De fans
van The Rolling Stones herinneren zich zeker het befaamde Hyde Park
Concert in Londen (5 juli 1969) ter nagedachtenis aan de drie dagen
daarvoor plots overleden Brian Jones. In de strijd om het
leiderschap van de groep moest Jones toentertijd het onderspit
delven; Jagger won. Opvolger Mick Taylor trad voor het eerst op.
Mick Jagger droeg een wit rokje, een soort tutu, over zijn broek,
toen hij begon met het voorlezen van een klassiek gedicht van Percy
Bysshe Shelley om Brian Jones te herdenken. Shelley (1792-1822) over
de dood van zijn vriend John Keats (1795-1821), nee, dat viel niet
mee, zo'n volromantisch gedicht voor een dolzinnig publiek. Na de
declamatie trok Jagger zijn rokje uit, en de Stones barstten los.
Iedereen uit zijn dak.
Jaren
later en na vele onbeantwoorde brieven kon Boudewijn Büch eindelijk
zijn idool Mick Jagger ontmoeten. En wat deed Büch? Hij vroeg
Jagger informatie over details waar hij al zo lang wakker van had
gelegen. Mick Jagger hoorde zaken van The Stones die hij zelf niet
wist, of zich absoluut niet kon herinneren. Een van die vragen was:
uit welke editie las Jagger dat gedicht op het Hyde Park Concert
voor? De mond van de frontman vanThe Greatest Rock 'n Roll Band on
Earth viel open.
Na veel
speurwerk kreeg Büch tenslotte toch een antwoord op deze prangende
vraag.
Waarom
dit verhaal? Ik moest hier aan denken bij het lezen van diverse
berichten over zijn dood. Zo schreef Jan Mulder dat Boudewijn Büch
gevonden was met een boek van Heinrich Heine in zijn hand. Maar
Frits Barend wist zeker dat het een werk van Friedrich Nietzsche
betrof. Büch zelf zou niet rusten voordat hier definitief
uitsluitsel over verkregen was. Maar hij rust nu, voor eeuwig. Wie
gaat dit nu uitzoeken? En hoe luidde de titel? En welke uitgave was
het?