Ria
van
Amelsvoort
poëzie
het medaillon
vaak stap ik over
tantes hoge drempel
luister naar het
openbreken van graven
en het met deugden
verfraaien van haar doden
tot op een dag, ze
heeft nog niet gesproken
zij haar hand over het
pluchen tafelkleed
in mijn richting
schuift
‘een herinnering’,
zegt ze
ze opent haar hand die
zich terugtrekt
als geraakt door een
open vuur
glinsterend van goud
groot in ouderwets
formaat
het moet geopend
worden
‘je moeder’, fluistert
ze
ik staar naar een
jonge vrouw
gevangen in
craquelures
dan volgt in snel
tempo de grafrede
‘gevonden in de
borstzak van haar eerste lief
als frontsoldaat dood
getrappeld door een paard’
op dat moment zie ik
moeders ogen wegdwalen
naar verre verten die
wij als kind
nooit bereiken konden
|