Op zoek naar de 'Origines Antwerpianae',

  Ed Schilders

Het bekendste werk van Johannes Goropius Becanus is zonder twijfel zijn Origines Antwerpianae, een kloek werk, onderverdeeld in negen boeken, in 1569 uitgegeven door Christoffel Plantijn in Antwerpen. Dát dit meer dan duizend foliopagina’s tellende boek bekend gebleven is, dankt het echter voornamelijk aan de curieuze historische en taalkundige denkbeelden die Goropius erin gestalte heeft gegeven. Het Nederlands (‘Diets’) zou de oudste taal van de wereld geweest zijn, en Adam en Eva zouden het gesproken hebben in het aards paradijs. Een paradijs dat zich bevond… ten oosten van Antwerpen, in de Kempen. Omdat de Kempen zeker nog in Goropius’ tijd niet veel meer waren dan heideland, is het niet zo vreemd dat de precieze ligging van dat Paradijs in later eeuwen verschoven is naar een wat groener deel van de Kempen, naar de omgeving van Goropius’ geboorteplaats, Hilvarenbeek, en Gorp. Daar waar men redelijkerwijs een paradijselijke appelboom kan veronderstellen.

De historische en taalkundige theorieën van Goropius zijn al lang achterhaald, maar wie het positief wil zien, beschouwt hem toch als een van de pioniers van een wetenschap die maar nauwelijks bestond in zijn tijd: de etymologie. Het lijdt echter ook geen twijfel dat Goropius met de Origines hopeloos verstrikt is geraakt in zijn eigen eruditie, en dat hij zijn bevindingen met een zekere gedrevenheid is blijven verdedigen, onder andere in geschriften die na zijn dood (1572) werden uitgegeven door zijn vriend Lieven Torrentius, eveneens bij Plantijn: Opera Ioannis Goropii  Becani (1580). 

Goropius is als taalkundige en als historicus gewaardeerd en verguisd, maar ik betwijfel of zijn werk de laatste driehonderd jaar door iemand volledig gelezen is. Het is geschreven in het Latijn, en de lezer die het tot in detail wenst te begrijpen en beoordelen, zal van goeden huize moeten komen wat betreft parate kennis van oude talen. In kennis overtrof Goropius ons allen; alleen zijn conclusies lieten enigszins te wensen over.

Ook ik heb de Origines nooit gelezen, maar toen Han van Meegeren bekendmaakte dat hij het verhaal van Goropius en zijn Brabants Paradijs op CuBra in kaart ging brengen, overviel mij de onweerstaanbare lust om dit werk in ieder geval eens in handen te houden. De onvolprezen bibliotheek van de Theologische Faculteit in Tilburg bleek over een exemplaar te beschikken. Daarvan heb ik de foto’s gemaakt op deze pagina.


de boekband

Ik heb voor het eerst gelezen over de Origines in het fantastische boek dat wijlen André Blavier in 1982 publiceerde onder de titel Les fous littéraires, zeg maar ‘Geletterde gekken’. In tegenstelling tot wat de titel wellicht doet vermoeden, behandelt Blavier zijn ‘gekken’ met groot respect. Hun denkbeelden zijn weliswaar eigenlijk te gek voor woorden, maar de ‘lettergek’ is bij Blavier tegelijkertijd altijd iemand met een uiterst bijzondere blik op de werkelijkheid die wij zo vanzelfsprekend vinden.

Sinds ik de Origines in handen heb gehad, weet ik het zeker.

Het is een fantastisch boek.


de titelpagina


Een fraai staaltje drukwerk van Plantijn

Copyright afbeeldingen: TFT, CuBra, Ed Schilders 2004