Verhalen uit de Kivietsblek
door Wim van de Wouw

 - Spreekwoorden en gezegdes -

 

Deze week enkele spreekwoorden en gezegdes uit vroeger tijden:

*

Een kat die altijd jankt vangt niets

 *

Het kalf wil de koe leren hoe zij moet grazen

 *

Als je vader een ui is en je moeder knoflook, kun je niet helpen dat je stinkt

 *

Een duivel die wat voor je doet, is toch meer waard dan een luie engel

 *

Een levende ezel is toch meer waard dan een dode geleerde

 *

Wie van zich zelf een kameel maakt moet niet klagen over de vracht

 *

De gist <het geld> van mijn buurman, doet mijn brood niet rijzen

 *

De ene dag geurt naar bloemen, en de andere dag stinkt naar stront

 *

Je kunt niet klappen met één hand.

 *

Ik ga aan het werk zei de non en ze pakte haar rozenkrans

 *

Ge kunt vur één vlooi hil oewen buik nie kapot krabben zee d’n boer

 *

Mannen: Als ze vrijen zijn het Minnebroeders, maar als ze getrouwd zijn, zijn het Kruisheren

 *

Ons soort mensen hebben eelt op hun knieën, niet van het bidden maar van het kruipen

 *

Laat onze pa maar kruien zei de zoon, die loopt toch al krom

 *

Wat van ekster komt leert huppelen.

 *

Zet een kikvors op een stoel, hij springt toch terug in zijn poel

 *

Zo vroeg ben je nog nooit te laat gekomen, zij de burgemeester tegen de wethouder

 *

Als je een aap leert klimmen, gooit hij je later met kokosnoten op je kop

 *

Als ge tegen een toog gepist hebt, droogt hij nooit meer op

 *

De wereld is een hennekot

Het geeft altijd gedonder

Den haan zit op de hoogste stok

En schijt de andere onder

 *

Wie kritiek heeft op het mijne

Hij gaat naar huis en kijkt naar het zijne,

Vindt hij daar aan geen gebreken.

Hij komen terug, en mag hij spreken.

.*

Het is nooit zo kant en klaar

Of het hapert hier of daar

 *

Wordt er getrouwd om het gelleke

Is het huwelijk gauw een helleke