calepin: woordenboekje met allerlei
korte gegevens; aantekenboekje (naar Ambrogio Calepino, 1453-1511, auteur van
een Latijns woordenboek). A. Kolsteren: Prisma vreemde woordenboek, 4de
druk, 1962.
De dood van Eupagurus Bernhardus
Op het
strand, de stem van mijn vader, ik was veel te week, sterk moest ik worden,
gevonden een schelp waarin een kreeftje, angstig turend, of de kust weer
veilig, maar dit kind bracht de dood, sterk zou ik worden en het stierf
droog en donker, zonder te verharden, als vondst te bewaren, de schulp
van fris huisje tot stoffig grafje en de golven die het speels beleefde
vergeten het kind nooit, sindsdien zinnen hun koppen op wraak.
(noot: Eupagurus Bernhardus is de Latijnse naam voor de
heremietkreeft)
Religieus
Tegen twaalven
verdichtte de dag zich op de ritmische hik van een kerkklok. Het leek of
alles kleiner werd en de slagen klonken naargelang bruusker.
Niets
zal ooit vergaan, dacht ik en tegenwoordig van geest en taal zocht ik
naar de juiste woorden: de dag was zaterdag, de zon scheen en
ook de
plek vond ik een sleutel. Het terras waar men koffie dronk, een vrouw
streelde mijn hand, de tijd vervluchtigde in het dreigend dozijn.
En
toen verloor de hemel zich, ik zweefde domweg, vol zinloos geluk. Onder
de nagalm van god's toorn viel de wereld op zijn enige plaats.
Zelfs de liefde kent een gezicht
Niets wees erop, niets kondigde het aan. Zo
willekeurig, haast ongepast. Verwonderd vroeg hij zich af of het een
teken van genade was, of een proeve. Waarom het hem overkwam, waarom
daar. Hij had overal kunnen zijn, iemand anders, iedere leeftijd en
hij zocht voorbeelden, woorden om het vast te houden, te vergelijken, te
herinneren voor later. Tevergeefs, niets leek erop, niemand had
aanleiding gegeven, hijzelf niet in het minst. De taal dwaalde, de tijd
ontbrak voor de man midden in het bos.
Volkswijk
Hier snuift men lopend
maandag wasdag. Na vijven hangt ook het vlees in de lucht, daarop koken
de aardappels goed gaar. De beste stuurlui hangen aan de tap.
Stoelen op stoepen als de zon schijnt, radio's wisselen deuntjes en
dreuntjes. Voetbal hangt zwaar tegen de puibalken, Oranje schildert de
wijk als geen ander.
Vele ramen sieren stoere hondekoppen, menig
bouvier die grijnst 'make my day'. Ook clowntjes vensteren er vrolijk op
los, daarbij verbleekt Maria beeldig in de regen.
CALEPIN
van Cees van Raak verscheen bij uitgeverij Hoenderbossche Verzen, Uden; isbn 90-75220-15-4
Een aantal gedichten, al dan niet in vroegere versie,
verscheen eerder in de tijdschriften De Tweede Ronde, Hollands Maandblad,
Maatstaf en Brabant Cultureel. |