CuBra
INHOUD HOEZEN
Home
Beeldende kunst

Over hoezen van langspeelplaten

Het gezicht van de muziek

onder redactie van H. van Boxtel en Ed Schilders

Lord Buckley - A most immaculately hip aristocrat - H. van Boxtel

Technische Universiteit Eindhoven, Bouwkunde. Op een dag die veel beloofde, in 1971. Peter Manz zat op zijn gemak te vertellen dat hij zo sterk op Jimmy Hendrix leek, dat hij tot vervelens toe voor gillende meiden op de vlucht had moeten slaan, en dat hij er daarom stiekem blij om was dat hij dood was, toen Koek buiten adem binnen kwam snellen, en ons iets duidelijk probeerde te maken. Dat was lastig omdat hij gisteren twee voortanden kwijt geraakt was toen hij liep te trippen en een parkeermeter voor een schriel mannetje aangezien had. Zijn lippen hingen er dik en gehavend bij, en verhulden een bloederige holte waarin zijn tong moeilijke dingen deed, wanneer hij probeerde te spreken. Toen bleek dat het platenuitverkoop was bij de Bijenkorf raakte de hele kantine in rep en roer. Was vanmiddag niet die evaluatie van dat aardappelproject van Wim Schippers? Ja dat zal wel, maar dit kon niet wachten, en met een man of tien schoten we weg. We sprongen op onze fietsen, trokken in een zwerm schuin het voetbalveld over, onder het hoofdgebouw door, langs het water, onder het spoor door, en toen recht op de Bijenkorf af. Fietsen op een hoop, naar platenbakken toe, waar de rust op ons nederdaalde, en ieder zijn plekje vond.

 

Ik trok daar Lord Buckley te voorschijn. Ik had nog nooit iets van hem gehoord, maar hij had goeie papieren. Om te beginnen stond zijn portret op de hoes van Dylans Bringing It All Back Home, in het midden, op de schoorsteen. Bovendien was de plaat die ik in mijn handen had, uitgegeven op Frank Zappa’s Straight label, niet bepaald een label voor gezellige dansmuziekjes. En, het overtuigends van al, bij het openklappen van de hoes verscheen de Lord zelf, en hij leek bezeten, door alle duivels van de hel...

We gingen niet terug naar ons atelier, we keken wel uit. We gingen naar de kamer van Koek, die een rijke pa had, een prachtkamer en een superinstallatie. Voor we daar aan het draaien konden, moest Koek eerst wat roken, anders hoorde hij niets. Omdat roken niet lekker ging met die lippen van hem, had hij een waterpijp, met een lange slang, uit de kast gehaald. Hij posteerde zich in de bank, zette de vlam in de pot, stootte een paar fikse rookwolken uit, en zat verder als een tandloos oud wijf, aan een rietje, zijn stinkende pap op te lurken.

Van elke nieuwe plaat zouden we een stukje draaien, maar Buckley gooide roet in het eten. Toen hij opklonk, was iedereen op slag verkocht. We bleven hangen, met rode oren. Dit had nog nooit iemand van ons gehoord. Zelfs Koek grijnsde van onder zijn roes vandaan, zonder twijfel omdat hij begon te vermoeden dat die freak aan de dope zat. ... Die is niet aan de stuff, Koek, die is aan de speed, was Jan de Vries hem voor... en aan de pepers, van achteren er in...! ... Zulke joekels... verfijnde Huub, aan zichzelf verplicht het puntje op de i te zetten.

