Omdat
het nu eenmaal niet alleen kunst en wijsbegeerte geblazen is in de
wereld, dient het Papegaaienmuseum tevens een groot aantal
deelcollecties te herbergen van wat men trivialiteiten kan noemen.
Overal immers waar de papegaai verschijnt, verzamelt het
Papegaaienmuseum. Naast postzegels, ondergoed, oorbellen,
fruitlabels, fruitkistjes en -dozen, poezieplaatjes, pinups, porno,
stempels, chocoladefiguren en nog veel en veel meer, zijn ook
platenhoezen ondergebracht in het grote geheel van de collectie.
De
platenhoezen zijn geordend naar de volgende categorieën:
-
het
label van de plaat is vernoemd naar de papegaai
-
de
eigennaam van de artiest is Papegaai
-
het
groepje, combo of bandje noemt zich naar de papegaai
-
de
titel van de plaat kent een verwijzing naar de papegaai
-
een
lied of compositie op de plaat heeft de papegaai tot onderwerp
-
een
verschijning van de papegaai in het beeld van de hoes
-
grammofoonplaten
voor papegaaien
-
muziek
van papegaaien
-
wat
niet past
Met
betrekking tot de eerste vijf categorieën dient aangetekend te
worden dat het begrip papegaai ruim opgevat moet worden. In
de verschijning op de platenhoes kan de papegaai in zijn meest
algemene benoeming voor komen, papegaai dus, kan hij in wat
specifiekere bewoording benoemd worden, ara, kaketoe, parkiet,
lori, of kan hij zelfs heel specifiek bij de naam van één van
de 334 soorten genoemd worden, en dit bij zijn wetenschappelijke
doopnaam, of wel in een benaming die uit de volksmond voortkomt. En
het geheel van deze mogelijkheden in alle geschreven talen van de
wereld, ooit. Papagei dus, of pappagallo, papagayo,
papagaio, papuga, papegøje,
papegoja, páfagaukur,
papagan, papagáj,
parrot enzovoort enzovoort; ara, kaketoe, parkiet, lori, in het
Frans, Duits, Engels, Spaans, Grieks, Chinees in al zijn varianten
enzovoort enzovoort, en ten slotte, alle mogelijke soortbenamingen,
waarbij onmiddellijk toegegeven wordt dat deze niet licht
aangetroffen zullen worden op een platenhoes. Een label dat zich
vernoemt naar de Vleermuispapegaai..? Hanging Parrot Label..?
Onwaarschijnlijk, alhoewel zich wel een fraai ontwerp van het logo
laat voorstellen...
Alle
eerlijkheid gebiedt te stellen, dat de plattegrond van de
deelverzameling van de platenhoezen zoals hierboven geschetst, als
een opdracht gedacht wordt voor toekomstige directies van het
Papegaaienmuseum. Daar kunnen wij natuurlijk niet aan beginnen.
Zitten tot aan de oren in de schilderkunst. En dat gaat al over 25
eeuwen, en wereldwijd...
Ter
illustratie wordt hier het volgende getoond:
Ad.
1: Uitgave van het Parrot-label. Het logo is zichtbaar
halverwege de rechterzijde van de hoes, op de hand van de roodhaar
die niet Van Morrison is.
Ad.
2: Zanger die de eigennaam Parrot draagt. Dat tevens de
mogelijkheid bestaat dat de artiest door het leven gaat met een
bijnaam waarin de papegaai optreedt, zoals in het geval van de
Engelse komiek Freddy Davies, die Freddy Parrot Face Davies
genoemd werd, wordt hier buiten beschouwing gelaten. Er wordt
slechts aan de zijlijn een afbeelding getoond.
Ad
3: Zeldzame, en gesigneerde, plaatuitgave van The Blue Parrots,
een combootje dat slechts op Duitse cruiseschepen speelde.
Ad
4: Verzamelplaat van wat merengue genoemd wordt, met de
papegaai in de titel. Merengue kent een hoger tempo dan salsa,
en de basis-danspas is eenvoudiger, 1,2,1,2 versus
1,2,3,(4),5,6,7,(8) in de salsa. Waarom de papegaai van de titel
daarvoor afgestroopt of uitgekleed moet worden, wordt niets van
begrepen in de kantoren van het Papegaaienmuseum.
Ad
5: Hier wordt met opzet niet gekozen voor de Kaketoe-variaties van
Beethoven, opus 121a, die kent immers iedereen. Na veel wikken en
wegen is voor de categorie van het enkele nummertje gekozen voor Papagei-twist,
van Ruth Brandin, eerlijk gezegd omdat Mein Papagei frisst keine
harten Eier van Kollo / Frey uit 1927, in de uitvoering van
Fritz Berger, nog niet naar behoren verzameld is.
Ad
6: De papegaai in het beeld van de plaat, en hij komt in het eerste
voorbeeld als een deus ex machina uit de lucht vallen. Er is geen
reden te vinden waarom dat zo is, behalve dan dat Les Dudek op Les
Dudek wil laten zien dat Les Dudek zelfs voor de grootste
papegaaien nog niet bang is.
Soms
is het anders, zoals in voorbeeld nummer twee. John Greaves, met
zijn Parrot Fashions, waarbij de beeltenis een uitdrukking is
van de titel van het werk.
Ad
7: Voor de duidelijkheid dient hier weer eens gesteld te worden dat
een parkiet tot de papegaaiachtigen behoort. Zoals Flann O'Brien een
lans breekt voor de pony's, die zwaar te lijden hebben onder de
hegemonie van het paard, zo dient het Papegaaienmuseum aandacht te
vragen voor het papegaai-zijn van de parkiet.
De
keuze alhier verbeeldt dit standpunt, en nadrukkelijk dus niet omdat
er niets anders voorhanden is. Denk bijvoorbeeld maar eens aan Faites
parler votre perroquet van Raoul Oures met zijn Jacotte en Ito,
of het lugubere While you are gone, calming music for your parrot
van Bradley Joseph.
Ad
8: Deze categorie herbergt de beroemde I. C. P. uitgave 015,
getiteld Epistrophy, met aan de B-zijde Sonate van
papegaai en piano, een opname, gemaakt in Amsterdam op 6 Juni
1972, van Eeko, de Grijze Roodstaart, en Misha Mengelberg.
Ad
9: Deze categorie doet dienst als vangnet van de rede. Helaas,
noodzakelijk. Elke ordening die poogt het totaal te omvatten is tot
falen gedoemd, en daarom zien we hier: Parrot, uit 1918, een
uitgave van Talking Book Corporation, als uitdrukking van het
onvermogen van de verzamelaar.
|
|