Wilf Mbanga

Vrijplaats CuBra

Hoofdredactionele commentaren uit The Zimbabwean

vertaald door Paul Bogaert

 


Hoofdredactioneel commentaar 29-10-2013

 

Diamanten: we moeten het weten

 

Als het waar is dat er een waarde van 2 miljard dollar aan edelstenen die de afgelopen jaren zijn gewonnen in de Chiadza diamantvelden niet kan worden getraceerd, en als wat de Provinciale Minister van Manicaland zei over de extreme armoede die nog steeds de dorpelingen van Marange achtervolgt geen nieuw denken aanspoort over het misbruik in de ontluikende diamantindustrie, wordt het hoog tijd dat er iemand ter verantwoording wordt geroepen.

 

Het diamantveldenverhaal loopt snel uit de hand, los van wat autoriteiten snel afdoen als bombast uit het maatschappelijk midden en verraderspraat uit de oppositie. Zimbabwe moet een ernstig zelfonderzoek doen om tot de wortel van het probleem te komen.

 

Eerder dit jaar protesteerde voormalig Premier Morgan Tsvangirai tegen het zonder verklaring verdwijnen van 1,9 miljard dollar aan diamantomzet, waarvan het Kabinet had gezegd dat die waren opgebracht uit de verkoop van onze kleinoden. Tsvangirai’s bezorgdheid werd aangewakkerd door uitingen van de toenmalige Minister Obert Mpofu die, in plaats van uit te leggen waarom het ministerie van Financiën deze hoognodige inkomsten miste, klaagde dat de regering van de VS 30 miljoen uit de diamantverkoop had afgenomen als een deel van “sancties” tegen Harare.

 

De duistere kwestie rond het laten verdwijnen van Chiadzwa diamanten blijft zich maar aandienen. Mushowhe, een hoge Zanu (PF) functionaris, verwoordde treffend het groeiende gevoel in Manicaland. “De mensen in Marange slapen zonder eten; hun kinderen gaan niet naar school; en er zijn geen ziekenhuizen; zij (de mensen) snuiven binnen het mijngebied de hele tijd stof op. Wij moeten opnieuw onszelf bezien als het volk van Zimbabwe en vragen (de vraag) zijn wij er werkelijk? Is dit een talkshow?...Het is mijn hoop dat we niet zullen sterven sprekend over Manicaland als de rijkste provincie terwijl onze mensen feitelijk het armst zijn.”

 

Dus, wat is er nu precies gaande rond Chiadzwa? Is de ontdekking van diamant een vloek of een zegen geworden voor Marange, Manicaland en, inderdaad, de rest van Zimbabwe?

 

De centrale klacht betreft vooral het duidelijke gebrek aan interesse, van zowel de overheid als van de bedrijven die hier werken, over de welvaart, niet enkel voor de plaatselijke boeren, maar van het hele land.

 

Met ambtenaren die ver onder de armoedegrens verdienen, dorpelingen die aan ernstig gezondheidsrisico worden blootgesteld, schrijnende armoede en hopeloosheid; met Mutare’s industriële basis en die van het hele land in grote nood plus gebrek aan helderheid over toekomstig beleid is de tijd aangebroken voor een passend diepgaand onderzoek naar onze veronderstelde melkkoe, de Chiadzwa diamanten.

 

Óf het Parlement moet het initiatief nemen óf er moet een gerechtelijk onderzoek worden ingesteld om de industrie te onderzoeken – de kwestie loopt al veel te lang. Laten we vastbesloten breken met het verleden en een onuitwisbare conclusie trekken uit datgene wat onduidelijk blijft in deze belangrijke zaak.