Hollandsche koopmansgeest

 

Hij staart met happen tegelijk

De weemoed uit de langetandensoep

De woorden van de middengroep

Wijzen hem de weg naar het dodenrijk

Wazige mist gedachteflarden

Die soms prompt tot beeld verstarren

Een oude foto tableau de la troupe

Die ergens in een kamer prijkt

 

De herinnering aan een vaag ideaal

Van vroeger toen de dagen maar open

En dicht gingen regelmaat kwam geslopen

In de koekoeksklok het zijn allemaal

Troostrijke beelden honingzoet verpakt

Tussen visies en angsten een abstract

Vergissen iets dat je mooi kunt verkopen

Wat de gek geeft is wat de waarde bepaald.

 
 



 

 

Melkmeisje

 

Na uren en uren

Stamelen

Kwam eindelijk

De hongerklop

Honingzoet als

Het plegen van

Een gesprek

En het verlangen

Naar een zinderende

Stilte die langs de

Oren suist een grap

Die wordt gefluisterd

Als een voorstel

Hij zou de zon willen

Schilderen maar de

Zon schijnt vandaag

Niet hij mijmert

Nutteloze overpeinzingen

op stille momenten

Tuinen van woorden

Lanen en paden

Kiezels en bladgroen

Er is geen herfst meer

Te vinden in de ogen

Van het melkmeisje

Dat zich een onderhuids

Cellencomplex bij

elkaar vloekt.