorte van Jesus
precies negen maanden na Pasen met de eieren liet vallen, getuigt
van diep inzicht in de menselijke natuur.
Evengoed blijft het
eigenaardig dat een haas de eieren komt rondbrengen, terwijl ze toch
gewoon in de legbak van het kippenhok te vinden zijn. Ze zijn dan
weliswaar niet gekleurd of beschilderd, maar ik verdenk een haas er
ook niet van om dat te kunnen. Die loopt hard, die springt over en
die woont op een plek die men ketel noemt en verder niks. In Bremen
laten ze het tenminste door een koekoek doen. Daar schuilt nog wel
enige logica achter en een kind is er voor een tijdje wel mee in de
tuin te leiden. Helaas laat de koekoek zich in onze streken nooit
voor Mei zien. Met Pasen hangen hij en zij van koekoek nog ergens
aan de Spaanse Costa rond.
In de omstreken van
Gilze, waartoe men ook Rijen rekent, spreekt men vanouds over de
paasmol die de grote eieren legt en de paasvogel die de 10 grams
eitjes op enige hoogte deponeert. In de paasvogel heb ik nog steeds
een groot geloof. Als gewone vogels al eieren in alle kleuren met
haaltjes, streepjes, vlekjes, kransjes en stipjes kunnen leggen, wat
kan een paasvogel dan al niet. Met zilverpapiertje en al. Een ekster
is toch ook altijd op zoek naar bling-bling? Nou dan. De paasmol is
een dieper raadsel. Het diertje is kleiner dan de eieren die ze
geacht wordt te leggen en het gesleep onder de grond is ook al geen
voordeel als je met Pasen een soort sneldienst moet onderhouden.
Maar de mol is wel blind. Ze levert de eieren dus zonder onderscheid
des persoons af. Zodoende is het voor tere kinderzieltjes beter te
verdragen als de eitjes eens niet kingsize zijn en voor de ouders
beter uit te leggen. Lang leve de paasmol.
Botbreuk
Alle knoppen groen
zwellen zich tot barsten
tegen
hemels blauw.
|