Wilf Mbanga

Vrijplaats CuBra

Hoofdredactionele commentaren uit The Zimbabwean

vertaald door Paul Bogaert

 


Hoofdredactioneel commentaar 14-8-2012

Mensen helpen mensen: inventaris opmaken

Vandaag herdenken Zimbabwe en de wereld VN Wereld Mensenrechten Dag, en graag wensen we iedereen succes bij het vieren van deze belangrijke aangelegenheid.

Deze dag, gereserveerd door de Algemene Vergadering van de VN in 2008 als een middel tot erkenning van degenen die direct risico lopen bij hun pogen anderen bij te staan, valt samen met het bombardement in 2003 op het VN hoofdkantoor in Bagdad dat de dood van 22 personeelsleden tot gevolg had.

Het thema van dit jaar “Mensen helpen mensen” richt onze aandacht op de noodzaak uit ons eigen comfort te stappen om degenen die in ernstige nood zijn te helpen. Het is bijzonder passend voor Zimbabwe, waar de humanitaire situatie nog steeds broos is.

Sinds 2000 heeft het land te maken met een ongehoorde politiek-economisch-sociale crisis die wordt gekenmerkt door mensenrechtenschendingen en politieke vervolging, overtreding van het recht op bezit door inbeslagname van landbouwbedrijven en toebehoren van individuele personen en een acute economische ineenstorting.

Deze tendensen hadden een direct gevolg voor de humanitaire situatie in het land. Maatschappelijke dienstverlening, waaronder systemen voor gezondheid en onderwijs, bezweken bijna.

Banen gingen verloren en inkomsten per huishouden slonken ernstig, wat van Zimbabwe een van de armste landen ter wereld maakte – ondanks de rijkdom aan natuurlijke, fysieke en menselijke hulpbronnen. Het hoogtepunt van de crisis was in 2008 toen een uitbraak van cholera door het land ging, waarbij meer dan 4000 mensen overleden en 100000 zich moesten laten behandelen.

De ziekte verspreidde zich zo gemakkelijk omdat het land, dat wankelde onder internationale isolatie, te geruïneerd was om het probleem te bedwingen. Het was geruïneerd omdat de regering verkeerd beleid voerde, met politici die uitermate ver gingen in het verrijken van zichzelf. Omdat het geruïneerd was had het niet de capaciteit om essentiële maatschappelijke diensten te leveren om levens te redden.

De formatie van een coalitieregering in 2009 gaf veel hoop aan zowel de Zimbabweanen die in het land waren gebleven, als aan de miljoenen die economische en politieke toevlucht elders zochten.

Ondanks tekenen van herstel blijft onze situatie hachelijk en er moet veel gebeuren om het land te redden van een ingewikkelde humanitaire situatie.

Sociaal-maatschappelijke dienstverlening blijft zeer beperkt, zoals bijvoorbeeld te zien is aan de kruipende heropkomst van ziektes die door water worden verspreid zoals buiktyfus in Harare, Chitungwiza en andere delen van het land, aan de duizenden kinderen die geen basisonderwijs kunnen krijgen, en aan het mislukken van het instellen van zinvolle veiligheidsnetwerken na de voedselonzekerheid die werd veroorzaakt door terugkerende droogte, slechte voorbereiding van de landbouw en het corrupte en slecht gevoerde land “hervormings” programma.

Zij die honger hebben worden gedwongen uiterste maatregelen te nemen om te overleven, terwijl hun kwetsbaarheid wordt verergerd door politiek gemotiveerde uitsluiting van voedselhulpprogramma’s.

Honderdduizenden leven onder minder dan menselijke omstandigheden, zeven jaar nadat Operatie Murambatsvina ze van hun huizen en broodwinning beroofde. Miljoenen, in het bijzonder in de plattelandsgebieden, leven van minder dan een dollar per dag. De politieke situatie in het land is nog steeds geladen en de toekomst is onzeker.