CUBRA

INHOUD WOORD

HOME

AUTEURS

 

 

 

 

 

door NORBERT DE VRIES

Elke week een nieuwe beschouwing over een bijzonder woord

 


 

20160531

Bakvis

 

De bakvis lijkt geheel te zijn verdwenen. De kleine vis én ‘het aankomend meisje’. Altijd gedacht, dat dit typisch Nederlandse begrippen waren, maar toen las ik in ‘De bruidegom zonder bruid’ (1812), een vrolijke geschiedenis naar het Hoogduitsch, van A. Langbein de volgende dialoog: “Kent gij Adelungs Woordenboek der Hoogduitsche tale?” “Neen! Ik heb nog nooit zulk een groot boek gelezen.” “Dit werk is klassiek; deszelfs uitspraak is vol gewigt. Laat ons het woord Bakvisch opslaan! De Bakvisch - schrijft Adelung – is eene algemeene benaming van alle die visschen, welke men in de keuken liever bakt als kookt.” “Bravo! Dat luid immers voortreffelijk! Zulk een visch heb ik niet gemeend.” “Triomfeer niet te vroeg. Adelung vervolgt dus: Schertsender wijze noemt men ook een jong meisjen aldus.”

 

Ik heb het voor u nagekeken: het klopt. “Im Scherze nennt man in Niedersachsen ein junges, zum heirathen noch nicht tüchtiges Mädchen einen Backfisch“ (Grammatisch-kritisches Wörterbuch der hochdeutschen Mundart, 1. Aufl. Leipzig 1774–1786, 5 Bde.; 2. Aufl. Leipzig 1793–1801, 4 Bde., Supplementband 1818).

Potztausend, het pubermeisje, de bakvis, is helegaar niet Hollandsch! Johann Christoph Adelung (1732-1806) wijst nadrukkelijk naar Nedersaxen.

 

De bakvis als jong meisje vierde in ons land hoogtij in de eerste helft van de vorige eeuw. Denk bijvoorbeeld aan Joop ter Heul, de hoofdfiguur uit een reeks boeken van Cissy van Marxveldt. Het woord ‘bakvis’ werd kennelijk volstrekt niet in pejoratieve zin verstaan. Ik zie een advertentie in de Nieuwe Tilburgsche Courant van maart 1931 waarin de firma Mandos-Vinken reclame maakt voor ‘Bakvisch- en Meisjesmantels’. En in de Leeuwarder Courant van maart 1892 laten C&A Brenninkmeijer weten: “De reeds zoo bekende  halflange Meisjesmantels (Bakvisch) worden alle dagen in élegante nieuwe Stoffen ontvangen.”

De bakvis is na de Tweede Wereldoorlog plotseling van het toneel verdwenen. Als bij toverslag. Ineens niks geen bakvissen meer. En dat is jammer, alleen al vanwege de vele kostelijke grapjes die je over de bakvis in oude kranten leest:

 

Bakvisch: “Staan er modeplaten in de krant?’

Vader: “Ja, maar ze zullen jou niet interesseeren. Het is de krant van gisteren.”