 

We vingen flarden op over Eddie Allen Poe, de swinger, die onder de whiskey kleine meisjes najoeg op een plein, en helemaal geen raaf nodig had, en we hoorden de Markies De Sade, in eigen persoon, die zijn verontwaardiging uitkrijste, over een onwillige dame, omdat zij in opstand kwam de tegen de natuur. Zoveel we hoorden echter, zo weinig verstonden we ook. De woorden vlogen in het rond, tuimelden over elkaar heen, versmolten in de ruimte, en drongen als muziek onze oren binnen. De Lord klonk als kruising van Yma Zumac en Captain Beefheart, maar dan verwekt voordat die twee zelfs nog maar geboren waren. Stapelgek werden we, van onbegrip en nieuwsgierigheid. We werden welkom geheten in Flipcity! Een radioverslaggever met een spraakgebrek brandde los, zijn tong leek om te haverklap uit te glijden, en uit zijn mond te vallen zelfs, een drumband trok daar dwars doorheen, joelend volk aan de kant, een zekere gouverneur Slugwell deed zijn woordje. In één adem. Een geluidsorkaan raasde over ons heen. Onze oren floten, toen het Heerschap even zweeg.

 

Toen de plaat omgedraaid moest worden, namen wij het er even van. De hoes ging van hand tot hand. Cal Schenkel weer, de hofkunstenaar van Zappa. Hij had het hoofd van Buckley gehalveerd, om zicht te bieden aan de erupties, die al uit 1956 bleken te stammen. We memoreerden het optreden van Johnny van Doorn, een half jaar eerder, waar we diep van onder de indruk waren. Was toch een lentebriesje geweest.

Koek lag te smilen. Winnie wilde nu ook wel een hijs. Roel begon ongeduldig te worden, en dreigde weer eens voor hond te gaan spelen. We waren klaar, voor nog een nummertje. The Train... en die was heel erg. We hoorden een schets van het geluid op een perron, van de drukte, de haast, het wringen en duwen, stationsomroepers, hotdogs, popcorn, een vertrekkende trein die op vaart komt, tickets please, tickets please, de machinisten onder elkaar, How we’re doin’ Fred? Right on time Charlie, stoomfluit, Last call for the diner, en de trein die nog op hol slaat ook. Paniek, paniek, en hij rijdt zich met veel kabaal te pletter. En dan een donkere en nuchtere stem, die de stand van zaken stelt:

Forty-seven dead and eight injured

the worst accident in the state's history...

Nog even het stoomfluitje... Hoooooo-ooooooooo... opklinkend uit de rokende puinhopen...

 

We hapten naar lucht. Was dit nu een verbeelding van een hartaanval, en wat zei hij daar nu precies, aan het einde..? Na een paar keer draaien verstonden we, en wat ik dus al veertig jaar in mijn hoofd meedraag, totdat ik van de week het internet raadpleegde, niet Forty-seven dead and eight injured maar Forty-seven dead on fourteen inches, zevenenveertig doden op vijfendertig centimeter. Als een harmonica opgefrommeld die trein, dachten we, zo hard de klap, en we zagen het voor ons. ... Hoooooo-ooooooooo...

Koek kwam in een lachkick terecht. Winnie’s ogen sloten zich, en hij vertrok naar andere oorden. Roel ging op Jan zijn kuit af, Toon vluchtte de tafel op, Peter deed gewoon zijn schoenen uit, en Huub wou aan π beginnen, toen we de buurman opmerkten die op de muur zat te bonken, met iets hards. Tijd voor de Bonzo’s misschien wel.

 


http://permanentcondition.blogspot.com/2010/01/

lord-buckley-demon-verbals-lps.html

Op deze site zijn 3 onvindbare lp’s te downloaden, de zogenaamde Demon Verbals LP’s. (naar onder scrollen, tot aan de titels: Bad-rapping of the Marquis de Sade, Blowing his Mind (and yours too), Lord Buckley in Concert, aanklikken, en kiezen voor free user. Na een uurtje of wat kan de volgende binnengehaald worden.

 

The Train is te beluisteren op:

http://www.youtube.com/watch?v=t3vbxeBvaU0& feature=related

 

Teksten zijn te vinden op: http://globalia.net/donlope/fz/related/A_Most_

Immaculately_Hip_Aristocrat.html