Belevenissen van een Juffertje in 't Groen
door Anouk Reefman
 

Gratis en voor niks.

Ik hoef nooit meer op vakantie!
De warmste novembermaand aller tijden geeft me zomaar een compleet nieuwe herfstsensatie. De beleving van het bloemenzeegevoel van de lente duurt en duurt in telkens nieuwe golven. Heerlijk.
Onze planten tonen onmiddellijk de ware veerkracht van de natuur, elke dag schenkt zij er verrassingen bij! Met deze onverwachte warmte tooien ze zich opnieuw met een ongekende kleurenpracht. Onuitputtelijk, ondanks zwarte scenario’s in kranten.
Doe mij maar een portie stokroos, welk een waarachtig warme verschijning. Een voortreffelijk tegenwicht voor dat wat doorgaans ‘nieuws’ heet.
 


Een portie stokroos: mooi en betoverend.

De verrukking van de zon en een zee aan verrassende bloemen, doen mij terugdenken aan een prentenboek. “Bloemenkinderen”, uitgegeven in 1923. Ik kreeg het vijftig jaar na uitgave van mijn oma, als elf jarig meisje in 1974. Wanneer leer je Wat? Elke bloem heeft een eigen elfenkind in zich! Cicely Mary Barker, de geestesmoeder van dit moois, wist een bijzonder fijne snaar te raken. Het is zo ongelooflijk mooi getekend. In haar verbeeldingen brengt zij de schoonheid van de natuur regelrecht bij je. Ik herinner mij de verrukking bij het zien van al haar bloemenkinderen. Een groots schoonheidsgevoel en een lieflijke onschuld. Anno 2005 staat het in de betere boekhandel nog steeds op de plank. Tijdloos dus. Bij deze!

bron: ‘Geheimpjes van de bloemenkinderen’, DOOR C.M.Barker, Ploegsma A’dam, 2005.

In onze vaak niet zo lieflijke tijd laat ik mijn nichtjes van vijf en acht jaar graag bij de bloemenkinderen wegdromen. De warme novembermaand geeft hen extra stof voor de vruchtenverzameling in hun mini-herfsttuintjes. De ene is er van overtuigd dat op een mostapijtje wordt gevoetbald door de elfjes. De ander weet feilloos aan te wijzen waar elfjes een uitzicht zoeken.


Waar zitten elfjes als ze dromen?

Een ongekend getekend en getoond sprookje?
Tekenfilms en van alles wat er op tv verschijnt, zijn vaak verre van mooi en onschuldig. Geweld, egoïsme, manipulatie, de zogenaamde eeuwige strijd tussen goed en kwaad, waar het goede inderdaad last but not least overwint. Hoe dan ook gaat het gepaard met een continue verbeelding van gewelddadige plaatjes. Bah. Jakkes. Ge-stoord geluk.
Bloemen en planten, ook de natuur in ons, hebben dit niet nodig. Punt.
Spontaan bloeit de Hibiscus en hoeft niet eerst zeven vuurspuwende draken te verslaan. 


He, waar zijn de draaaaaken?

Op vakantie gaan is een verworven recht in Nederland, lezen we in de krant. Een welkome afwisseling in de eentonige drukte van het bestaan?
De omgeving elders bekijken als keerzijde. Waarom naar Verweggistan? Waar je, als je niet uitkijkt ook nog eens tien miljoen bacteriën per bord naar binnen werkt. De Turkse hotels maakten geen goeie beurt van de week.
Je kunt deze herfst ook op een andere manier van twee walletjes eten. Hachee en rode kool met appeltjes, naast een vaas verse bloemen uit eigen tuin, bijvoorbeeld. De moestuin blijft zijn best doen. Ik pluk koriander, notensla, haal andijvie en raap zo hier en daar een stoofpeer. Oost west thuis best.
 


Je zaait wat je lekker vindt en oogst wat je zaait.

Voor het eerst in mijn volwassen leven ontdek ik dat de herfst niet somber hoeft te zijn. Eerder in het stadse, begon er bij mij meestal in dit jaargetijde een stevige dip de kop op te steken. Nu niet.
Op mijn tweeënveertigste begin ik me te realiseren dat je je omgeving kunt creëren. Dat je zelf wel degelijk het een en ander in de hand hebt. Ook als je niet al te veel ruimte hebt om een moestuin of een bloementuin in te richten, kun je kleine oppervlakten heel goed benutten.

Gewoon een stuk gazon een keertje minder kaarsrecht afsteken. Voor prei, wortels en je eigen pluksla.


Een stukje gazon minder is ook groen.

Voor een rijtje kruiden, de hele winter door: Rozemarijn en Tijm. Je favo’s in de vensterbank: Basil, Mint of een Peperplantje. Een vlinderstruik buiten in een hoek en een nestkastje in de hoogte. Een voerplank in de winter en ouderwets de kruimels erboven uitkloppen. Onschuldig intiem gedeeld genot.


La grande Boeuf.

Het kan allemaal. Ik schrik me regelmatig het apezuur als ik weer eens zo’n vreselijke kattenbakkentuin met een rotsje zie. Of een grotere tuin, helemaal onderhoudsvrij ingericht met coniferen, hulst en een trendy buxuspartijtje. ‘DE’ verbeelding van onze moderne allesoverheersende ruil: werk en geld verdienen. Het heeft een prijs. De leegte lezen van materie om daarna blind een plekje te prikken op de kaart, voor een ‘gewaagde’ portie peperduur vakantie avontuur.
Het lukt slecht om stil te staan bij een kleine werkelijkheid. Zoals een laatbloeiende klaproos. De televisie laat het echte mooie bijna verdwijnen in onwerkelijkheid. Spanning en sensatie hebben voorrang.
Hier dienen we ons goed bij te voelen. Voelen? Ik denk het niet. Je zou er aan ten onder gaan. Laten we het bloemenkind in ons wakker maken.
 


De zon gaat voor niets op.