Sleutelhouder van een vulkaan

 

De vluchtige gassen

Waaraan de meeste mensen

Doodgaan hebben op hem

Vreemd genoeg geen vat

Hij kent als geen ander

De warmte van lava

Hij weet het hij wankelt

Op een veel te dun draadje

Boven een heel diepe afgrond

Hij verzorgt de vulkaan alsof het

Zijn zoon was de zoon die hem

Nooit werd gegund al die jaren

Zorgen en praten nu praat

De vulkaan een keer terug

Tegen hem grommelt over

Solidariteit tussen generaties

Ergens bloeit een paardenbloem

Het draadje een lont een boem

De zoon neemt zijn vader

Grommelend mee in het graf

Hij heeft nog nooit zo'n

Kleine ramp gezien. 


Sleutelhouder van een vulkaan